Laten we samen eens “naar binnen” kijken.

Binnen in ons zit een commentator, een stemmetje dat flink aan het babbelen is, dat een mening heeft over van alles en nog wat en nu klaar zit bij jou om vast te stellen wat het vindt van de woorden die het nu leest. Dit stemmetje is zo vertrouwd voor ons dat we bijna nooit twijfelen aan de geldigheid van zijn gebabbel. We noemen dit stemmetjes gewoonlijk ons kleine zelf en we hebben het met regelmaat over dit zelf als we over de Cursus praten. Daarbij gebeurt er al snel iets dat we makkelijk over het hoofd zien. Want als we over dit zelf nadenken, dan beseffen we nauwelijks dat we dit ook weer doen vanuit een klein zelf. Het innerlijke stemmetje, de commentator, meent zich te kunnen verheffen boven zichzelf en vervolgens iets zinnigs te kunnen zeggen of concluderen over… zichzelf.

Het kleine zelf is dol op conclusies. Het leest wat, studeert een beetje en meent dan te weten “hoe het zit”. De conclusies die het bereikt lijken houvast te bieden. “Aha, nu snap ik het; God weet niets van deze wereld, er zijn geen anderen, de wereld is een nare droom enzovoorts”. Of juist precies het schijnbaar tegenovergestelde: “Oh wacht, God weet wél iets van de wereld, er zijn wél anderen die ik kan helpen en de fysieke wereld is wel degelijk écht enzovoorts”. Het zelf kan vervolgens zijn eigen gelijk onderbouwen met verwijzingen naar paragrafen uit het één of andere boek waaraan het autoriteit verleent.

Kun je nu naar binnen kijken en die babbelaar bezig zien? Kun je zien hoe het grabbelt, op zoek naar een houvast, naar een conclusie? Het zelf wil graag weten wat goed is en wat fout. Het wil weten wat het moet doen en bovenal wil het weten of het al verlicht is. Het zelf is tevreden als het een innerlijk bouwwerk van overtuigingen heeft opgebouwd waar het op terug kan vallen en waarmee alles valt te verklaren en waarmee anderen te corrigeren zijn.

De radicale ontdekking waar non-duale visies van getuigen is echter dat deze commentator, deze babbelaar die ons zo innig vertrouwd is, een nepfiguur is zolang hij gelooft in de validiteit van het eigen gebabbel. Zijn hele bouwwerk van overtuigingen is slechts beperkt houdbaar. Het kan eindeloos doorgaan met het vergaren van nieuwe overtuigingen en genieten van de mentale helderheid van zijn intellectuele bouwwerk maar er blijft dan sprake van een Zoon van God die gelooft in afscheiding.

De babbelaar die in zichzelf gelooft als autoriteit is de blinde vlek van de Zoon van God. Deze babbelaar is tevens de nep-doener, degene met een kleine wil, de droomfiguur, degene die verwikkeld is in speciale relaties, degene die oordeelt, degene die overwinningen boekt, die leert, die groeit, die vordert in de tijd, die er nu bijna is, die verder meent te zijn dan anderen, die bang is voor verbinding, bang om op te lossen, bang om te sterven. De babbelaar is de nep-identiteit waar de Zoon van God geloof aan hecht. En dat mag. Geloven dat je een klein begrensd en sterfelijk wezen bent is oké. Kennelijk wil je deze leerervaring nu, als Zoon van God. Maar je wordt nu uitgenodigd door Jezus in ECIW, in Een Cursus van Liefde (ECvL) en langs andere kanalen. De uitnodiging is heel eenvoudig hoewel de dikte van genoemde boeken anders doet vermoeden. Je wordt uitgenodigd om weer besef te krijgen van je ware Identiteit als Zoon van God. Om je bewust te worden van je blinde vlek, je geloof in afscheiding, en om je door de Liefde te laten genezen van je blindheid.

In ECIW helpt Jezus jou om je geloof in afscheiding wat minder serieus te nemen. Om lucht en licht binnen te laten die je leerstellingen en overtuigingen doen oplossen. Je wordt uitgenodigd te experimenteren met het loslaten van je oordeel. De commentator wordt gevraagd ontslag te nemen als eigen leraar. Je wordt uitgenodigd om oordeelloos naar dit kleine zelf en naar je broeders en zusters te kijken. Dit “kijken” zal steeds woordlozer worden, steeds oordeellozer. Het krijgt het karakter van toegewijde-waarneming, zoals zo prachtig omschreven in ECvL. Wat er dan gebeurt is dat je geloof in grenzen, tussen jou en God en die tussen jou en anderen, oplost. De babbelaar denkt dat dit betekent dat hij zal verdwijnen, zal sterven. Hij probeert zich vast te klampen aan ouderwets studeren en leren. Dat is slechts tijdelijk en oké. Gaandeweg wordt duidelijk dat het oplossen van grenzen en het oplossen van het doenertje, van de plannenmaker en van de kleine wil, allerminst betekent dat er een saaie stilstand ontstaat.

Ach nee. Openbaringen gaan plaatsvinden “vanbinnen”, in de grenzeloze kathedraal van het Zelf. De stromende Liefde, die het kleine zelf en het geloof in grenzen oplost, wordt op mysterieuze en onuitsprekelijke wijze herkend als het Zelf. De woorden en uitspraken van ECIW en ECvL klikken als het ware in elkaar, onthullen diepe betekenis en er treedt gejuich op vanuit je hart. Er is sprake van herkenning, verwondering en de heling van je relaties. Van diepe dankbaarheid.

Vaccineren of niet; wat zegt de Cursus?

Deze blog zou heel kort kunnen zijn want ECIW geeft geen gedragsregels en vertelt ons dus niet wat we zouden moeten doen bij bepaalde schijnbare problemen in deze droomwereld. Nergens staat in de Cursus dat we gezond moeten eten, uitkijken bij het oversteken en dat we onze tanden moeten poetsen. Toch doen we dat allemaal, neem ik nu maar even aan, en dit vinden we ‘normaal gedrag’. Als we over dit soort kwesties en beslissingen praten dan zeggen we gemakshalve dat we het hebben over niveau-II kwesties. Natuurlijk kan er in een non-duale visie niet echt sprake zijn van niveaus, maar iedereen snapt wat ik bedoel: de niveau-II wereld is onze geprojecteerde wereld waarin de wetten van oorzaak en gevolg lijken te regeren. Als je ongezond eet word je sneller ziek, als je niet uitkijkt bij het oversteken dan heeft dat nare consequenties. Dit kunnen we allemaal begrijpen met onze droomhersentjes, het is algemeen bekend. Voor wat betreft vaccinaties ligt het wat lastiger omdat de meesten van ons niet uit eigen ervaring weten wat die vaccinaties precies doen op niveau-II en ook niet de opleiding hebben gehad om wat ‘experts’ hierover zeggen te beoordelen.

Van heel veel gebieden op niveau-II heb ik nauwelijks verstand en kun je me van alles wijsmaken. Voorbeeld: mijn motorfiets start soms plotseling niet en ik weet niks van motoren en startproblemen. Dus als Pietje zegt dat ik er gewoon eens nieuwe olie in moet doen omdat er ‘droesem op de bodem van het blok ligt’  dan doe ik dat als ik vermoed dat hij er meer verstand van heeft dan ik. Mogelijk dat een monteur moet lachen om zoveel domheid. Voor wat betreft medicijnen ligt dat wat anders. Ik heb farmacie gestudeerd, heb promotieonderzoek gedaan waarbij DNA, mutaties, eiwitstructuren enzovoorts mijn belangstelling hadden. Vervolgens heb ik 20 jaar bij farmaceutische bedrijven klinisch geneesmiddelenonderzoek opgezet en begeleid in waarbij honderden patiënten betrokken waren in tientallen ziekenhuizen. En net als de monteur op zijn vakgebied kaf van het koren kan scheiden, zie ik zonder veel moeite dat er in veel YouTube filmpjes over vaccinatie en over de werkwijze van farma rare dingen worden verteld. Natuurlijk weet ik ook niet alles en kan ik me vergissen maar toch voel ik me geroepen om familie en vrienden soms van wat informatie te voorzien en ze te corrigeren als ze evidente onzin verkopen. Vervolgens mag iedereen weten wat hij of zij met deze info doet. Het zal duidelijk zijn: voor mijzelf vormt een wetenschappelijke risico-inschatting de basis voor mijn besluit op dit gebied.

Anderen nemen hun besluit op basis van andere criteria. Een vriend geloofde een arts die een, in mijn ogen, evident onzinnig verhaal verkondigde over vaccins. Hij vond haar heel integer en betrouwbaar overkomen. Zo’n argument maakt op mij totaal geen indruk. Je hebt erg integer ogende oplichters maar het is ook mogelijk dat deze mevrouw zelf totaal overtuigd is van haar rare verhaal en dat mijn vriend deze oprechtheid heel goed aanvoelde. Nochtans is het opvolgen van haar welgemeende advies wetenschappelijk gezien volgens mij zeer onverstandig. Ook een lieve ECIW-zuster vertrouwde bij de vraag ‘vaccineren of niet’ op haar intuïtie die haar vertelde, na het zien van een uiterst dubieus YouTube-filmpje, dat niets en niemand te vertrouwen is in deze vaccinatie-kwestie. Maar kunnen we intuïtie wel onderscheiden van onbewuste angst? Wat moet je nu doen op dit niveau-II? Wie moet je geloven? Ondergetekende die jaren bij farma heeft gewerkt? Is hij wel onbevooroordeeld? De erudiet ogende vrouwelijke arts bij wie je zo’n goed gevoel krijgt? Je ‘onfeilbare’ intuïtie? Wat een verwarring! Help ECIW!

Ons ego is de lachende derde bij al deze zogenaamde toestanden en brandende vragen. Hij vindt het heerlijk dat we ons zorgen maken over het wel en wee van ons lichaam en dat we ons afgescheiden en kwetsbaar wanen. Hij smult van partijvorming, conflicten, felle debatten, aanval en verdediging. We zijn massaal de fabeltjesfuik van de afscheiding ingezwommen. Gelukkig help Jezus ons echt in de Cursus. Hij nodigt ons uit tot diep zelfonderzoek om daar ons geloof in afscheiding, zonde, schuld en angst te ontdekken. En, even belangrijk, hij biedt ons handvatten om vanuit de angst-fuik terug te zwemmen naar de open oceaan van liefde. Eerst worden we uitgenodigd om voorbij de vormen te kijken. Het gaat er niet om waarvoor we bang zijn (het Corona-virus, de vaccinatie, de eventuele gevolgen van het weigeren van het vaccin etc) maar dat we ervoor kiezen om ons hierdoor bedreigd te voelen. Waartoe doen we dat? We krijgen dankzij ECIW zicht op onze paradoxale verslaving aan angst en conflict en Jezus herleidt dit tot onze angst voor God, ons Zelf, onze ware Identiteit. En dan komen we op het gebied waar de echte keuzes gemaakt dienen te worden. Kiezen we ervoor om naar de agressieve angstkreten van het ego te luisteren of naar de liefdevolle, zachte Stem van Jezus? Hier in de stilte van onze denkgeest kunnen we onze vreemde weerstand tegen de zachtaardigheid van liefde ontdekken en ons zonder schuldgevoel openen voor de zachte genezing die ze ons biedt.

En dan? Dan kunnen we ons geroepen voelen om zelfs op niveau-II liefdevol te communiceren met onze broeders en zusters. We mogen liefdevol praten over onze wetenschappelijke opvattingen, gevoelens en intuïtie. En we mogen het loslaten. We mogen weten dat op dit niveau-II alle zogenaamd goede en foute keuzes relatief zijn. Pas als we bang worden dat we verkeerd kiezen of boos als anderen het niet zo zien als wij, hebben we vergevingswerk te doen. We mogen angst en boosheid ontmaskeren als vrienden van het ego en vervolgens kiezen om naar een ander geluid te luisteren. Een nieuwe Stem, zo oud als de eeuwigheid.