Dit is een reactie die regelmatig klinkt als cursus-teksten, of gesprekken over de betekenis hiervan, iets langer worden dan korte statements of spreuken. Als dergelijke teksten je op dit moment verwarren en je ze liever niet leest dan is dat natuurlijk gewoon je keuze en helemaal prima. Soms klinkt er echter iets van een verwijt in door, zo van: “wat een onnodig gedoe, hier gaat het helemaal niet om, gewoon luisteren naar de Heilige Geest is het enige wat nodig is”.
Zelf vraag ik me dan af waarom Jezus ons zo’n dikke cursus geeft als hij had kunnen volstaan met zo’n korte, simpele instructie als: “luister gewoon naar de innerlijke Stem van de Heilige Geest”. Bovendien meen ik dat het deze Heilige Geest is die Jezus geïnspireerd heeft om de Cursus aan Helen Schucman te dicteren. De vele woorden zijn Zijn Stem. Kennelijk deinst Jezus zelf er niet voor terug om vele bladzijden tekst te gebruiken als communicatiemiddel en ik vermoed dat hij het beste weet wat we nodig hebben.
Mogelijk zijn degenen die afkeurend spreken over langere teksten het stadium van het bestuderen van de studie al lang voorbij. Dan vraag ik hen om geduld met mij, trage student, te hebben en me te vergeven dat ik woorden gebruik om te communiceren.
Robert Perry van The Circle of Atonement heeft ook gereageerd op uitspraken die lijken op “doe niet zo ingewikkeld”. Ik zal er hieronder een aantal weergeven. Misschien toch goed om ze even door te lezen het zou zo maar kunnen dat de Heilige Geest via Perry ons iets wil duidelijk maken. 😉
Neem dit boek niet te serieus; speel er gewoon mee. Zegt de Cursus zelf niet dat we deze cursus moeten “vergeten”?
De Cursus neemt zichzelf echter serieus. Hij zegt: “Luister hier aandachtig naar met een open oor, en denk niet dat het slechts een droom is, een achteloze gedachte waarmee je speelt, of een stuk speelgoed dat je zo nu en dan oppakt en weer weglegt.” (T-20.II.6:6). Het “Vergeet deze cursus” (W-pI.189.7:5) is slechts een instructie voor meditatie, geen algemene instructie.
We moeten niet proberen ons te strikt te houden aan wat de Cursus precies zegt. Proberen de letter van de Cursus te volgen is fundamentalisme.
Door de hele Cursus heen verwacht Jezus van ons dat we goed opletten en trouw blijven aan wat hij zegt. Hij zegt dat de Cursus zelf “zorgvuldig gepland” is (T-12.II.10:1 en W-pI.20.1:3). Hij zei eens tegen Helen en Bill: “Wees heel voorzichtig bij het interpreteren hiervan.” Hij drong er zelfs bij hen op aan om “zeer zorgvuldig te herlezen”. Dit is gewoon een natuurlijk onderdeel van het serieus nemen van Jezus als onze leraar. Als je een gids volgt op een onbekende berg, luister je aandachtig naar zijn instructies, zorg je ervoor dat je deze begrijpt, en volg je ze op.
Een Cursusstudent zijn betekent niet dat je dagelijks met het boek werkt. Het betekent eigenlijk alleen dat je gelooft in de basisprincipes ervan, en die kan ik zelfs van anderen krijgen die het boek lezen.
Zoals de structuur van het werkboek impliceert, hebben we dagelijks een wisselwerking nodig tussen het boek en ons leven. Anders volgen we uiteindelijk een leerplan dat we zelf hebben opgezet. Vanwege onze krankzinnigheid zegt de Cursus dat het niet verstandig voor ons is om ons eigen leerplan te ontwerpen: “Je zou je niet gauw tot [arme leerlingen] wenden om het leerplan op te stellen waarmee zij aan hun beperkingen kunnen ontkomen” (T-12.V.5:6). We hebben de Cursus nodig om ons te herinneren aan de waarheid die we zo gemakkelijk vergeten: “Je moet de waarheid over jezelf zo vaak mogelijk horen, omdat je denkgeest zo in beslag genomen wordt door valse beelden van jezelf” (W-pI.67.5:2).
Er is niet één juiste interpretatie van de Cursus. Alle interpretaties moeten worden erkend. Het zoeken naar de “juiste” gaat alleen maar over ego’s die proberen gelijk te krijgen.
Hoewel we allemaal feilbare interpretatoren zijn en het dus altijd een werk in uitvoering is om de juiste interpretatie te krijgen, is er Jezus zeker veel aan gelegen dat wij de Cursus interpreteren zoals hij het bedoeld heeft. Hij beschouwde de Cursus duidelijk als “niet voor meer dan één uitleg vatbaar” (commentaar aan Helen). Door de Cursus heen geeft hij aan dat het ego altijd probeert te verdraaien wat hij ons zegt. Hij spoort ons aan deze neiging tegen te gaan door de Cursus niet “overhaast of verkeerd” te lezen (M-29.7:3), en door te leren “deze dwaze toepassingen [de verdraaiingen door het ego van Cursuspassages] te zien, en de betekenis die ze lijken te hebben te verwerpen” (W-pI.196.2:4).
Telkens wanneer we beginnen te praten over verschillen en meningsverschillen, zijn we in ego. Een juiste ego-loze reactie op verschillen in interpretatie is het “uitscheuren van de bladzijde waar strijd over bestaat”.
Jezus zelf sprak echter ook over verschillen tussen zijn leringen en de leringen van Freud, Edgar Cayce, en het Nieuwe Testament. Hij deed dit echter altijd op een respectvolle manier, waarbij hij zorgvuldig was en ook punten van overeenstemming bevestigde. Waarom zouden we, in plaats van de bladzijde uit te scheuren, niet samen op zoek gaan naar wat de Cursus werkelijk zegt? ” Maar wanneer er twee of meer zich verbinden in hun zoektocht naar de waarheid, kan het ego zijn gebrek aan inhoud niet langer verdedigen” (T-14.X.9:6).
De Cursus is niet bedoeld om bestudeerd te worden, alleen om ervaren te worden. Bestudering ervan maakt er alleen maar een intellectuele oefening van.
Jezus vertelde Helen en Bill dat hun studie van de Cursus van cruciaal belang was, en paste wat hij zei toe op alle studenten: “Bill heeft heel intelligent voorgesteld dat jullie je beiden ten doel moeten stellen om werkelijk voor deze cursus te studeren. Er kan geen twijfel bestaan over de wijsheid van deze beslissing, voor iedere student die wil slagen.” Studie is niet in strijd met ervaring. Integendeel, studie is de poort naar ervaring en, op de juiste manier gedaan, is zelf ervaringsgericht.