“Je hoeft niks te geloven want je kunt het direct ervaren!” Dit probeerde ik afgelopen jaren over te brengen in mijn blogs en in persoonlijke contacten met medestudenten. Ook ik was de eerste jaren van Cursus-studie vooral bezig om te proberen deze zo goed mogelijk te begrijpen. Het lijkt zo eenvoudig: als je begrijpt hoe het zit dan ben je eruit. Gaandeweg werd duidelijk dat dit grabbelende en zwoegende zelf onderdeel is van de kramp die het juist probeert te ontlopen. Hoe harder je je best doet om het mentaal te begrijpen hoe meer afgescheiden je je voelt. Hier letterlijk gevoel voor krijgen biedt een sleutel tot vergaande en ervaarbare vergeving.
Dit wilde ik delen met anderen en begin 2018 organiseerde ik enthousiast een soort huiskring om het over te dragen. Ik wilde uitleggen dat het een kwestie was van voelen wat oordelen veroorzaakt zodat je ook kunt voelen wat overgave voor heerlijk gevolg heeft. Ik wilde de ander dolgraag helpen maar zag dat het niet zo makkelijk was om dit over te brengen. Dus gooide ik er een schepje bovenop en hoe meer verwarring ik zag hoe drukker ik probeerde de ervaarbaarheid van vergeving ook aan de hand van teksten uit de Cursus over te brengen. Op de tweede of derde avond ervoer ik haast paniek: deze lieve mensen kwamen vanuit het hele land en ik kon hen niet helpen zoals ik zo graag wilde.
De Heilige Geest greep gelukkig in en door omstandigheden waren we de avonden hierna met een klein groepje van drie. Ik hield op met nadenken wat ik die avond zou vertellen en vertrouwde erop dat het wel duidelijk zou worden. Deze overgave bood, achteraf gezien natuurlijk zeer voorspelbaar, vrede voor ons allen. Ook in de rest van het jaar moest ik leren loslaten en vertrouwen. Telkens wanneer ik probeerde iets te fiksen in mijn eigen situatie bad ik, zodra ik het doorkreeg, dat prachtige gebed waarmee de werkboeklessen van de Cursus eindigen (361-365), nu in keer in het Engels:
“This holy instant would I give to You
Be You in charge. For I would follow You,
certain that Your direction brings me peace.”
Telkens zag en ervaarde ik de weerstand tegen deze overgave aan Hem. Vanuit ons geloof in afgescheidenheid (vanuit ons ego) willen we iets doen, we willen de ongewenste situatie veranderen. Het heeft jaren gekost om niet alleen te begrijpen maar ook te voelen hoe diep de wortels van het ego schijnbaar reiken. Ook bij broeders en zusters zie ik dat ze menen dat de situatie, omstandigheden of psychische gesteldheid, niet oké is en dat ze dus met behulp van de Cursus hun best moeten doen om hier verbetering in te brengen. De eerste waarneming is correct: er is inderdaad geen ervaring van vrede. Maar het vervolg is een misvatting: ik moet nu iets gaan doen om aan iets wat ik niet wil een einde te maken. Dit versterkt slechts de verwarring van slachtofferschap.
De oplossing van de kramp begint als je durft te geloven dat je als machtige Zoon van God gekozen hebt om precies dat te ervaren wat je ervaart. Radicaal geformuleerd: je doet het jezelf aan, niet voor 99% maar voor 100%. Eerst bereikt dit via woorden de mind, dan kun je er gevoel voor krijgen. Het bizarre besef daagt dat je alles op z’n kop hebt gezet: als Zoon van God ben je gaan oordelen om te spelen met de illusie van afgescheidenheid. Bij elk oordeel kun je voelen hoe de ervaring van kramp toeneemt en, nu komt het, bij overgave aan Liefde, bijvoorbeeld middels genoemd gebed, kun je direct ervaren dat vrede binnen komt. Dit is vergeven. Het heeft niks met het mentaal aanvaarden van holle kreten te doen.
Gaandeweg vindt een heerlijke omkering plaats. Er is geen ik die dingen meemaakt die het niet wil. Nee, er is projectie van ervaringen waarmee de Zoon van God de illusie wil creëren een afgescheiden zelf te zijn. Dit lukt het best als we ook nog eens veroordelen wat we buiten ons menen te zien. Ook het gevolg van dit oordeel is voelbaar. Ik (vanuit mijn geloof in afscheiding, vanuit mijn ego) kan niks doen want alle zelf-oordelen en zelf-doen versterkt de illusie. Maar, wat een zegen, dat kleine beetje bereidwilligheid om het gebed van overgave steeds weer te bidden en steeds meer te vertrouwen op de kracht van liefde is al wat nodig is om vrede te ervaren. Het is een rare, niet begrijpelijke vrede. Zogenaamd nare omstandigheden lijken soms nog voort te duren maar met het wegvallen van de weerstand tegen onze eigen projecties (Love allows all things, trusts all things, embraces all things and thereby transcends all things (WOM)) valt de bodem (het geloof in een lijdend ik) weg.
Van “believe in separation” naar “experience of union”. En dit brengt me bij A Course of Love. Want aangekomen bij de waarheid van werkboeklessen 361-365 daagt besef van het mysterie van eenheid. De overgave aan de Heilige Geest blijkt een wonderlijke overgave aan de Liefde die je bent. Bij het minder hard worden van de ego-grens door overgave blijkt dat er geen afgescheiden Zoon van God is die Zich aan iets moet overgeven. Hij blijkt nooit weg te zijn geweest van Thuis en wonderlijk en onbegrijpelijk één met Zijn Vader.
Ook via ACOL drong deze vreugde steeds dieper door. Wat mij niet of nauwelijks lukte in de huiskring begin dit jaar, krijgt broeder Jezus in ACOL wel voor elkaar. Het uitleggen (voor de mind) gaat over in die directe ervaring (voor het hart). Al lezend ben je samen en één met Hem. Woorden schieten tekort en ik weet ook niet hoe dit te delen is met hen die hier voor open staan. Ik vrees dat mijn blogjes een beperkte reikwijdte hebben: tot aan het gaan ervaren van vergeving. Daarna, en feitelijk nu reeds, staat ieder op Zichzelf, innig verbonden en één in Liefde met elkaar.