Ik ben blij dat ik jullie erop mag wijzen dat het Engelstalige boekje “A Bridge” vertaald is in het Nederlands en dat de uitgever toestemming heeft gegeven om “Een Brug” kosteloos aan te bieden aan lezers van Een Cursus van Liefde (ECVL). In het boekje delen Een Cursus in Wonderen (ECIW)-studenten hun ervaring bij het lezen van ECVL. Veel van jullie zullen ook via ECIW tot ECVL zijn gekomen en dan kan het fijn zijn om te horen hoe deze “vrienden van beide cursussen” het verband tussen beide boeken zien en ervaren.
Toen ik als christen de rijkdom van ECIW ontdekte waren er veel christelijke broeders en zusters die mijn enthousiasme niet bepaald deelden. In tegendeel. Iets dergelijks maakte ik mee toen ik mijn vreugde wilde delen bij de ontdekking van ECVL. Deze keer waren het sommige ECIW-studenten die, dikwijls zonder ECVL zelf gelezen te hebben, afwijzend reageerden op dit boek. Voor mij is dit ook nu een oefening om iedereen zijn of haar opvatting en geloof te gunnen en niet te proberen een ander ervan te overtuigen om zich te verdiepen in het boek waar ik vol van ben. Ieder zijn weg op zijn eigen moment.
Dit neemt niet weg dat bij een eerste lezing van ECVL er vragen kunnen opborrelen bij studenten die bekend zijn met ECIW. Over deze vragen gaat Een Brug. De bijdragers aan het boekje claimen niet dat zij “het antwoord” op deze vragen geven. Als je al enigszins bekend bent met ECVL dan weet je dat er niet zoiets bestaat als een conceptueel antwoord dat echt bevredigt. Echt weten treedt op in vereniging en wordt als het ware van binnenuit ervaren. Daarom is in mijn beleving een discussie over veronderstelde verschillen niet echt zinvol. Want hoe kun je iemand jouw ervaring duidelijk maken die deze ervaring (nog) niet deelt? We kunnen niet anders dan zo goed mogelijk met dan met woorden onze ervaring delen en het hierna laten rusten in het vertrouwen dat liefde haar weg zal vinden.
Ik ben benieuwd of je Een Brug behulpzaam vindt. Laat van je horen in deze Facebook-groep en weet dat je hiermee niet alleen jezelf maar ook een ander dient. Ik zal proberen om in een paar woorden en puntsgewijs mijn visie op het verband tussen ECIW en ECVL te geven, als een soort kapstok wellicht. Kijk maar of je er iets aan hebt.
- ECIW is een heerlijke en complete leerweg.
- ECVL wil niet ECIW-herschrijven maar is een vervolg voor mensen die ervaren dat hun ego weliswaar verzwakt is maar die geïnspireerd willen worden om helemaal uit en als hun Zelf te gaan leven.
- ECVL is behulpzaam voor ECIW-studenten die moeite hebben met wat wij “de fysieke werkelijkheid” noemen. Hoe kunnen we de wereld en ons lichaam zien? Moeten we beiden zo snel mogelijk ontkennen, vergeten en achter ons laten op weg naar de eeuwigheid?
- ECVL is een benadering via het hart. In mijn beleving helpt het me te voorkomen om van ECIW een nieuwe theologie te maken maar om daarentegen te komen tot een universele ervaring van verbondenheid. Hier, nu en niet ergens in een verbeelde toekomst. Een sleutelbegrip is heelheid-van-hart, een situatie waarin hoofd en hart zijn verenigd.
- ECIW helpt me om van speciale relaties naar een heilige relatie te gaan. ECVL helpt me om te leven vanuit deze heilige relatie.
- ECVL wijst me erop dat ik genoeg geleerd heb dankzij boeken en leraren en dat het nu het moment is om vanuit het Christusbewustzijn te gaan leven.
- ECVL wijst me erop hoe mijn gevoelens mij hierbij behulpzaam kunnen zijn.
- ECVL handelt over onze nalatenschap, over onze macht om medescheppers te worden van de nieuwe wereld.
- ECVL introduceert de weg van Maria.
- ECIW en ECVL vervullen me met grote dankbaarheid.
Veel leesplezier en hartegroet,
Simon Schoonderwoerd
PS-1: Ben je enthousiast over Een Cursus van Liefde? Meld je dan aan bij de gelijknamige Facebook-groep (te vinden door te zoeken op ECVL). Welkom alvast!
PS-2: Hieronder staat een final draft van Een Brug. Zodra de definitieve versie beschikbaar is zal ik deze als pdf beschikbaar maken.
EEN BRUG
Een Verkenning van het Verband Tussen
Een Cursus in Wonderen
&
Een Cursus van Liefde
Door vrienden van beide Cursussen
Dit werk wordt opgedragen aan de studenten van ‘Een Cursus in Wonderen’ die openstaan voor de ontdekking dat er nog een ander geschenk is dat op hen wacht.
De letterlijke aanhalingen van zowel ’Een Cursus in Wonderen’ als ‘Een Cursus van Liefde’ zijn cursief gedrukt.
Het systeem van verwijzingen naar tekst in ‘’Een Cursus in Wonderen’(ECIW is als volgt opgebouwd:
Boek-Hoofdstuk.sectie.paragraaf:zin
Voor het ‘Tekstboek’ wordt T gebruikt (Tx voor de Introductie tot het ‘Tekstboek’).
Voor het ‘Werkbook voor studenten’ wordt W gebruikt.
Voor de ‘Handleiding voor leraren’ wordt H gebruikt.
Dus verwijst T-8.III.5:1-3 naar ECIW, Tekstboek, Hoofdstuk 8, sectie III, paragraaf 5, zin 1 tot 3
Referenties naar de ‘Verklaring van termen’ zijn gewoon ’V-‘ gevolgd door nummer van paragraaf en zin.
Verwijzingen naar ‘Een Cursus van Liefde’(ECVLECVL) worden als volgt aangegeven:
Boek: Hoofdstuk, Alinea
Naar de Cursus, of Boek I, wordt verwezen als C
Naar de Verhandelingen, of Boek II, wordt verwezen als V1, V2, V3, V4
Naar de Dialogen of Boek III, wordt verwezen als D
Dus verwijst C:20.30 naar ECVL, de Cursus, hoofdstuk 20, alinea 30
Verwijzingen naar De Veertig Dagen en veertig Nachten zijn bijvoorbeeld, D:Dag1.22
Verwijzingen naar de Introductie, Prelude, Epiloog, of Addendum zijn I, P, E of A met het alinea nummer erachter.
Bijvoorbeeld, I.12, P.3, E.10, of A.8
Het is moeilijk te begrijpen wat “Het Koninkrijk der Hemelen is in je” werkelijk betekent. Dit komt doordat het onbegrijpelijk is voor het ego, dat dit interpreteert alsof iets van buiten binnenin zit, hetgeen helemaal niets betekent.
Het woord “in” is overbodig. Het Koninkrijk der Hemelen benjij. Wat heeft de Schepper behalvejou geschapen en wat is Zijn Koninkrijk behalvejij? Dit is de totale boodschap van de Verzoening, een boodschap die in haar totaliteit de som van haar delen overstijgt.
(ECIW-Complete Editie, T-4.V.1)
Inhoudsopgave
Een samenvatting van ECVL en de relatie tot ECIW… 12
1. Waarom Een Cursus van Liefde?. 12
2. Waarom moet er ‘Een Cursus van Liefde’ zijn als liefde niet onderwezen kan worden?. 13
3. Wat is het doel van ECVL en hoe verhoudt het zich tot het doel van ECIW?. 14
4. Hoe verhoudt ECVL zich tot ECIW?. 15
5. Kunt U toelichten hoe beide Cursussen zich tot elkaar verhouden?. 15
Is de wereld (en het lichaam) werkelijk. 19
7. Wat is de fundamentele visie van ECIW en ECVL over de wereld?. 19
De Rol van Mind, Hart, Gevoel en Relatie. 27
13. ECVL legt een sterke nadruk op ‘heelheid-van-hart’. Wat wordt daarmee bedoeld?. 27
14. Denigreert ECVL het denken?. 30
16. Ik heb de indruk dat ECVL zich veel met gevoelens en emoties bezighoudt. Is dat zo?. 31
*Laten we met negatieve gevoelens beginnen. 31
*En toch zegt ECVL dat er geen ‘slechte’ gevoelens zijn. Wat moeten we met onze gevoelens doen? 32
*Gevoelens zijn een toegangspoort tot God. 32
18. Behandelt ECVL genderkwesties anders dan ECIW?. 35
Leren versus Weten en het einde van Leren. 36
19. ECVL vertelt ons dat “de tijd van leren” voorbij is. Wat betekent dit?. 36
21. ECVL vraagt ons om “op een nieuwe manier te leren.” Is die manier werkelijk nieuw?. 38
22. ECVL biedt ons de mogelijkheid om “direct te leren”. Hoe werkt dit?. 40
23. ECVL vertelt ons dat de “tijd van de Heilige Geest” voorbij is; kunt U dit uitleggen?. 41
Veelzeggende en Kenmerkende Termen die in ECVL gebruikt worden. 44
25. ECVL spreekt veel over “Het Nieuwe.” Wat wordt er met het Nieuwe bedoeld?. 44
27. ECVL zegt herhaaldelijk dat ‘geven en ontvangen één zijn.’ Kunt U dat verklaren?. 47
Het idee voor dit boekje is ontstaan tijdens een conferentie van Een Cursus in Wonderen, toen het gevoel ontstond dat Een Cursus van Liefde niet goed begrepen werd en daardoor door sommigen niet juist geïnterpreteerd werd. Gedurende een jaar verzamelden de hieronder genoemde bijdragers een aantal hoofdpunten en een aantal verduidelijkingen waarvan zij meenden dat die extra aandacht verdienden. Bij iedere bijdrage staat wie de auteur is, om te laten zien dat er geen “goede” of ” verkeerde” antwoorden zijn, dit in overeenstemming met de benadering van de waarheid volgens ECVL; namelijk dat de enige juiste interpretatie is die welke afkomstig is van het eigen interne gids-systeem van elke lezer. (A.15) De gegeven perspectieven zijn van hen zelf en vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs die van Mari Perron, de eerste ontvanger van ECVL, of die van de uitgever.
SUSAN BERNARDINI:
Ik ben altijd een spirituele zoeker geweest. Toen ik vijf was vroeg ik me af, “Waarom is er een ‘hier’?” Nadat mijn vader onverwachts overleed in 1994, had ik een terugkerende droom over een blauw boek op een plank in de plaatselijke boekwinkel. Ik vond het boek precies daar waar het in mijn droom aangegeven was. Het was Een Cursus in Wonderen. Ik was bijna 20 jaar een student en leraar van ECIW toen ik een online -advertentie ontdekte waarin stond dat er een ‘nieuwe Cursus in Wonderen’ was. Ik was sceptisch, maar toch geïntrigeerd, dus kocht ik het als e-book. Voordat ik de eerste zin las dacht ik, “er is niets dat ooit de plek die ECIW in mijn hart, ziel en leven heeft zal kunnen vervangen.”
Nog voordat ik het eerste hoofdstuk uit had, wist ik dat dit de stem was die ik was gaan liefhebben en vertrouwen. Jezus leek rechtstreeks tegen me te spreken op een heel persoonlijke manier. Ik voelde me gekend en geliefd, en in acceptatie van mezelf, anderen, en het leven. ECVL heeft mijn liefde voor ECIW niet verminderd. Integendeel, het heeft die vergroot. ECIW heeft een nieuwe helderheid en eenvoud gekregen sinds ik ECVL bestudeer. Ik ben opgehouden met zoeken. Met ECVL voel ik me alsof ik de weg naar huis gevonden heb.
LAUREL ELSTROM:
Ik ben spiritueel hongerig geboren. In mijn grote familie was ik degene die een spiritueel zoeker was. Mijn zoektocht naar de waarheid begon in de Pinkstergemeente waar ik in werd grootgebracht. Gedurende de jaren die volgden onderzocht ik vele andere religies, filosofieën en leringen, en heb in de kern van alle waarheid gevonden. Vijfentwintig jaar geleden bracht Een Cursus in Wonderen mij opwindende en transformerende openbaringen, die vele lagen van onwaarheden ontwarden. Toch verlangde ik naar meer. Vijf jaar geleden koos Een Cursus van Liefde mij en nam me mee in een voortdurende en glorieuze vrijheidsdans. ECVL is niet de enige weg naar verlichting, maar het is een machtig geschenk aan studenten van ECIW en aan anderen die ernaar verlangen te ontwaken tijdens dit leven. Het kan moeilijk zijn voor degenen die ECIW liefhebben en er hun vertrouwen in hebben gesteld, een ander geschreven werk te aanvaarden. Toch heb ik met eigen ogen getuige mogen zijn van de transformerende kracht van ECVL. Voor velen is het de volgende stap.
Met het ervaren van ECVL kwam een duidelijke en definitieve roeping om te schrijven en te doceren. De stem die me leidt is kristalhelder: “bied middelen aan en ondersteuning voor ECVL studenten.” In antwoord daarop nam ik honderdenacht video’s op met een samenvatting van ieder hoofdstuk van ECVL op mijn YouTube kanaal. Ik schrijf regelmatig artikelen in “The Embrace,” het maandelijkse nieuwsblad van ECVL, en één van mijn bijdragen is recent verschenen in het Britse tijdschrift “Miracle Worker”. Een liefdevol werk van drie jaar, “Love on the Mountain: An Inquiry Companion to the Fourty Days and Fourty Nights” is in 2019 verschenen.
Ik leid nog steeds een al lang bestaande ECVL studiegroep in Asheville, North Carolina en ben een gediplomeerde professionele coach, gespecialiseerd in één-op-één sessies met ECVL studenten. Ik ben bereikbaar via laurelelstrom@gmail.com en via mijn website, www.laurelelstrom.com
GLENN HOVEMANN:
In de jaren zeventig leefde ik bijna tien jaar in een commune in Oregon waarvan ik medeoprichter was. Op een dag werd ik benaderd door een onbekende bezoeker. “Ik geloof dat deze voor jou zijn,” zei ze terwijl ze me drie dikke blauwe boeken met harde kaft overhandigde. Het was het jaar 1978. Toen ik die boeken inkeek wist ik dat ze waarheid spraken; en ik wist dat ik ze niet begreep. Zo begonnen vele jaren van verdieping in Een Cursus in Wonderen. In de volgende decennia verkende ik nog vele andere leraren, maar Jezus was het fundament en ECIW was zijn krachtige boodschap. Maar toch voelde het op de een of andere manier alsof er nog meer te onthullen was.
In het begin van 2013 ontdekte ik Een Cursus van Liefde, door Mari Perron zelf in drie delen uitgegeven. Het was zoals thuiskomen, onthullend en transformerend. Later dat jaar vroeg Mari mij, tot mijn verbazing, om ECVL te publiceren. (Mijn vrouw, Muffy en ik waren uitgevers, voornamelijk van geïllustreerde kinderboeken!) Ik aarzelde, maar de roep was duidelijk. Begin 2014, bevestigde Mari haar verzoek en Muffy en ik richtten Take Heart Publications op om ECVL in het Engels te publiceren en te promoten en vertalingen ervan in andere talen te coördineren.
MICHAEL MARC:
Ik ben katholiek opgevoed, maar was altijd heel nieuwsgierig naar andere spirituele tradities, zowel Oosterse als Westerse. Op een keer woonde ik een voordracht bij van een oudere indiaan, waarbij ik getroffen werd door de duidelijke verbinding van deze persoon met een levende werkelijkheid. Het maakte me nederig en wekte een diep verlangen om op dezelfde manier met mijn Schepper verbonden te zijn.
Ik probeerde mijn verlangens te volgen, maar lange tijd was ik depressief en onzeker over mezelf. Er was een kloof tussen wie ik in de wereld was en wie ik voelde in werkelijkheid te kunnen zijn, een kloof die ik niet kon overbruggen. Mijn geest was dus goed voorbereid om Een Cursus in Wonderente ontdekken.
Ik wijdde mezelf gedurende vijftien jaar aan het bestuderen van ECIW en deed het hele werkboek met oefeningen tweemaal. Ik merkte dat ik in staat was om onder alle omstandigheden voor vrede te kiezen en begon toen te voelen dat er iets meer was. Er begon een vreugde in me op te wellen die niet voor mij alleen was, en ik wist niet goed wat ik ermee aan moest. Mijn hart was dus goed voorbereid om Een Cursus van Liefde te ontdekken.
Er is inderdaad iets dat meer is dan in vrede zijn: dat is in Liefde zijn. ECVL leidde me tot het besef dat we de werkelijkheid van wie we zijn, alleen kunnen ervaren door Schepping; door de ervaring van wat voorbij conceptueel begrip ligt. Hier ben ik dankbaar voor, evenals voor de mogelijkheid hier te delen.
Hoewel de drie boeken waaruit Een Cursus van Liefde is samengesteld, al eerder waren uitgegeven, was het pas bij de meer formele uitgave in 2014 door Take Heart Publications, dat de gemeenschap van Een Cursus in Wonderen serieuze interesse in dit werk begon te tonen. De reactie is sindsdien gemengd geweest, hetgeen niet onverwachts is, maar wat de schrijvers van dit boekje vooral heeft beziggehouden is dat sommige ECIW-prominenten ECVL afschilderen als strijdig met de grondbeginselen van ECIW. Bij verschillende gelegenheden werd ECVL beschreven als een regressie, met een risico op verwarring voor ECIW studenten en als een ‘gemakkelijkere’ spirituele leer voor degenen die, om welke reden dan ook, niet bereid zouden zijn het ‘echte’ werk, voorgeschreven door ECIW aan te gaan.
Het doel van dit document is een ander perspectief te bieden opde relatie tussen ECIW en ECVL, voor degenen die dit zouden zoeken. Voor de bijdragers van dit boekje, die veel aan beide cursussen te danken hebben, kan het moeilijk te bevatten zijn waarom hun liefde voor ECVL die tot een beter begrip van ECIW heeft bijgedragen, hun scholingsweg minderwaardig zou maken aan de scholingsweg aangeboden door ECIW.
Er zijn maar een paar redenen waarom iemand in het openbaar verklaringen zou afleggen over de voorkeur voor één spirituele lering ten opzichte van een andere. Eén komt voort uit het verlangen onze medemensen te helpen door iets te delen wat we hebben geleerd en wat we echt nuttig vinden. De tweede is om een aantal dierbare ideeën te verdedigen tegen waargenomen verwatering, afwijking of misinterpretatie. In beide gevallen zijn er hier een paar subtiele grenzen die overschreden kunnen zijn, zelfs met de beste bedoelingen.
Het idee dat iemand van ons zou kunnen weten wat het beste voor een ander is, is een van de valkuilen die voortkomt uit het begrip dat een bepaalde conceptuele oriëntatie bij machte is om de tragedie van onze schijnbare afscheiding te beëindigen. Het vermogen om de Koran te reciteren, of de Bijbel aan te halen, of een zin van onze favoriete Cursus aan te halen, betekent heel weinig. Ons doel is niet het intellectueel begrijpen van deze Cursussen, maar de bevrijding van de illusie dat we afgescheiden zijn van God. Deze vrijheid is een terugkeer naar de volheid en heiligheid van ons eigen hart, ons Ene Hart, waar onze relatie met God begint en eindigt. Ondertussen doet het er niet toe welke woorden we als de onze adopteren, want totdat we het echte Woord, dat God op ons hart geschreven heeft, ontdekken, blijven alle woorden simpelweg constructies. Zonder het wonder, dat niemand van ons kan controleren, zijn al dat soort woorden betekenisloos.
Ieder van ons weet dat we in het verleden ooit ten prooi vielen aan een misperceptie; één zo volledig, en zo diepgaand, dat we niet in staat zijn eruit te ontwaken. Zonder wonder zou ieder van ons werkelijk verloren zijn. Het is logisch dat wanneer we uit deze droom ontwaken, we onze opluchting met anderen willen delen, maar een geest die niet ziet dat er net zoveel wonderen in de coulissen wachten als er wezens zijn die ze nodig hebben, zit er nog steeds naast, net zoals een geest die anderen als verloren beschouwt die het zonder zijn specifieke hulp moeten stellen. De bewering dat een ‘ander’ niet in staat is de waarheid te onderscheiden in de stilte van zijn of haar eigen hart, betekent slechts een stevige basis voor angst. Want hoe kan wat er echt toe doet — echte kennis van het Koninkrijk dat we reeds zijn — hersteld worden als wat binnenin ligt niet kan worden vertrouwd? Niemand van ons kent het pad dat een ander naar vrijheid zal nemen. Niemand van ons kent de woorden, of momenten, of wonderbaarlijke ontmoetingen die naar huis zullen leiden.
De bijdragers aan dit werk zijn unaniem van mening dat ECVL en ECIW van onschatbare waarde zijn geweest op hun weg naar genezing. De standpunten die we hier presenteren zijn van ons zelf, gegeven in een poging om een perspectief te delen; niet om te benadrukken dat het de enig mogelijke beleving van deze twee werken is, of de enig juiste interpretatie.
Dit werk wordt gepresenteerd als een serie vragen en antwoorden en er wordt aangegeven wie de auteur is van het antwoord op de vraag die wordt gesteld. Onze intentie is om zo de suggestie te vermijden dat er uitsluitend één juist antwoord op deze vragen zou zijn en om te vermijden dat de antwoorden dogma’s of idealen worden. Sommige van de bijdragers wijden wat meer uit in hun antwoord. Andere bieden een eigen perspectief. We zien dit alles als één geheel, omdat we allemaal unieke uitdrukkingen zijn van de volheid van God. Woorden blijven slechts symbolen. De waarheid is wat leeft en ademt en danst in onze harten. Het is de levende werkelijkheid van Liefde die we zullen herinneren en waar we allen naar zullen terugkeren.
We hopen vooral dat dit kleine boekje je werkelijk tot hulp zal zijn.
Een samenvatting van ECVL en de relatie tot ECIW
1. Waarom Een Cursus van Liefde?
GLENN:
De urgentie voor de mensheid om werkelijk eenheid te herkennen is, aldus Jezus, de enige reden voor deze voortzetting van het onderricht van ECIW. (A.4)
In de jaren die verstreken sinds Helen Schucman de innerlijke stem hoorde en ECIW noteerde, zijn er veel eraan gerelateerde werken geschreven. En toch werd er geen andere innerlijke stem gehoord die, zoals Jezus verklaarde, zei dat het een volgende ‘Cursus’ was. De eerste woorden die Mari Perron in 1998 “hoorde” — de woorden waarmee de prelude begint — waren: Dit is een cursus in wonderen.
Aan het eind van de Prelude gaf Jezus de nieuwe Cursus een naam: Deze keer kiezen wij voor een directe benadering, een benadering die in eerste instantie lijkt het abstracte leren achter te laten, evenals de ingewikkelde mechanismen van het denken dat jou zo bedrogen heeft. Wij doen een stap opzij, weg van het intellect, de trots van het ego, en benaderen deze laatste lessen vanuit het domein van het hart. Daarom en om alle verwarring te beëindigen, noemen wij deze cursus: Een Cursus van Liefde. (P.44)
Beide Cursussen werden op eenzelfde manier ontvangen van een bron die zichzelf bekendmaakte als Jezus. In beide Cursussen verbergt Jezus zijn identiteit niet. Soms refereert hij uitdrukkelijk naar zichzelf, soms in de context, meestal in de eerste persoon, soms in de derde persoon. ECIW is speciaal gericht op het voorbereiden van de denkgeest; ECVL op het hart. Beide zijn nodig.
MICHAEL:
Omdat ik geloof dat ECVL nauwe verwant is aan ECIW ligt het voor mij voor de hand om daar te beginnen met de vraag, “waarom een Cursus in Wonderen?”
ECIW is duidelijk in zijn doelstellingen. Het doel van het leerplan is, ongeacht de leraar die je kiest ‘Ken uzelf’. Iets anders valt er niet te zoeken. Ieder is op zoek naar zichzelf en naar de kracht en de heerlijkheid die hij meent te hebben verloren. ( Tx-8.III.5:1-3)Dit doel, evenals de noodzaak van een verschuiving in perceptie die aan kennis zelf voorafgaat, wordt consequent uitgedrukt in ACOL, dat zegt: Het meest verheven doel waartoe je nu in staat bent is het veranderen van je perceptie. Alhoewel ons ultieme doel is om volledig voorbij perceptie te komen en naar weten te gaan, is een eerste stap hiertoe jouw manier van perceptie te veranderen in een recht-geaardheid. (C: 19.23)
In ultieme zin, is het ‘waarom’ van de twee Cursussen hetzelfde, maar er is een vraag in deze vraag vervat, die nog niet beantwoord is, namelijk deze: Waarom, tenzij er iets verkeerd is gegaan, of ECIW zelf onvolledig was, zou er een andere Cursus nodig zijn? Heeft ECIW ons niet alles gegeven wat nodig is voor de ontbinding van het ego en onze terugkeer naar de omarming van Liefde? Voor sommige studenten van ECIW zou het er op kunnen lijken dat het verschijnen van een tweede Cursuseen tekortkoming van de eerste zou inhouden, maar ik geloof stellig dat dit niet het geval is. Het bestaan van ECVL impliceert noch een tekortkoming in ECIW, noch wordt er gesuggereerd dat om deze ‘volledig’ te begrijpen men ook ECVL moet lezen.
Het antwoord op de vraag die niet gesteld is, is dat we niet alles wat ECIW ons geschonken heeft volledig geleerd hebben. Als reactie op de richting die wij zijn ingeslagen met de leringen van ECIW, is vervolgens een antwoord gekomen.
ECVL geeft dit gevoel meteen weer: Totdat je eenheid werkelijk hebt herkend, wat voor of na het voltooien van de Verhandeling over de ‘Aard van eenheid en herkenning ervan,’ kan komen, blijf jij jezelf als een lerend wezen zien. Dit is de enige reden voor deze voortzetting van het onderricht dat in Een Cursus in Wonderen wordt gegeven. Zolang je moeite blijft steken in het leren dat niet geleerd kan worden, zolang jij jezelf als student blijft zien die probeert te verwerven wat hij nu nog niet heeft, kun je de eenheid waarin je bestaat niet herkennen en niet voor altijd van leren bevrijd worden. (A.4)
Het ‘waarom’ van Een Cursus van Liefde, is vrijwel identiek aan het ‘waarom’ van Een Cursus in Wonderen: Wij zijn geliefd en de hulp zal doorgaan totdat wij ons de waarheid van wie wij zijn volledig herinnerd hebben en die aanvaard hebben.
2. Waarom moet er ‘Een Cursus van Liefde’ zijn als liefde niet onderwezen kan worden?
GLENN:
ECIW zegt dat De cursus niet beoogt de betekenis van liefde te onderwijzen, want dat gaat wat onderwezen kan worden te boven. Hij beoogt echter wel de blokkades weg te nemen voor het bewustzijn van de aanwezigheid van liefde, die jouw natuurlijk erfgoed is. (Tx.Inl:6-7)
ECVL legt uit waarom Liefde zelf buiten het curriculum valt: Liefde heeft geen eigenschappen en dit is de reden dat liefde niet onderwezen kan worden. (C:2.4)
Dus op welke manier wil Jezus dan liefde door zijn Cursus van Liefde aan ons duidelijk maken? Op dezelfde manier als in ECIW, door het verwijderen van de blokkades die het gewaarzijn van liefde in de weg staan: Onthoud dat je taak hier is de obstakels weg te nemen die je verhinderen je te realiseren wat liefde is. Dat is het leerdoel van deze Cursus; je bewust te maken van wat liefde is, en geen enkele cursus op aarde kan jou verder brengen dan dit doel. Alleen jouw bereidwilligheid wordt hier gevraagd. (C:11.5) Dat wil zeggen, een bereidheid om angst los te laten. Omdat je angst niet juist herkend hebt als niets, heb je liefde niets juist herkend als alles. (C:2.4)
Dat brengt ons terug tot de kwestie van eigenschappen: Vanwege de eigenschappen die je aan angst hebt toegekend, heb je ook eigenschappen toegekend aan liefde. Alleen afzonderlijke dingen hebben eigenschappen.. (C:2.4) Met andere woorden, de vergissing die we hebben gemaakt is liefde gelijkstellen aan de eigenschappen die wij eraan hebben toegekend. Dat zou hetzelfde zijn als beweren dat warme chocolademelk liefde IS omdat wij van deze drank houden.
Hoe verwijdert Jezus onze obstakels die we voor ons ware Zelf, dat liefde is, hebben opgeworpen? Door relatie. Dit kan geen verrassing zijn gezien de buitengewone nadruk op relaties in beide Cursussen. Te menen dat je liefde op eigen houtje zou kunnen verwerven is belachelijk. (C:1.12) Dit is niet een kwestie van vriendschappelijke – of zelfs van liefdesrelaties aangaan, zoals we dat meestal opvatten, maar van werkelijke vergeving en ‘verbinding’. Verbinding met Jezus, met God en met alle wezens – in het bijzonder met het Christus ‘deel’ van ons. Realiteit, dat wat in werkelijkheid waar is, is relatie. (C:6.1) Echte verbinding en relatie, zegt hij, houdt een wederzijds ‘eigendom’ in, niet langer twee, maar één, waarin we ieder elkaars ‘eigen’ zijn en ieder Gods ‘eigen’, omdat hetgeen God heeft verenigd nooit echt gescheiden kan worden. Het betekent een liefde die dieper gaat dan welke liefde die je ook maar hebt gekend, want door niet te bezitten of in eigendom te hebben en door zelf geen bezit of eigendom te zijn, door- en in relatie en vereniging, heb je de liefde niet ten volle gekend. (D:Dag38.10)
3. Wat is het doel van ECVL en hoe verhoudt het zich tot het doel van ECIW?
GLENN:
Jezus is heel duidelijk over het doel en het succes van ECIW: De wereld als een staat van zijn is, in haar geheel, door Een Cursus in Wonderen een tijdperk ingegaan waarin er een ontvankelijkheid voor wonder-bereidheid bestaat. Een Cursus in Wonderen opende hiertoe een deur door het ego te bedreigen. Al degenen met een verzwakt ego, die op de aarde rondwandelden in de hoop het ego geheel achter zich te laten, hebben vanuit een wonder-gezinde intentie de mens doen ontwaken tot een nieuwe identiteit. Zij hebben een tijdperk ingeluid dat het einde betekent van onze identiteitscrisis. Niet sinds Jezus op de aarde wandelde heeft de mensheid een dergelijk tijdperk gekend. (C:P.5)
Hij zegt dat er een hele hechte relatie tussen de Cursussen is: Een Cursus in Wonderen en Een Cursus van Liefde werken hand in hand omdat de verandering van je denken, zoals onderwezen in Een Cursus in Wonderen, een verandering inhield van het denken over jezelf. Deze Cursus trachtte de ego-geest, die jou een identiteit heeft gegeven die je maar denkt te zijn, te verdrijven. Een Cursus van Liefde volgde toen om je te onthullen wie je werkelijk bent. (V2:4.3)
De openbaring van “wie we werkelijk zijn” is het doel dat we zoeken, vaak onder het mom van iets anders (zoals God of verlichting). Zelfs het idee alleen al dat we weten wie we werkelijk zijn, dat we onszelf eindelijk kennen, kan onverwachte tranen van hoop en opluchting veroorzaken.
4. Hoe verhoudt ECVL zich tot ECIW?
Door gastbijdrager Rev. Tony Ponticello van de Community Miracles Centre
Mensen vragen me dit vaak. Hoe ik me geleid voel om deze vraag op dit moment te beantwoorden is dat ik NIET denk dat de leringen radicaal verschillen. Wat ik denk is dat ECVL niet de leer van ECIW ‘corrigeert’. Hij corrigeert de richting waarin de discussie en praktijk van ECIW zijn afgedwaald. Het lijkt alsof de ECIW-gemeenschap al jaren in de greep van een intellectuele, didactische, psychologische benadering is gekomen. ECVL is een “tussentijdse” correctie terug naar een meer liefdevolle, uitbreidende en werkelijk wonderbaarlijke richting. Ik vind het indrukwekkend hoe ECVL de nadruk legt op het einde van traditioneel leren en op de bereidheid om een geheel nieuwe ervaring van het leven te omarmen.
5. Kunt U toelichten hoe beide Cursussen zich tot elkaar verhouden?
MICHAEL:
De eerste van de twee Cursussen, ECIW, was bestemd voor het verstand dat nog niet in staat is het onware van het ware te onderscheiden. Gelovend in de geldigheid van de eigen projecties, zit het verstand nog vast in een conflictsituatie die het op eigen kracht niet kon oplossen. Uiteindelijk ervaart het zichzelf als afgescheiden van zijn Schepper, en van de Liefde zelf. Dit geloof toont zich het duidelijkst in het idee dat we lichamen zijn; lichamen die van elkaar gescheiden zijn, lichamen die kunnen winnen en lichamen die kunnen verliezen, lichamen die kunnen aftakelen en sterven, lichamen die van andere lichamen kunnen nemen; lichamen die het idee van verlies, kwetsbaarheid en lijden uiterst tastbaar maken.
De remedie hiervoor die in ECIW wordt aangeboden is het corrigeren van de vergissingen door het aanwenden van het in de Cursus beschreven denksysteem. ECIW is er vanaf het begin duidelijk over dat het een cursus in training van de denkgeest is. (T-1.VII.4) Dit idee komt terug in de Handleidingvoor Leraren, waar gezegd wordt, Het kan niet sterk genoeg worden benadrukt dat deze cursus aanstuurt op een totale omkeer van denken. (H-24.4) Sommige doeleinden van deze training zijnons te leren dat het ego ongeloofwaardig is en voor altijd ongeloofwaardig zal blijven, (T-7.VIII-7)het mogelijk maken om aan angst te ontsnappen (T-9.II.1) te onderwijzen wat gelijk is en wat verschilt (T-26.III.5) en te onderwijzen dat wonderen allemaal hetzelfde zijn (T-26.V.1).
De kernideeën van ACIM hebben allemaal betrekking op de correctie van vroegere leerfouten, en de voornaamste onderwijsmethode die wordt aangeboden is er een van contrast. Het lichaam in contrast met de geest, tijd met eeuwigheid, schuld met onschuld, strijd met vrede, Gods wil met de wil van het ego, waarheid met onwaarheid en werkelijkheid met illusie. Wanneer we ophouden met in het ego denksysteem te investeren en het denksysteem van de Heilige Geest aanvaarden, vallen de omstandigheden, voortgebracht doorons tegenstrijdige angstige denken, weg en blijft alleen wat werkelijk is over.
ECVL werd ongeveer dertig jaar na ECIW ontvangen en de tekst zelf geeft een duidelijke verklaring van zijn relatie tot ECIW. Waar de oorspronkelijke Een Cursus in Wonderen een cursus was in het omkeren van het denken en om de denkende geest te trainen, een cursus om te wijzen op de waanzin van de identiteitscrisis en om de greep van het ego los te maken, is deze cursus bedoeld om jouw ware identiteit vast te stellen en om voorgoed af te rekenen met de heerschappij van het ego. (C:P.8)
De twee Cursussen hebben een heel verschillende benadering: waar ECIW vooral geschreven is voor het verstand dat vastzit in zijn eigen misvattingen, is ECVL vooral geschreven voor het hart. Het hart is het deel van de geest dat zich God altijd is blijven herinneren. ECIW zegt in het werkboek: Er is een aloude vrede die jij in je hart draagt en niet verloren hebt. (W-164.4). Waar dus ECIW het waanzinnige denksysteem van het ego tracht te ontmantelen, tracht ECVL de herinnering van de waarheid in ons te doen ontwaken door rechtstreeks tot het hart te spreken.
De nadruk bij ECVL ligt op de vereniging van hoofd en hart om de toestand beschreven als ‘ heelheid-van-hart’, te herstellen, wat alleen kan gebeuren als de denkgeest het denksysteem van de waarheid aanvaardt en de kracht van het hart vrijlaat. Met deze eerste verbinding komt de tijd van leren tot een einde en aanvaarden wij de mantel van onze ware identiteit in Christus — een identiteit die we delen.
De nadruk in ECVL ligt op de voltooiing van leren en het aanvaarden van onze ware identiteit in Christus, omdat leren slechts nodig is zolang er conflict en afscheiding is. Leren wordt beschreven als een patroon van goddelijk ontwerp, geschapen in eenheid en samenwerking, om de terugkeer naar eenheid mogelijk te maken. (D:2.4) de toegangsweg naar de voleindiging van leren is aanvaarding; aanvaarding van onze goddelijkheid, onze ware identiteit in Christus en onze volmaakte voltooidheid in de Geest van God. Er is niets wat we kunnen doen om ‘betere’ versies van ons zelf te worden en niets wat we kunnen doen om ons te verzoenen met wie we dachten te zijn, behalve de Verzoening te aanvaarden die ons reeds gegeven is. Wij zijn volmaakt zoals God ons geschapen heeft, voor eeuwig onveranderlijk.
Door de vestiging van onze ware identiteit en de terugkeer naar heelheid-van-hart wordt ons creatieve vermogen hersteld. Het conflict, het gebrek en de machteloosheid die we vandaag in de wereld zien, is wat we van deze wereld hebben gemaakt, en is illusoir in de zin dat het niet hoeft te zijn, en niet eeuwigdurend is – maar zolang het in onze ervaring blijft, lijden we nodeloos. De sleutel tot het transformeren van onze wereld en het laten ontstaan van het goddelijke patroon van schepping, is de aanvaarding van wie we zijn. Dit is niets minder dan de volledig omkering van het denken, eerst beschreven in ECIW en leven en expressie gegeven door de aanvaarding van onze gedeelde identiteit in Christus, beschreven in ECVL.
Er zijn veel overeenkomstige thema’s in de twee werken; te veel om hier op te noemen, en vele interessante paralellen. Grieven koesteren, zoals beschreven in ECIW is te vergelijken met bitterheid van het hart in ECVL. De juist-gerichte denkgeest van ECIW is te vergelijkenmet de heelheid-van-hart van ECVL. Thema’s die in beide Cursussen klinken zijn eenheid, heilige relatie, vergeving, overvloed, wonderen, openbaring en kracht. Er zijn ook momenten waar ECVL verder gaat dan de kernideeën van ECIW in verwijzingen naar de schepping van het nieuwe en eeuwig leven, die een visioen van een getransformeerde wereld beschrijven.
De hele reikwijdte van ECIW en ECVL in dit kleine boekje behandelen is onmogelijk en waarschijnlijk ook niet wenselijk. Er zijn ideeën in ECVL die beschreven zijn als niet in overeenstemming met geldendeinterpretaties van ECIW en deze zullen hier kort besproken worden. Dit zijn genuanceerde discussiepunten die ons niet hoeven af te leiden van de kernboodschap van beide Cursussen; de correctie van vergissing, die wij het wonder noemen, die naar het nieuwe leven in Christus leidt, dat ons reeds is gegeven.
6. Zowel ECIW als ECVL vermelden het verwezenlijken van een ‘gelukkige droom.’ Klinkt goed. Is dat het doel?
MICHAEL:
Het bereiken van gelukkige dromen is van geen van beide Cursussen het gestelde doel.
ECIW is duidelijk in zijn doelstelling. Het doel van het leerplan is, ongeacht de leraar die je kiest: ‘Ken uzelf’. Iets anders valt er niet te zoeken. Ieder is op zoek naar zichzelf en naar de kracht en de heerlijkheid die hij meent te hebben verloren. (T-8.III.5:1-3) Dit doel, evenals de behoefte aan een verschuiving van perceptie die aan weten voorafgaat, wordt in ECVL voortdurend uitgedrukt, die zegt: Het meest verheven doel waartoe je nu in staat bent is het veranderen van je perceptie. Alhoewel ons ultieme doel is om volledig voorbij perceptie te komen en naar weten te gaan, is een eerste stap hiertoe jouw manier van perceptie te veranderen in een recht-geaardheid. (C:19.23)
In ECIW wordt het concept van gelukkige dromen gebruikt om een toestand te beschrijven waarin de lerende denkgeest nog tot volledige kennis moet ontwaken maar al begonnen is, in de tijd, in de stem van de Heilige Geest te geloven en dus een wereld van vrede en liefde te zien, in plaats van een wereld van conflict en haat. Dit is een tijdelijke staat, maar een belangrijke, omdat het de toestand is waarin de denkgeest waarneemt in overeenstemming met de leiding van de Heilige Geest en ook omdat deze toestand leidt tot kennis wat het ware doel van beide Cursussen is.
ECIW zegt over gelukkige dromen: Je zult eerst dromen van vrede, en er vervolgens toe ontwaken. Je eerste ruil van wat je hebt gemaakt voor wat jij wilt, is het inruilen van nachtmerries voor de gelukkige dromen van liefde. Hierin liggen je ware waarnemingen besloten, want de Heilige Geest corrigeert de wereld van dromen, waar alle waarneming zich bevindt. Kennis behoeft geen correctie. Echter, de dromen van liefde leiden tot kennis. (T13.VII.9:1-5)
ECVL vermeldt gelukkige dromen slechts zelden. Eénmaal gebeurt dit in een hoofdstuk met de titel De Omarming, die een mooie uitnodiging van Jezus bevat hem en de Liefde van de gehele Schepping te omhelzen. Jezus zegt: Dit is een roep om nu in mijn omarming te komen en je te laten troosten. Laat je tranen stromen en leg de last die op je schouders rust op die van mij. Laat me je hoofd tegen mijn borst koesteren terwijl ik je over je haar strijk en je ervan verzeker dat het allemaal goed zal komen. Besef dat dit de hele wereld is, het universum, het alomvattende in wiens omhelzing je letterlijk bestaat. Voel de zachtheid en de liefde. Laaf je met veiligheid en rust. Sluit je ogen en begin te zien met een verbeelding die gedachten en woorden overstijgt. (C:20.2)
Later in dit hoofdstuk zegt Jezus: Vanaf hier wordt jouw leven denkbeeldig, als een droom waarvoor jij je huis, je veilige rustplaats, niet hoeft te verlaten. Je wordt zachtjes gewiegd, terwijl je geest zich verheft en eindelijk gelukkige dromen droomt. Omgeven door liefde, in armen die je innig omsluiten, voel je de hartslag van de wereld juist onder je rustende hoofd. Die hartslag dreunt in je oren en gaat door je heen totdat er geen onderscheid meer is. Wij zijn de hartslag van de wereld. Dit is schepping. Dit is God. Dit is ons huis. (C:20.10-11, onderlijning toegevoegd)
Voor mij is het duidelijk dat Jezus vanuit zijn hart tot het onze spreekt en ons uitnodigt tot de ervaring van Liefde. Deze passage geeft een mooi voorbeeld van de manier waarop ECVL tot ons hart spreekt, want er is geen analyse nodig van wat een gelukkige droom wel of niet is, om deze uitnodiging te aanvaarden. We hoeven ons niet druk te maken over de mogelijkheid dat we gelukkig zouden zijn, maar nog steeds dromend. We hoeven niet te begrijpen of we ‘daar al zijn’ of niet. Zulke denkbeelden hebben geen betekenis en worden gewoon opgelost met onze aanvaarding van Eén-zijn.
In dezelfde passage zegt Jezus: In de omarming wordt ons zicht helder en wat wij zien wordt direct gekend in plaats van begrepen.(C:20.8) Hier is Jezus duidelijk: verlossing hangt niet af van conceptueel begrip, maar van de volledige aanvaarding van de Liefde die wij zijn. Deze Liefde kan alleen gekend worden, niet begrepen, en daarom kan zij niet onderwezen worden.
Deze vraag over gelukkige dromen is voor mij moeilijk om conceptueel te beantwoorden, omdat het op een bepaald niveau niet meer uitmaakt. De twee Cursussen te evalueren op hoe ze deze termen gebruiken is naar mijn mening een vorm van haarkloverij die geleerdheid dient ten koste van rechtstreeks contact met Liefde zelf. Jezus heeft ons uitgenodigd ons het Ene Hart dat wij delen te herinneren. Wij hoeven slechts ja te zeggen.
Is de wereld (en het lichaam) werkelijk
7. Wat is de fundamentele visie van ECIW en ECVL over de wereld?
LAUREL
De fundamentele visies van beide cursussen hangen af van hoe wij onszelf zien. Onze werelden zijn een reflectie en een interpretatie van hetgeen we geloven. ECIW en ECVL leren beide dat het niet juist is om te spreken over een afgescheiden wereld. ECIW onderwijst de onjuistheid van de afscheiding door de kleinheid en wreedheid van een door het ego gedreven wereld bloot te leggen. Wanneer we geloven dat we afgescheiden, kwetsbare wezens zijn, is zelfverdediging onze enige manier om te overleven. Als afgescheiden wezens zijn we gedwongenom gemeen, egoïstisch en afhankelijk van complexe verdedigingsmechanismen te zijn. Voor een ego zijn er geen andere middelen om te overleven. Het ego dat door geloof tot stand kwam, is fragiel en breekbaar. Het kaartenhuis van het ego is gebouwd op een fragiele basis van de fundamentele leugen van de afscheiding. Een wereld die op een leugen is gebouwd kan nooit bevredigend zijn.
Wat betekent het voor ons wanneer de onjuistheid van het ego door ECIW wordt blootgelegd? ECIW zegt ons, ” In mijn verdedigingsloosheid ligt mijn veiligheid.” Waarom maakt verdedigingsloosheid ons veilig? Omdat een ego niet kan overleven zonder verdediging.
Wat blijft er over wanneer het ego wordt blootgelegd en verlaten? Wie zijn we als we geen ego’s zijn? Dit is de fundamentele vraag van ECVL. Het voornaamste doel van ECVL is om lezers naar een directe ontdekking te leiden van wie we werkelijk zijn. Als het Zelf eenmaal is gekend en de intimiteit met het leven is hersteld, wordt interactie in de wereld een responsieve en gezamenlijke dans.
ECIW onthult het valse zelf en ontmantelt veel van de programmering die het ego ondersteunt. ECVL moedigt ons aan het Ene Zelf te ontdekken met daarbij de uitnodiging voor een unieke en gedifferentieerde ervaring vanuit de heelheid van de Ene energie, die liefde is.
8. ECIW stelt duidelijk dat de wereld een illusie is. ECVL zegt dat de gehele schepping, de wereld inbegrepen naar Gods beeld geschapen is. Kun je dit uitleggen?
MICHAEL:
ECIW zegt in Les 155 inderdaad dat de wereld een illusie is. Laten we dit eens bekijken binnen de context van de betreffende alinea’s. (Let daarbij vooral op de onderstreepte passages.)
Er is een manier om in de wereld te leven die niet van deze wereld is, ook al lijkt ze dat wel te zijn. Je verandert niet van uiterlijk, hoewel je vaker glimlacht. Je voorhoofd is sereen, je ogen staan rustig. En degenen die door de wereld gaan zoals jij herkennen hun gelijken. Maar ook degenen die de weg nog niet hebben gezien herkennen jou, en geloven dat jij bent zoals zij, zoals je vroeger was.
De wereld is een illusie. Zij die verkiezen er te komen, zoeken een plaats waar ze illusies kunnen zijn en hun eigen werkelijkheid vermijden. Maar wanneer ze merken dat hun eigen werkelijkheid zelfs hier is, doen ze een stap terug en laten haar de weg wijzen. Welke andere keuze kunnen zij werkelijk maken? Illusies vóór de waarheid uit laten gaan is waanzin. Maar illusie achter de waarheid laten verzinken en de waarheid naar voren laten treden als wat ze is, is niet meer dan gezond verstand.(W-155.1.2)
Zoals je kunt zien zit er veel meer achter deze twee alinea’s en de gehele les, dan de eenvoudige zin ” De wereld is een illusie ” op zichzelf zou suggereren. Ten eerste spreken beide alinea’s en de les in zijn geheel over aanwezig zijn in onze fysieke werkelijkheid op een manier die niet illusoir is, zelfs als degenen om ons heen nog steeds op een illusoire manier zouden waarnemen. De onderstreepte gedeelten in de aangehaalde passages geven dit aan. Zij spreken van een werkelijkheid die ‘zelfs hier’ is en beschrijven ‘ een manier van leven in de wereld die niet van deze wereld is… ‘
Laten we kijken naar een relevante uitspraak in ECVL: Of kun je niet zien dat de gecreëerde vorm werd gemaakt naar Gods eigen beeld, net zoals de gehele schepping? Jij bent de vormgegeven beeltenis van God, net als de gehele schepping.(C:30.13)het is belangrijk te vermelden dat ECVL niet suggereert dat de wereld zoals we die in het verleden hebben waargenomen, inderdaad een treffende gelijkenis van God is, want we hebben het beeld vervormd met onze verkeerde percepties.
Kijk eens naar de volgende passage: Iedere dag wordt jouw schepping bijeengehouden door het denksysteem dat deze in het leven riep. Door dit te observeren zie je de realiteit ervan. Door deze realiteit te zien, zie je het beeld van God dat jij naar Gods gelijkenis hebt gecreëerd. Dit beeld berust op je herinnering van de waarheid van Gods schepping en jouw verlangen te scheppen gelijk je Vader. Dit is, gezien jouw toestand van vergetelheid, het beste wat je kon doen, maar tegelijkertijd is het veelzeggend. (C:8.24)Deze passage hier suggereert dat de fysieke werkelijkheid zoals we die kennen slechts een kopieis van Gods schepping. Deze passage komt relatief vroeg voor in ECVL, als de kernideeën van ECIW worden gegeven in de taal van het hart. In deze passage spreekt Jezus over de wereld zoals deze door de afgescheiden denkgeest wordt voorgesteld. Later komen we er in ECVL achter dat de wereld die we ervaren het voortbrengsel is van onze ideeën, overtuigingen en waarnemingen; een idee dat in overeenstemming is met de leer van ECIW. Als onze ideeën en overtuigingen veranderen dan zal ook de wereld zoals wij die ervaren veranderen en het Nieuwe geschapen worden.
De moeilijkheid hier is om te willen begrijpen hoe de ervaring van een fysieke wereld ofwel het ene ofwel het andere is – ofwel puur vals, en een ontkenning van Gods schepping, ofwel de essentie van Gods schepping en het beeld van God Zelf. Geen van beide is echter helemaal juist, omdat de fysieke werkelijkheid neutraal is. ECVL zegt dat vorm in dienst van illusie, illusie onthult en wordt, terwijl vorm in dienst van waarheid, waarheid onthult en wordt.
9. ECIW is er duidelijk over dat alles wat tijdelijk is een illusie is. In welke zin zou ik dan ooit vorm als goddelijk kunnen opvatten?
MICHAEL:
Ten eerste is het, denk ik, belangrijk te vermelden dat hoewel vorm op zichzelf als neutraal wordt beschreven in ECIW, gedachten en overtuigingen dat niet zijn. Volgens ECIW hebben wij geen neutrale gedachten, overtuigingen of waarnemingen. ECVL is het daarmee eens: Niets is wat het is, maar uitsluitend wat het is voor jou. (C:3.7) Vorm op zichzelf, zijnde neutraal is dus een wit doek.
In ECVL, wordt vorm beschreven als een representatie. Wat het representeert, is aan ons. Aangezien het in wezen neutraal is, kan vorm een representatie van de waarheid worden, of een representatie van de onwaarheid. ECVL suggereert verder dat: Een representatie van de waarheid onthult niet alleen de waarheid, maar wordt de waarheid. Een representatie van wat niet de waarheid is, onthult alleen illusie en wordt illusie. (V3.1.4, onderstreping bijgevoegd).
Een tweede belangrijk punt is dat ECVL over het Ene Lichaam van Christus spreekt, wat alle vorm als een ongedeeld geheel omvat, en waarvan de aard eindeloos is. Dit is een duidelijke verschuiving van spreken over afzonderlijke lichamen waarmee we ons ooit per vergissing identificeerden en die komen en gaan in de tijd naar spreken over het Ene Hele Lichaam van de schepping. Wanneer we het zo bekijken, is het mogelijk te begrijpen dat vorm zowel neutraal en eeuwig is en te zien dat door de foutieve waarneming van individuele vormen als specifieke en afgescheiden wezens, wij onze denkbeeldige keuze voor afscheiding op vorm hebben geprojecteerd.
Individuele lichamen komen en gaan, maar vorm op zichzelf niet. Vorm in zijn geheel blijft. Onze vergissing was ons te identificeren met het specifieke op een manier die ons van elkaar scheidt; door aan te nemen dat ik dit ben en niet dat, door aan te nemen dat ik dit lichaam ben en dat mijn lot daaraan verbonden is. Wat is het wezen van een vogel anders dan Christus? Wat is het wezen van een boom anders dan Christus? Wat is het wezen van de mens anders dan Christus?
In onze afgescheiden staat hebben we vorm tot het bewijs van onze illusoire overtuigingen gemaakt. We hebben vorm, die op zichzelf neutraal is, tot een representatie van illusie gemaakt. Zo zijn alle aspecten van de wereld zoals we die begrijpen; alle wetten die ons lijken te binden, te beperken en ons lijden veroorzaken, voortbrengsels van wat wij op de vorm zelf geprojecteerd hebben. Maar dit hoeft niet zo te zijn.
De waarheid is dat we niet weten wat vorm zal zijn als onze denkgeesten geheeld zijn en verenigd zijn als Eén, en Jezus geeft een paar prachtige ideeën van hoe een wereld die gebaseerd is op de uitbreiding van de waarheid er uit kan zien. Dit onderwerp is moeilijk om helemaal uit te leggen in een kort antwoord zoals dit, maar ik zou graag twee ideeën benadrukken: ten eerste, als we genezen, zal onze ervaring van vorm heel verschillend kunnen worden van hoe deze in het verleden was. Ten tweede, beweert ECVL niet dat er verlossing gevonden kan worden in identificatie met het lichaam. Het is onze denkgeest die geneest, niet ons lichaam. Zowel ECIW als ECVL zijn hier heel duidelijk over.
Ten slotte zou ik jullie willen uitnodigen de volgende uitspraken van ECIW te lezen, die naar mijn gevoel in overeenstemming zijn met wat ik hier heb geprobeerd te beschrijven.
Geen vorm is blijvend. Het is de gedachte achter de vorm der dingen die onveranderlijk leeft. (W-187.4)
Al het denken produceert vorm op een of ander niveau. (T-2.VI.9:14)
De denkfunctie komt van God en rust in God. Als deel van Zijn Denken kun je niet los van Hem denken. (T-5.V.6:15-16)
10. Maar mij is verteld dat volgens ECIW de wereld zelf een illusie is. Heb ik ECIW verkeerd begrepen? Zegt ECVL iets anders?
MICHAEL:
Zoals opgemerkt in de vorige twee vragen, is er zeer zeker een toestand van waarneming waarin het juist is om te zeggen dat de wereld een illusie is. Er is ook een toestand van waarneming waarin de wereld niet illusoir is, omdat hij de waarheid onthult, en daardoor de waarheid wordt.
Eenvoudig gezegd, de wereld die we maken door de manier van waarnemen met de gespleten denkgeest is een wereld die geheel wegkwijnt, terwijl de wereld die geschapen is door de volledige en ongehinderde uitbreiding van de Ene Geest, van Gods Liefde en van ons eigen Hart, heel letterlijk de neutraliteit van de vorm doordrenkt met nieuw Leven. De passage hieronder van ECVL beschrijft dit prachtig.
Om je lichaam te laten leven moest deze ene Energie in jouw vorm komen en bestaan waar jij denkt te zijn. Dit is de energie van Liefde, de energie van de Schepping, de Bron die God genoemd wordt. Aangezien je duidelijk in leven bent, is deze Energie in jou, evenals in al het andere dat leeft. Het is één Energie die in staat is zich eindeloos te materialiseren in een onuitputtelijke verscheidenheid van vormen. Het is dus één Energie die eindeloos in staat is te dematerialiseren en te re-materialiseren in een onuitputtelijke verscheidenheid van vorm. Maar vorm bevat Haar niet en is niet nodig voor Haar bestaan of expressie. Hoe zou vorm God kunnen bevatten? Hoe zou vorm de Energie van de Schepping kunnen bevatten?
Jouw vorm bevat je hart niet, of de energie van de Schepping, of God. Jouw vorm is slechts een uitbreiding van deze energie, een representatie ervan. Je kunt je dit voorstellen als een kleine vonk van de energie die een levend universum geschapen heeft, die binnenin jou bestaat en jou met alles verenigt dat geschapen is. Jij bent de substantie van het universum. Dezelfde energie die in jou bestaat, bestaat in de sterren van de hemel en de wateren van de oceaan. Deze energie is de vorm en inhoud van de omarming. Ze is in jou, Ze omgeeft je en Ze omvat je. Ze is jou en alles wat samen met jou bestaat. Ze is het lichaam van Christus. Ze is zoals het water van de oceaan is voor de levende materie die erin bestaat. De levende materie die in de oceaan bestaat hoeft God niet te zoeken. Die leeft in God. Net als jij. (V4:5.4,5)
ECIW suggereert dat de liefdeloze wereld, gezien door de ogen van het ego, illusoir is. ECVL zegt dat een wereld die door Gods uitbreiding van Liefde geschapen is, werkelijk is. Beide ideeën zijn juist en het is ons onvermogen deze mooie paradox te begrijpen, die ons verhinderd heeft de mogelijkheid van de vervulling van liefde volledig te omhelzen.
11. ECIW zegt dat het lichaam een illusie is, een miscreatie gebaseerd op angst. ECVL zegt dat de keuze om een lichaam te ervaren gewoon een keuze is, een keuze die in overeenstemming is met de wetten van Liefde. Waarom deze draai?
MICHAEL:
Het is belangrijk om bij het verkennen van vragen met verstrekkende implicaties zoals deze te beginnen met een zo nauwkeurig en getrouw mogelijke weergave van de betreffende teksten. Een doorzoeken van ECIW bijvoorbeeld zal geen enkele tekst opleveren waarin expliciet gezegd wordt dat het lichaam in en op zichzelf een illusie is of een miscreatie. Wat duidelijk is, is dat we getracht hebben lichamen tot iets te maken wat ze niet zijn, door wat ECIW beschrijft als identificatie met het lichaam.
Wanneer we een specifiek fysiek lichaam beschouwen als alles dat we zijn, hebben we duidelijk een verkeerde perceptie en is het resultaat illusoir. Maar het lichaam op zichzelf wordt in ECIW beschreven als neutraal: …het lichaam is slechts neutraal (T-20. V II.4:4) en Tijd is even neutraal als het lichaam… (T-26.VIII.3.7)
ECIW zegt ook: Het lichaam maakt eenvoudig deel uit van jouw ervaring in de fysische wereld. (T-2.IV.3:8), het lichaam vormt een leermiddel voor de denkgeest (T-2.IV.3:1) en Ieder denksysteem dat God en het lichaam verwart, moet wel waanzinnig zijn. (T-4.V.3:1) Deze passages illustreren het fundamentele principe van ECIW betreffende het lichaam, namelijk dat het neutraal is, en eveneens een leermiddel. ECIW stelt ook: Het lichaam is mooi of lelijk, vredig of woest, nuttig of schadelijk, al naargelang het gebruik dat ervan wordt gemaakt. (T-8.VII.4:3)
Passages uit ECIW die heel dicht bij de betekenis komen die in de vraag besloten ligt – dat het lichaam zelf illusoir en een miscreatie is – zijn onder andere deze: God heeft het lichaam niet gemaakt, want het is vernietigbaar, en daarom niet iets van het Koninkrijk, (T-6.V.A.2:1) en Het lichaam is een geïsoleerd spikkeltje duisternis, een verborgen geheime kamer, een piepklein plekje zinloos mysterie, een betekenisloze omheining die angstvallig wordt beschermd, en toch, wat het verbergt is niets. (T-20.VI.5:2)
Een kernuitdaging bij het lezen van beide Cursussen is dat we niet afgescheiden zijn van God. Toch moet Jezus het van tijd tot tijd hebben over acties en keuzen die we maken op basis van de misperceptie van afscheiding. Dit kan tot paradoxen leiden. Bijvoorbeeld, als God het lichaam niet maakte en we niet werkelijk van God gescheiden zijn, wie of wat maakte het lichaam dan? Het is belangrijk om te beseffen dat een groot deel van ECIW geschreven is voor de denkgeest die zich heeft geïdentificeerd met het lichaam, en door dat te doen het tot een schuilplaats heeft gemaakt, schijnbaar afgescheiden van God. De denkgeest die voor afscheiding heeft gekozen, denkt dat het lichaam alles is wat echt is, en omdat het lichaam het gekozen symbool van zo’n denkgeest wordt voor zijn onafhankelijkheid van God, wordt het een geïsoleerde stip van duisternis. Zo’n denkgeest kan niet getuige zijn van de waarheid, omdat zijn bedrog dan onthuld zou worden en dus wordt het lichaam waarmee hij zich geïdentificeerd had, een omhulsel van helemaal niets.
Een lichaam vervult prima zijn functie; het zorgt ervoor dat de geest die gekozen heeft voor afscheiding, kan ervaren wat dit betekent en ervan kan leren. De reden dat de keuze om een menselijke vorm aan te nemen in overeenstemming is met de wetten van liefde, is omdat liefde weet dat er werkelijk niets te vrezen valt. Vrijheid is een integraal deel van het koninkrijk Gods en ingrijpen wanneer een simpele vergissing is gemaakt – zoals identificeren met het lichaam in plaats van met ons eeuwige thuis in Gods Liefde – zou betekenen dat de vergissing ernstige gevolgen heeft. Liefde staat vrijheid toe, maar biedt als antwoord ook de perfecte omstandigheden om te leren wat onze keuzes hebben betekend, zodat we onze weg naar huis kunnen vinden.
Als de geest eenmaal van de identificatie van het lichaam bevrijd is, zijn er nieuwe keuzen en nieuwe manieren van verbinden met het fysieke mogelijk en deze zijn ook gewoon een keuze; maar zullen niet langer keuzen zijn die gemaakt zijn in afscheiding. De gevolgen van deze nieuwe keuzen zullen totaal verschillend zijn van de gevolgen van onze keuzen uit het verleden, namelijk om afgescheiden van God te zijn, met onze lichamen als onze persoonlijke koninkrijken.
ECVL probeert niet te suggereren dat een fysieke ervaring, als die in eenheid en relatie met God wordt uitgevoerd, beter of slechter is dan een wijze van bestaan waarin we in vormloze vereniging met God zijn. Maar de keuze om een fysieke ervaring te hebben in de wetenschap van onze volmaakte vereniging met God zou onze ervaring van deze wereld transformeren en ons lijden verlichten. Een dergelijke keuze zou goddelijk zijn en krachtig en zou gemaakt worden in Eenheid met onze Schepper.
12. ECIW zegt dat de waarheid niet naar illusie gebracht kan worden; maar illusie moet naar de waarheid gebracht worden voor correctie. ECVL ’s concept van een ‘verheven Zelf in de vorm’ lijkt op een poging de waarheid naar illusie te brengen. Kunt U dit uitleggen?
MICHAEL:
ECIW zegt over het brengen van waarheid naar illusie: Denk jij dat je de waarheid naar de fantasie kunt brengen, en vanuit het perspectief van illusies kunt leren wat waarheid betekent? De waarheid heeft geen betekenis in de illusie. Zijzelf moet het referentiekader voor haar betekenis zijn. Wanneer je de waarheid naar illusies probeert te brengen, probeer je illusies werkelijkheid te verlenen en ze te behouden door jouw geloof erin te rechtvaardigen. Maar door illusies aan de waarheid te geven bied je de waarheid de gelegenheid te onderwijzen dat die illusies onwerkelijk zijn, en daarmee jezelf de mogelijkheid daaraan te ontsnappen. Houd afgezien van de waarheid niet één idee achter, of je brengt orden van werkelijkheid aan die jou wel tot gevangene moeten maken. Er is geen rangorde in de werkelijkheid, want alles daarin is waar. (T-17.I.5:1-7)
Ten eerste blijkt voor mij uit deze passage duidelijk dat de waarheid niet begrepen kan worden vanuit het perspectief van illusie. Het referentiekader voor illusie is totaal tegengesteld aan dat van de waarheid. Illusie begint met de identificatie van het lichaam en de ervaring van onze schijnbare afscheiding. Waarheid is gebaseerd op echte kennis van ons Zelf en de diepgaande ervaring van eenheid met elkaar en met God. Zelfs de woorden die we gebruiken lijken verschillende dingen te betekenen, afhankelijk vanuit welk oogpunt we ze bekijken.
Wanneer we waarheid naar illusie brengen is het gevolg daarvan vervorming. Het kan behulpzaam zijn een paar voorbeelden te bekijken. We zijn allen door God gekozen en hebben een functie te vervullen in de Verzoening, omdat we allen door God geschapen zijn en allen uitbreidingen zijn van Zijn kracht en glorie. Maar dit maakt ons niet ‘speciaal’ ten opzichte van elkaar. Het maakt niet één van ons een uitverkorene van God die een geheime missie moet uitvoeren, of waarvan God nodig vond dat ‘hij’ die volbrengt omdat hij net een beetje beter is dan alle anderen. Dit is een vervorming en een voorbeeld van een poging waarheid naar illusie te brengen. We hebben allemaal een functie, maar dat maakt geen van ons meer of minder dan iemand anders.
Een ander voorbeeld, dat bijna helemaal het tegenovergestelde qua vorm lijkt, is om te suggereren dat de fysieke wereld in zijn geheel zinloos is. De gedachte gaat als volgt: ” Aangezien alle lichamen die we zien vergankelijk zijn, kunnen ze niet werkelijk zijn en dus kan het niet anders dan dat wij in een betekenisloze wereld leven.” Het misverstand hier is om eerst de inhoud van de werkelijkheid gelijk te stellen aan de vorm; en pas daarna, nadat deze vervorming heeft plaatsgevonden, te zeggen dat niets wat we in deze wereld ervaren betekenisvol kan zijn. Betekenis wordt niet in lichamen gevonden, maar evenmin verhinderen lichamen ons het Goddelijke licht dat in ons is uit te breiden en te delen met iedereen. De vervorming die het gevolg is van het brengen van de waarheid naar illusie is in dit geval de overtuiging dat het leven dat wij nu leiden er niet toe doet. De vervorming suggereert dat onze onderlinge relaties betekenisloos zijn en dit kan resulteren in afstandelijkheid of in het ergste geval depressie of het zich compleet terugtrekken uit het leven.
Dit extreme voorbeeld komt voort uit de poging het onderscheid tussen waarheid en leugen te maken door de lens van illusie. In de Ego’s versie van de werkelijkheid wordt de mogelijkheid dat wij het Koninkrijk Gods zijn, niet aanvaard, of dat wij waarlijk één zijn in de gedeelde identiteit van Christus, of dat de Geest volmaakt heel, eeuwig en tijdloos is. De poging om de waarheid over onze ware identiteit die Jezus ons aanreikt te begrijpen, kan, wanneer het vanuit het perspectief van illusie wordt bekeken, dit soort van vervorming opleveren. Alles ‘hier’ (op aarde) is niet werkelijk. Alles ‘daar’ (in de hemel) is werkelijk. Maar in ECIW wordt ons verteld dat de hemel niet een plaats is en dat hemel en aarde uiteindelijk niet afzonderlijk zullen bestaan, dus is er iets mis met deze manier van denken.
De reden dat ik niet denk dat het “verheven Zelf van vorm” een poging is om waarheid naar illusie te brengen, is dat wat onwaar is, het idee van afscheiding is, en alles wat we binnen dat kader hebben gemaakt. Wat waar is, is onze eenheid met God, elkaar en de hele Schepping.
Het lichaam wordt in zowel ECIW als ECVL beschreven als neutraal, maar deze neutraliteit is slechts het beginpunt. In ECVL is een passage in Hoofdstuk 15 van de Dialogen getiteld ‘Wording en de Principes van Schepping’ waarin Jezus het Bijbelse scheppingsverhaal gebruikt om dit te beschrijven. Hij merkt op dat de eerste stap in het scheppingsverhaal een machtige wind was die over de wateren en de woestenij blies. Wat waren deze wateren? Vraagt hij. Wat was deze woestenij?
Jezus beantwoordt zijn eigen vraag als volgt: Ze (aarde en water) waren barre vorm. Vorm die niet in staat was om te scheppen of vrucht te dragen. Vorm was gewoon barre vorm, voordat beweging eroverheen streek en hem bezielde met de aandacht en het gewaarzijn van geest; met geluid, licht en expressie. Zouden deze barre vormen niet vergeleken kunnen worden met de vormen van de nog niet verhevenen? Wat als we het bestaan van de vorm zouden zien als voorafgaand aan het tot leven brengen van die vorm met leven en geest? Zou dit niet overeenkomen met wat we hier trachten te doen? Met ons voortgaande scheppingswerk? Zou dit zelfs niet overeenkomen met de geest die in elke levende vorm bestaat vanaf het begin van de tijd tot het einde van de tijd? (D:15.10)
In de alinea die volgt op de hierboven geciteerde zegt Jezus: Tijd is wat begint en eindigt. Tijd is wat begon toen het leven zijn bestaan aannam in vorm en ruimte. Dit leven is eerder tijdelijk dan eeuwig. Ernaast, in de staat van eenheid, rust alles wat eeuwig is, alles wat werkelijk is. Wat werkelijk is, is slechts een andere manier om te zeggen wat waar is. Wat waar is, is het eeuwig leven, niet het tijdelijke leven. Er zijn geen gradaties van leven. De ene vorm is niet meer levend dan de andere vorm van leven. Al wat leeft bevat de adem of de wind van de geest, die eeuwig en volmaakt is. D:15.11)
Het verheven Zelf van vorm is geen poging onze kleine egoïstische levens die alleen aan het lichaam vastzitten te behouden, maar de verheffing van neutrale vorm door de expressie van eeuwig leven en de kracht van Schepping. Het is niet een specifieke vorm waar we in geïnteresseerd zijn, maar het hele Leven zelf; zoals we Eén Lichaam van Christus zijn. Onze basis identificatie is met de eeuwige werkelijkheid, niet met een zelf dat begint en eindigt met de beperkingen van ons lichaam. Dit is heel iets anders dan trachten waarheid naar illusie te brengen.
De Rol van Mind, Hart, Gevoel en Relatie
13. ECVL legt een sterke nadruk op ‘heelheid-van-hart’. Wat wordt daarmee bedoeld?
MICHAEL:
Heelheid-van-hart is de eenheid van hoofd en hart. ECVL zegt: De eerste stap naar heelheid is eenvoudigweg dit te begrijpen: hart en hoofd zijn niet van elkaar gescheiden. Wanneer hoofd en hart met elkaar verenigd zijn, is het hart heel, of is er heelheid-van-hart. Je kunt je dan afvragen waarom deze Cursus ze als twee aparte delen van jezelf heeft behandeld. Dat is gewoon omdat jij ze op deze manier ziet, en omdat het mij in staat heeft gesteld de verschillende functies die je ze hebt gegeven aan de orde te stellen (C:17.17)
Maar wat is dan heelheid-van-hart? Het is een van die woorden waarvan Jezus in ECVL zegt dat het een werkelijkheid beschrijft die niet onderwezen kan worden, zoals Liefde zelf.
Mij lijkt de toestand van niet in heelheid-van-hart zijn, een toestand waarin het weten vanuit onze harten en de overtuigingen van ons hoofd in strijd zijn met elkaar. Zoals het moment dat een kind de eerste keer in het theater zit en intuïtief zegt, “Ik word later toneelspeler!” en de ouder beschermend zegt, de harde realiteit van deze wereld kennende: “Dat is dwaas! Zo’n weg leidt alleen maar naar lijden. Doe iets wat praktischer is.” Dergelijke conflicten doen zich in ieder van ons de hele tijd voor, zodra we ons laten leiden door wat ECIW onze gespleten denkgeest noemt.
Niet heel-van-hart zijn betekent machteloos zijn. In heelheid-van-hart zijn we heel, verenigd, eeuwig, machtig en creatief.
SUSAN:
Hoewel zowel ECIW als ECVL bedoeld zijn om met het ego af te rekenen en ons te laten terugkeren tot het Christusbewustzijn, zegt Jezus dat ECIW het ego slechts genoeg bedreigde om zijn greep te verzwakken, maar niet dat het helemaal vernietigd werd. Onze wereld van vandaag is daarvan het bewijs. Er is hoop! Jezus herinnert ons aan onze kracht en het wonder dat onze wereld kan transformeren.
Je beseft niet wat een keuze vanuit heelheid-van-hart met betrekking tot het ervaren van afscheiding kan doen. ’Heelheid-van-hart’ is niets anders dan de volledige uitdrukking van jouw macht. De volledige expressie van jouw macht is schepping. Wat geschapen is kan niet ongedaan gemaakt worden. Wat geschapen is kan echter wel getransformeerd worden. Transformatie geschiedt in de tijd. Transformatie en wonderen moeten daarom hand in hand werken. (C:18.18)
ECVL voert ons naar de ondergang van het ego en het einde van de afscheiding. Jezus doet een beroep op ons hart en via ons hart worden wij en daarmee de wereld getransformeerd. De Prelude besluit met: Deze keer kiezen wij voor een directe benadering, een benadering die in eerste instantie lijkt het abstracte leren achter te laten, evenals de ingewikkelde mechanismen van het denken dat jou zo bedrogen heeft. Wij doen een stap opzij, weg van het intellect, de trots van het ego, en benaderen deze laatste lessen vanuit het domein van het hart. Daarom en om alle verwarring te beëindigen, noemen wij deze cursus: Een Cursus van Liefde.(P.44)
Hoewel we ons denken tot ons hart wenden, kunnen we het niet totaal negeren, maar we wenden ons af van het pure intellect, en verenigen hart en hoofd in wat Jezus “heelheid-van-hart noemt.”
Liefde doet een beroep op je via het hart. God doet een beroep op je via je hart. Je hart staat nog niet open voor de oproep van liefde, deels door de wijze waarop je met concepten omgaat. Concepten werden gebruikt om je wereld te ordenen en om je geest te helpen alles te volgen wat er zich in afspeelt. Je geest heeft deze hulp niet nodig. Wanneer jij concepten begint te vormen die je hart raken, zul jij je geest bevrijden van zijn afhankelijkheid van gedachteconcepten, en hierdoor zul je hart en hoofd toestaan dezelfde taal te spreken of er op dezelfde manier mee te communiceren. (C:21.4)
Het kan geen verrassing voor je zijn dat je hoofd je hart heeft geregeerd. Wat deze Cursus tot nu toe heeft getracht is om kortstondig je oriëntatie te veranderen van hoofd naar hart. Dit is een eerste stap in wat nu een poging zal lijken om twee gescheiden dingen in evenwicht te brengen, maar eigenlijk is het een poging om wat jij alleen maar hebt gepercipieerd als afgescheiden, te verenigen. Als het hart het centrum is van je Zelf, waar is de denkende geest dan? Het centrum is niets anders dan de Bron waarin alles bestaat als één geest. Het zou echter dwaasheid zijn geweest om je dit te vertellen als we niet eerst een paar voorstellingen die je hebt over de suprematie van het denken, aan het wankelen hadden gebracht. De ene geest is niet wat jij als jouw denkende geest hebt beschouwd. De ene geest is niet anders dan een geest waar liefde regeert en waar hoofd en hart één zijn. In het vervolg zullen we dit heelheid-van-hart noemen, in plaats van hoofd of hart. (C:18:16)
Tot op zekere hoogte identificeren wij ons met onze gedachten. Terwijl ECIW ons los maakte van onze gedachten en de betekenis die we eraan hechtten, neemt ECVL ons voorbij het hoofd naar een nieuwe manier van ‘denken.’ Het is een manier van denken waarbij hoofd en hart samenwerken in een verenigde functie.
Een terugkomend thema in ECVL is verbinding. De introductie van angst in de geest van Gods zoon schiep alle problemen. Om te genezen wat vele problemen lijken te zijn, is er één oplossing: vergeving, die berust op het verbinden in heelheid, of Een-zijn. In ECIW werd het einde van de afscheiding Verzoening genoemd. Verzoening wordt bereikt door vergeving. Overeenkomstig introduceert Jezus in ECVL vergeving en verbinding, en hij stelt dat verbinding op vergeving berust. (C:6)
Deze eerste verbinding in eenheid, de verbinding van hart en hoofd, verbindt de fysieke- en de geestelijke wereld ineen relatie waar jij je meer en meer continu gewaar van kunt zijn. Het is een nieuwe relatie. Eenheid bestond altijd. Eén-zijn bestond altijd. God bestond altijd. Maar jij scheidde jezelf af van rechtstreeks gewaarzijn van je relatie met eenheid, met één-zijn en met God, net zoals jij jezelf afscheidde van de relatie met de heelheid van het scheppingspatroon. Je hebt in God geloofd en misschien in een of ander concept van eenheid of één-zijn, maar je hebt ook zelfs de mogelijkheid ontkend om je eigen directe relatie met God te ervaren, of de mogelijkheid dat je leven een directe ervaring is van het patroon van eenheid of één-zijn, dat de schepping is. (V4:2.22)
Dus moet de integratie van hoofd en hart ons doel zijn opdat jij de staat kunt creëren waarin eenheid kan worden ervaren. (C:18.15)
Vanuit eenheid leren vereist integratie van hoofd en hart, ofwel heelheid-van-hart. (C:18.9)
Wij namen het hoofd en het hart als gescheiden waar en we beschouwden het hoofd als superieur aan het hart. Een ‘geheeld’ hart, of een hoofd en hart verenigd, is de ene geest die we met allen delen.
Het afgescheiden zelf kan niet opnieuw eenheid leren behalve door vereniging. (C:19.10)
Vergeet niet wat vereniging is. Vereniging is hoofd en hart verbonden in heelheid-van-hart. (V1:6.4)
Het is alleen in het verenigen van hoofd en hart, met een focus op een leidende rol van het hart, dat liefde kan worden gecombineerd met denken op zo’n manier dat het daadwerkelijk het denken zoals jij het kent overstijgt. Deze transcendentie is een functie van heelheid-van-hart. (C:19.13)
Wij kunnen God, de waarheid, vrede of onze Zelven niet kennen door in afgescheidenheid te leren. Wij moeten opnieuw de betekenis leren van wat het betekent een Kind van God te zijn. We kunnen niet van de ervaring van anderen leren, zelfs niet van die van Jezus zelf. De enige manier om als de Christus te leren en een nieuwe wereld te scheppen is door eenheid, die voortkomt uit heelheid-van-hart. Wat er gebeurt als deze eenheid wordt bereikt, is dat er goddelijke herinneringen ontstaan om de perceptie te vervangen. Dit is wonder gerichtheid. De verwezenlijking van deze staat van zijn is de reden waarvoor je hier bent. Het is je terugkeer naar je Zelf. Het is de voorbode van de terugkeer van de hemel door de wederkomst van Christus, de energie die beide werelden zal verbinden. (V1:6.9)
Maak een nieuwe keuze! Het is een keuze die je hart dolgraag voor jou zou willen maken en die jouw denken steeds moeilijker kan negeren. Wanneer je eenheid kiest boven afscheiding, kies je realiteit boven illusie. (C:6.5)
Deze keuze begint met de vereniging van hoofd en hart in heelheid-van-hart. Maar het is slechts een begin. De hulp van Jezus is nodig om de toestand van heelheid-van-hart en de responses die hieruit voortkomen te herkennen. We vervielen in vergetelheid en raakten de weg kwijt doordat we probeerden onze omstandigheden met een gespleten geest te begrijpen. We moeten ons nu de waarheid over wie we zijn herinneren. Met de hulp van Jezus en een hoofd en hart verenigd, kunnen we een nieuwe wereld scheppen. De volgende passage laat ons een glimp zien van de grote verandering die door heelheid van hart teweeg wordt gebracht. De vereniging van hoofd en hart voltooide de hereniging van het afgescheiden zelf met God. De wederopstanding was het bewijs van deze voltooiing. Deze maakte een einde aan de aanspraak van de dood en daarmee aan alle aanspraak van wat tijdelijk is. (V1:8.8) En: Illusie is de dood waaruit je alleen maar hoeft te verrijzen. Verrijs en ontwaak tot je wedergeboren Zelf! Er is niet langer een goddelijk leider te volgen tot in het paradijs. Neem geen van hen als voorbeeld, maar neem in plaats daarvan het voorbeeld van de vrouw; van Maria, Moeder van God. (V1:8.9)
Het leven van Maria wordt het voorbeeld om na te leven bij de schepping van de nieuwe wereld. Wij worden net als Maria, geroepen om terug te keren tot onze maagdelijke staat waar het nieuwe levenspatroon het vermogen is tot de wederopstanding in de vorm, in het leven, nu. Zo wordt de glorie die de jouwe is, aan je teruggegeven in het leven in plaats van in de dood. (V1:8.15). Dit alles vangt aan wanneer we hart en hoofd verenigen in heelheid-van-hart.
14. Denigreert ECVL het denken?
GLENN:
Nee, het geeft het denken een ander doel. ECIW is een cursus in juist gericht denken en stelt dat het verstandig is om onszelf tot doel te stellen om dit leerplan werkelijk te bestuderen. (COA ed., T-4.VII.10)
ECVL verlangt evenveel zorgvuldigheid, maar hanteert een totaal andere benadering. De allereerste woorden van de Introductie luiden: Deze Cursus is geschreven voor het denken, maar alleen om het denken ertoe te bewegen een beroep op het hart te doen. Om het ertoe te bewegen te luisteren. Het ertoe te bewegen verwarring te accepteren. Het ertoe te bewegen zijn weerstand tegen mysterie op te geven, zijn zoektocht naar antwoorden te staken en zijn focus te richten op de waarheid, weg van wat alleen door het denken kan worden geleerd. (C:I.1)
Het probleem met de menselijke geest is volgens ECVL, dat hij mentale constructies schept, die je vervolgens vertellen hoe je moet voelen volgens zijn regels. Er is niets dat het denken meer haat dan in verwarring zijn, open zijn, ontvankelijk blijven en niet weten.… Het denken kan de deuren van het hart niet geopend houden en toch wenden wij ons naar binnen, naar de denkende geest, om hem te tonen waar zijn openheid zich bevindt en zachtheid verblijft, waar het weten van de liefde te vinden is. Al wat het denken kan doen is de werkelijkheid herschikken en haar gevangen houden, onbeweeglijk en aan regels gebonden. De wetten van liefde zijn totaal anders. De wetten van liefde bestaan niet uit regels, feiten of juiste antwoorden.. (C:I.4-6)
ECVL zegt dat het probeert het denken te ‘omzeilen’; een woord dat niet minder dan vier keer wordt gebruikt, zoals hier: Ongeacht de methode die je meent gebruikt te hebben om te leren wat je hebt geleerd, is wat deze Cursus deed, de manier van leren van het ego omzeilen en de Christus in jou aanroepen om opnieuw te leren. (V3:15.13)
15. ECIW zegt dat pijn het resultaat is van schuld, terwijl ECVL zegt dat pijn het gevolg is van gevoelens van een gebrek aan liefde. Waarom dit verschil?
MICHAEL:
Voor mij bestaat er niet echt een verschil tussen het idee van schuld zoals beschreven in ECIW en het idee van gebrek aan liefde. Schuld is in ECIW het gevoel van het ego, voortgekomen uit de keuze van afscheiding en het vage besef dat deze keuze van ons de oorzaak is van ons lijden. Schuld is gewoon hoe het geloof in een ego voelt. Maar wat zijn de gevolgen van de keuze voor afscheiding anders dan het schijnbare gebrek aan liefde? Daarom zijn de twee voor mij synoniem.
16. Ik heb de indruk dat ECVL zich veel met gevoelens en emoties bezighoudt. Is dat zo?
GLENN:
Zowel ECIW en ECVL spreken over gevoelens. Hieronder volgt Michaels toelichting. Ik zal het alleen hebben over de bijdrage van ECVL met betrekking tot dit belangrijke onderwerp. Men zou kunnen zeggen dat gevoel even belangrijk is als denken en moeilijker te duiden. Het zou kunnen helpen om dit onderwerp in drie gedeelten te verdelen.
*Laten we met negatieve gevoelens beginnen.
Laten we dus met iets beginnen wat kenmerkend is voor ECVL: bittere gevoelens. ECVL doet een opvallende uitspraak: Bitterheid is voor jouw hart wat het ego is geweest voor je geest… Maar het is net als jouw ego zo’n deel gaan uitmaken van jouw realiteit dat het, net als het ego, bewust moet worden achtergelaten. (V3:6.5) Dus bittere gevoelens zegt ECVL, zijn een soort emotionele equivalent van het ego, een bron van weerstand net zo sterk als die van het ego en die nog dieper wordt gevoeld. (V3:8.3) en bitterheid evenaart slechts het ego zelf in destructiviteit.
Bitterheid komt voort uit het geloof dat je eigen goede eigenschappen nooit erkend zijn, of van het gevoel dat je niet beloond werd, of van de gedachte dat je niet de waardering of eer hebt ontvangen die je toekomt. Bitterheid berust op de perceptie dat er iets is misgegaan in het universum; dat we ten onrechte tot lijden veroordeeld zijn. Bitterheid ontstaat bij religieuze mensen die in een redder geloven die ons dit leed had kunnen besparen, maar dat niet deed. (V3:8.5) Bitterheid ontstaat ook door het hulpeloze gevoel dat opkomt wanneer we het lijden van anderen willen verzachten maar daar niet toe instaat zijn. Bitterheid en blaam worden geassocieerd met het verlangen naar wraak.
ECVL schenkt aandacht aan het tegenovergestelde, de conditie van tederheid, van waaruit de keuze om bitterheid achter te laten kan worden gemaakt. ECVL zegt dat bitterheid bewust achtergelaten moet worden. (V3:6.5) Men herkent zijn eigen bitterheid en maakt een andere keuze.
*En toch zegt ECVL dat er geen ‘slechte’ gevoelens zijn. Wat moeten we met onze gevoelens doen?
We zouden kunnen veronderstellen dat negatieve gevoelens van het ego komen, maar ECVL zegt dat alle gevoelens uit liefde voortkomen.
In werkelijkheid hebben je gevoelens hun oorsprong in liefde, maar je reactie erop wordt geleid door angst. Zelfs gevoelens van vernietiging en geweld komen voort uit liefde. Je bent niet slecht en er zijn in jou geen gevoelens die als zodanig kunnen worden bestempeld. Maar toch ben je misleid over de betekenis van je gevoelens en hoe ze liefde naar jou kunnen brengen en jou naar liefde. (C:5.11) Het is het afgescheiden zelf dat ze bestempelt als juist of verkeerd, goed of slecht. Toch hebben we allemaal onaangename gevoelens die liefdeloos lijken. Wat moeten we daarmee aan?
Allereerst is het van het grootste belang om te begrijpen wat er niet wordt gevraagd: Dit gaat niet over aanvaarding van wat je niet leuk vindt. Denk je werkelijk dat je gevraagd wordt het ‘normale leven’ te aanvaarden?….. je wordt niet gevraagd te accepteren wat je niet leuk vindt, maar te accepteren dat je wat je niet leuk vindt gewoon niet leuk vindt. Dan pas, en alleen dan – als je geaccepteerd hebt hoe jij je voelt – kun je werkelijk responderen. (D:Dag8.3,4)
Bovendien zegt ECVL niet dat we al onze gevoelens moeten uiten, aangezien dat niet noodzakelijkerwijs helpt of helend werkt.
Dus wat moet er met gevoelens gebeuren? ECVL zegt: het betekent dat je de gedachten en gevoelens die opkomen brengt naar de plaats in je hart die hiervoor gereed is gemaakt. Je ontkent ze niet. Eerst breng je ze naar je Zelf, het Zelf dat in eenheid is verbonden in de ruimte van je hart. Vanuit deze plaats leer je onderscheid te maken, het ware van het onware te scheiden, want ego gedachten kunnen niet lang verblijven in de heilige ruimte van jouw hart. Daarna, als waarheid en illusie van elkaar zijn gescheiden, ontwikkel je de discipline om je ware Zelf, zoals je nu bent, tot uitdrukking te brengen. (V2:7.19) Het is dus in de ruimheid van het hart dat onze gevoelens veranderd en getransformeerd kunnen worden en helderheid verkregen kan worden.
ECVL benadrukt herhaaldelijk dat gevoelens niet ontkend moeten worden of onderdrukt, want aan je gevoelens ‘kun je niet ontsnappen’, zelfs niet aan lang begraven oude gevoelens. Ze zijn slechts begraven. Ze bestaan nog steeds en moeten gere-integreerd worden in het Ene Zelf. Het re-integratieproces zal, zo belooft ECVL, het bewijs leveren van de welwillendheid van je gevoelens en van de welwillendheid van het universum zelf. (D:Dag16.7)
Jezus erkent dat dit proces moeilijk kan zijn, maar door oefening makkelijker wordt. Het is een voorwaarde voor de toestand van eenheid.
*Gevoelens zijn een toegangspoort tot God.
Alhoewel gevoelens vaak problematisch zijn, dringt ECVL er bij de lezer op aan geen angst voor gevoelens te hebben maar ze te accepteren als een ‘hulpkracht’ die van het lichaam komt, wanneer aan het lichaam eenmaal een nieuw doel is gegeven. Maar de sleutel is aanvaarding, niet verwerping. Niet-aanvaarden bestendigt de afscheiding. Aanvaarding vereist dat men volledig ‘in het heden’ is met welk gevoel er ook maar opkomt. Je moet deze gevoelens toelaten zodat ze in je bewustzijn kunnen oprijzen en je ze in je hart kunt koesteren als een geliefd kind dat van streek is.
Je gevoelens misleiden je niet, ze steunen je juist! Ze roepen je tot expressie van je ware Zelf! (D:Dag8.28). In een echte respons mogen alle gevoelens er zijn, zelfs gevoelens zoals woede; ze worden aanvaard en in liefde omarmd.
Gevoelens zijn, net als gedachten, creatief. Ze hebben meer macht dan wij ons kunnen voorstellen. Wanneer gevoelens worden getoond of zichtbaar gemaakt, wordt het nieuwe geschapen. Dit is altijd de wijze van scheppen geweest. Elke grasspriet, iedere bloem, iedere steen is een schepping van gevoelens. Het enige wat je hoeft te doen is om je heen kijken om te weten dat gevoelens van liefde nog steeds in overvloed aanwezig zijn. Schoonheid heerst nog altijd. (D:Dag18.11)
MICHAEL:
Zowel ECIW als ECVL werken met gevoelens. In ECIW worden gevoelens vaak gebruikt als indicator voor dat waaraan we waarde hechten. Onze gevoelens vertellen ons hoe wij onszelf waarnemen en hoe we het huidige moment interpreteren. ECIW zegt, Het is duidelijk dat elke situatie die jou zorgen baart, gepaard gaat met gevoelens van ontoereikendheid, want anders zou je geloven dat je de situatie met succes het hoofd kon bieden. (W-47.5:2) En eveneens, De aanhoudende beslissing afgescheiden te blijven is de enige mogelijke reden voor aanhoudende schuldgevoelens. (T-5.V.8:1) en Niettemin hebben we geleerd dat het idee van de dood vele vormen aan kan nemen. Het is het ene idee dat ten grondslag ligt aan alle gevoelens die niet opperst geluk zijn. (W-167.2:3) In werkelijkheid zijn onze gevoelens altijd onze gids geweest, want vrede is niet iets dat wij op een logische manier kunnen realiseren.
Zoals met veel aspecten van het leren door contrast waar ECIW de nadruk op legt, denk ik dat we soms ideeën te ver hebben doorgevoerd. Als onze gevoelens ons laten zien hoe we ons zelf en anderen hebben verkozen te zien, en als we ontdekken dat we schuld, of angst, of depressieve gevoelens hebben, dan kunnen we van de leringen van ECIW weten dat onze perceptie onjuist is geweest. Het zou denk ik gepast zijn onze overtuigingen en denkprocessen te onderzoeken om te ontdekken waar we ideeën die niet waar zijn als waar hebben aanvaard. Zonder de training van de denkgeest waar ECIW ons toe aanzette en de hulp van de Heilige Geest om ons bij te staan in het ontkennen van wat deze gevoelens ons schijnbaar vertellen, zouden we ons in onze gevoelens verliezen. Want als we ons depressief voelen, of schuldig of ontoereikend, lijkt het gevoel ons te vertellen dat dit zo is. Maar dit gevoel vertelt in werkelijkheid niet wat zo is; het vertelt ons wat we hebben gekozen! In dit opzicht zijn gevoelens een perfect leermiddel.
We gaan te ver met leren wanneer we door onze gevoelens te analyseren terechtkomen in een intellectuele wijze van interpreteren. Dan doen we afbreuk aan de wijsheid van onze gevoelens en doen we afstand van de hele reikwijdte van intelligentie die ze bieden. We zien dit gebeuren wanneer het verstand ons ‘vertelt’ hoe we ons moeten voelen. Dit houdt een subtiele vorm van oordelen in, waarbij ons denken een bepaalde interpretatie aan de ervaring van het moment geeft en vervolgens tracht op te dringen wat wij ‘behoren’ te voelen.
Een belangrijke doelstelling van ECVL is om ons te ondersteunen bij het verenigen van hoofd en hart, zodat we in heelheid-van-hart kunnen reageren op wat is. Een respons vanuit heelheid-van-hart is spontaan en liefdevol – uniek voor elke ontmoeting en situatie – en dit wordt belemmerd zolang we ‘proberen’ om iets op een bepaalde manier te voelen, of zolang we ‘besluiten’ hoe we ons moeten voelen.
Voor mij was het een belangrijk besef dat als we eenmaal geaccepteerd hebben wie we werkelijk zijn, onze gevoelens ons niet meer kunnen misleiden. Als we ervaren dat we verdriet of medelijden voelen bij het zien van een uitgehongerd kind, betekent dit niet dat we weer onder invloed van het ego zijn. Het betekent alleen dat het een gelegenheid is om te responderen. En in heelheid-van-hart weten we niet alleen dat we in staat zijn een respons te geven, maar we weten dat ons gevoel ons geroepen heeft om te responderen en we weten dat onze respons voortkomt uit Liefde.
De respons vanuit heelheid-van-hart is nooit gebaseerd op het ego-denksysteem van identificatie met het lichaam, maar op het pure vrije weten dat we zouden schenken uit de onuitputtelijke bron van ons Ene Hart. Onze respons in heelheid-van-hart, is Gods beweging door ons heen, als ons. Ik denk soms dat de lessen van ECIW, als ze te ver worden doorgevoerd, ertoe hebben geleid dat sommigen van ons de kracht van onze eigen respons inhouden door het oordeel over juist die gevoelens die een beroep doen op het aanbieden van Liefde die alleen wij kunnen geven.
17. Bij het lezen van ECVL valt het op dat er zoveel nadruk ligt op ‘relatie’; niet alleen met andere mensen, maar met alles. Wat maakt relatie zo belangrijk?
MICHAEL:
Om deze vraag te kunnen beantwoorden is het nodig om een paradox te gebruiken. We weten van ECIW dat het Zoonschap geschapen werd door de Vader als een uitbreiding van Hemzelf. De paradox is deze: noch bestaat het Zoonschap los van de Vader, noch is het Zoonschap geheel identiek aan de Vader. Een onderscheid zonder afscheiding bestaat en dit is de Schepping.
Relatie is in essentie de lijm die onderscheid toelaat zonder afscheiding. Ik denk graag aan relatie als hetgeen identiek is aan alles dat bestaat; die heilige, naamloze aanwezigheid van God die in ieder van ons bestaat en in ieder element van de Schepping. Die aanwezigheid is het hart van alles. Die aanwezigheid in elk van ons en in alles wat bestaat is wat ons met elkaar ‘verbindt’ op een diepe, eeuwige en onverbrekelijke manier. Het is deze verwantschap die ons onherroepelijk met elkaar verbindt. Zonder deze fundamentele verbinding met elkaar zouden we werkelijk afgescheiden zijn, hetgeen, zoals we weten niet zo kan zijn.
In ECIW krijgt dit idee vorm door het begrip communicatie. Let op deze passage. ‘Bestaan’ legt echter concreet vast hoe, waarover en met wie communicatie het beoefenen waard wordt geacht. ‘Zijn’ kent dit soort onderscheid totaal niet. Het is een toestand waarin de denkgeest in communicatie staat met al wat werkelijk is. In de mate waarin jij die toestand laat beknotten, beperk jij je besef van je eigen werkelijkheid, die pas totaal wordt wanneer je alle werkelijkheid ziet in de schitterende context van haar werkelijke relatie tot jou. Dat is jouw werkelijkheid. Ontheilig die niet, en deins er niet voor terug. Ze is je echte thuis, je echte tempel en je echte Zelf. (T-4VII.4:1-8) Ik raad je aan ook de voorafgaande alinea te lezen, waarin ECIW de schepping en communicatie als synoniemen beschrijft.
Maar, Schepping houdt ook onderscheid in. Ik leef in Dordrecht en jij leeft in Gent. Dit betekent niet dat we afgescheiden zijn. Maar het betekent dat we ons op deze manier onderscheiden. In ECVL wordt dit onderscheid zoals reeds vermeld, beschreven als eigenschap. Het is juist door onze fundamentele verwantschap met elkaar dat ieder verschillende eigenschappen kan hebben, zonder afgescheiden te raken. We blijven Eén Denkgeest, Eén Lichaam en Eén Hart, zelfs als we onszelf van elkaar onderscheiden door het goddelijke Scheppingsproces, opdat we aan elkaar kunnen laten zien wie we zijn en voortdurend de verscheidenheid en vormen van expressie kunnen verdiepen en uitbreiden. De Schepping is een viering van wie we zijn en wie we altijd zullen zijn.
Relatie verbindt ons allen niet alleen tot Eén, zij staat ook differentiatie toe. Differentiatie heeft geen betekenis zonder verwantschap. Als jij een universum helemaal voor jezelf had dat blauw was en ik een universum helemaal voor mezelf dat rood was en we werkelijk afgescheiden waren, zouden blauw en rood geen betekenis hebben. Ze zouden het alles en niets zijn van onze afgescheiden kleine koninkrijken. Het is alleen omdat God de fundamentele eenheid of het één-zijn van al wat bestaat in stand houdt, dat rood en blauw in relatie tot elkaar kunnen bestaan. Het is de verbinding van alles met elkaar dat het goddelijke scheppingsproces op zichzelf mogelijk maakt.
18. Behandelt ECVL genderkwesties anders dan ECIW?
GLENN:
Hoewel ECVL over het algemeen het mannelijke voornaamwoord gebruikt, is het vrouwelijke opgenomen in de gebruikte terminologie, ECVL spreekt van zonen en dochters, van zij en hij. ECVL verwelkomt iedere seksuele geaardheid: Dat is waarom deze roep om terug te keren naar jouw Zelf overal weerklinkt en waarom hij zich richt tot nederige en normale mensen zoals jij. Er geldt geen exclusiviteit voor deze roep. Hij sluit geen ras uit noch een religie, noch een van de seksen of seksuele voorkeuren. Hij vraagt slechts allen om lief te hebben en te leven in de overvloed van de waarheid. (V3:21.21)
ECVL spreekt ook van Maria, de moeder van Jezus en een vrouwelijke Weg van Maria die in een symbiotische relatie bestaat tot de Weg van Jezus, die nu eindigt: Het Christus-bewustzijn werd niet alleen door Jezus gerepresenteerd maar ook door zijn moeder, Maria. Maria verwerkelijkte, net als Jezus, het volledige Christus-bewustzijn en de volledige expressie van het Christusbewustzijn in vorm. Ieder deed dit op eigen wijze, de wijze die de keuzes onthulden die beschikbaar waren voor hen die na hen zouden volgen. (D:Dag17.9)
Leren versus Weten en het einde van Leren
Opmerking: Het thema van ECVL betreffende ‘het einde van leren’ evolueert van een tijd wanneer het denksysteem van het ego verzwakt is maar leren nog steeds nodig is, naar een tijd gekenmerkt door een nieuwe manier van leren, die ons voorbij leren brengt, door de waarheid over wie je bent te aanvaarden.
19. ECVL vertelt ons dat “de tijd van leren” voorbij is. Wat betekent dit?
LAUREL:
Leren is een activiteit van het hoofd, die je geholpen heeft behendig door je menselijke ervaring te navigeren door informatie en herinnering toe te voegen aan je basiskennis. Leren was heel belangrijk voor je menselijke ervaring en zelfs voor je spirituele reis. Je leerde over godsdiensten, spirituele praktijken en spirituele leringen. Je leerde zelfs dat geen enkele leer je blijvend geluk bracht. Door je tot dit punt te brengen, tot deze ontdekking, heeft leren zijn doel bereikt en kan terzijde worden gelegd. Als ECVL verklaart dat de tijd van leren voorbij is, nodigt deze je uit om de activiteit van leren te vervangen door de activiteit van ontdekken.
In ontdekken wordt dat wat het hart herkent, boven de opeenhoping en herhaling van oude kennis gesteld. Leren expandeerde en versterkte de afgescheiden geest. Ontdekking expandeert het hart. Verzamelde kennis is niet bruikbaar voor ontdekking in het huidige moment, omdat het op het verleden is gebaseerd. Deze opgestapelde kennis wordt opzijgezet wanneer je in het heden ontdekt wat waar is. Net als een kind dat op avontuur gaat in het bos, weet je niet wat je zult vinden, omdat je het nog niet ontdekt hebt. Als je blijft vertrouwen op het verleden, zullen je ontdekkingen alleen maar een herhaling van eerdere conclusies zijn en zul je niets werkelijks zien.
In de afscheiding heeft het denken de controle. Inbreng van het hart wordt af en toe toegestaan, maar deze wordt meestal overstemd door logica en analyse. Bij ontdekken worden deze posities omgedraaid. Het hart zit aan het stuur, met het denken op zijn natuurlijke plaats, als een referentie instrument voor praktische aangelegenheden. Ontdekken heeft een frisse open geest nodig, zonder vooropgezette ideeën. Leven vanuit ontdekken is leven op het puntje van je stoel, vrij van het verleden, openstaand voor alles wat op dit moment waar is. Ontdekken is relaties aangaan vanuit de bezieling van dit moment en in de ervaring van dit moment.
ECVL leert ons dat we het nut van het opstapelen van meer informatie hebben uitgeput. We wenden ons tot onze hele ervaring, verenigen ons met het huidige moment dat vloeiend is en zonder precedent. Ontdekken gaat voorbij de identificatie met een klein afgescheiden menselijk wezen naar de omarming met ons gehele Wezen. Dan kunnen we genieten van een unieke en persoonlijke gedifferentieerde ervaring. Dit is de reden voor differentiatie, die door ontdekken nu beschikbaar voor je is.
MICHAEL:
Een van de voorwaarden voor leren is onvolledige kennis. Leren is een hulpmiddel op weg naar het ons herinneren van wie we werkelijk zijn. Zodra dit is bereikt, is het leren voltooid. Dan is er geen kennis meer te vergaren.
Maar Schepping eindigt hier niet mee, want Schepping ging nooit over leren op zich. Het ging over schepping; over delen en onthullen wie wij werkelijk zijn en wie God is. De creatieve ervaringen die we hebben als het leren voltooid is, zijn niet langer bedoeld om ons te helpen bij het herinneren van wat we over onszelf vergeten zijn, maar om op steeds nieuwe en steeds verder reikende manieren de waarheid te delen over wie we zijn. Niets van wat we ervaren als leren eenmaal voltooid is, zal ooit ons weten over wie we zijn veranderen, maar ons bewustzijn en vreugde over wie we zijn verdiepen. Dit is ontdekken. We zullen ons nooit meer over onszelf of een ander vergissen, maar we kunnen vreugdevol en diep verwonderd zijn over de eindeloze grootsheid van de schoonheid en gratie die in ons leeft.
20. ECVL vertelt ons hoe diep het ego verankerd is. ECVL vertelt de lezer dat het “ego-zelf er niet meer is.” Vanwaar deze grote wending?
SUSAN:
Het doel van ECIW is altijd het uitbannen van ons geloof in het ego-zelf of persoonlijke zelf geweest. Het ego gelooft dat het alleen is; afgescheiden van anderen, van God en van al het andere in de wereld. In ECIW zegt Jezus over het ego:
Wat is het ego? Niets, maar in een vorm die lijkt op iets. In een wereld van vorm kan het ego niet worden ontkend, want lijkt alleen het ego werkelijk. Maar zou de Zoon van God, zoals Hij hem geschapen heeft, in een vorm of in een wereld van vormen kunnen verblijven? Wie jou vraagt het ego te definiëren en uit te leggen hoe het is ontstaan, kan alleen maar iemand zijn die denkt dat het werkelijk is…. (V-2.2)
Het cursuswerk van ECVL versterkt dat van ECIW. In de prelude van ECVL zegt jezus:
De wereld als een staat van zijn is, in haar geheel, door Een Cursus in Wonderen een tijdperk ingegaan waarin er een ontvankelijkheid voor wonder-bereidheid bestaat. Een Cursus in Wonderen opende hiertoe een deur door het ego te bedreigen. Al degenen met een verzwakt ego, die op de aarde rondwandelden in de hoop het ego geheel achter zich te laten, hebben vanuit een wonder-gezinde intentie de mens doen ontwaken tot een nieuwe identiteit.C:P.5)
ECIW introduceerde aan ons de mogelijkheid om het licht van de waarheid de duisternis te laten verdrijven en onthulde het ego als zijnde niets.
Waar duisternis was, zien we nu het licht. Wat is het ego? Wat de duisternis was. Waar is het ego? Waar de duisternis was. Wat is het nu en waar kan het gevonden worden? Niets en nergens. Nu is het licht gekomen: zijn tegendeel is verdwenen zonder een spoor achter te laten. (V-2.6)
Jezus wilde ons door ECIW het ego laten overwinnen. Aangezien hij heeft gezien dat we dat niet hebben gedaan, probeert hij het opnieuw. Deze keer via de weg van het hart. In deze laatste leerfase doet hij een beroep op ons via het hart en ontdekken we wie we werkelijk zijn. De reis door ECVL is persoonlijk. Het uitbannen van het ego gebeurt door een proces van leren en ont-leren en individuele transformatie die onze ware identiteit herstelt. Het verenigen van hoofd en hart in heelheid-van-hart maakt ons weer bewust van deze ware identiteit. Door het licht van de waarheid op het ego te laten schijnen wordt het helemaal verdreven. Neem de hand van Jezus en neem opnieuw ontslag als je eigen leraar. Maak de reis van persoonlijke transformatie en je zult je met anderen verenigen die de tijd van Christus zijn binnengegaan.
Nu je weet wie je werkelijk bent, kan het ego niet blijven bestaan als een afgescheiden entiteit met een eigen leven. Nee, het ego is verdwenen. Omdat het een leugen was is het door blootstelling aan de waarheid opgelost. (D:5.8)
21. ECVL vraagt ons om “op een nieuwe manier te leren.” Is die manier werkelijk nieuw?
LAUREL:
Het werkboek van ECIW gebruikt vaak geleide vragen om bestaande overtuigingen ter discussie te stellen. Bijvoorbeeld: Ik geef aan deze stoel alle betekenis die hij voor mij heeft. Ik ben niet kwaad om de reden die ik denk. ECIW introduceert het idee dat we in staat zijn om ook onze reacties te kiezen: Ik zou voor vrede kunnen kiezen in de plaats van dit.
Deze vragen maken de weg vrij voor een andere aanpak die in ECVL wordt aangeboden. Na ECIW kunnen we de wereld nooit meer op dezelfde manier bekijken. Door het geconditioneerde ego gezien te hebben voor wat het is, herkennen we de illusoire natuur van de wereld. ECIW werkt aan het opheffen van onze gebruikelijke reacties en conclusies. ECIW stelt de conventionele kijk op de werkelijkheid ter discussie. Liefde wordt weer de stem van de Heilige Geest. Deze inzichten zijn van enorm belang en ECVL is met geen enkele ervan in tegenspraak.
De ‘nieuwe manier’ om te leren in ECVL beweegt van ideeën naar actie. Deze actie wordt meestal ‘verbinding’ genoemd maar andere woorden voor deze activiteit zijn liefde en vereniging. Verbinding is een ervaring in het huidige moment in plaats van een mentaal concept of geloof. Voorbij aan een intellectuele theorie van het begrip eenheid, heeft deze manier van leren altijd een open einde en is nog niet ontdekt. Deze manier van leren vraagt in het hier en nu de bereidheid om dat wat zich voordoet te onderzoeken en aan te gaan. Verenigen is een activiteit buiten de tijd. Het verbindt jouw unieke gedifferentieerde ervaring met de ene Liefde die alles draagt en creëert. Terwijl kennis zich kan ophopen, is zich verbinden altijd helemaal nieuw en aan het intellect voorbij.
Aangezien de stem van de Heilige Geest nu geassimileerd en geïntegreerd is, is zijn leiding een voortdurende metgezel in het navigeren door de ervaring die zich voordoet. Logica, analyse en vergelijken, de favoriete gereedschappen van het denken, zijn niet langer dominant. Innerlijke leiding is de navigator. Aanvaarding van het huidige moment is de sleutel. Vereniging met wat is, is onze nieuwe manier van dansen met het leven. Deze manier van leren kan niet opgeslagen of vermeerderd worden, maar is levend en transformerend.
MICHAEL:
ECIW beschrijft zichzelf, zoals eerder werd gezegd, als een cursus in denktraining. Om het onderscheid tussen waarheid en illusie te herkennen, was het nodig dat we ons van de tegenstelling tussen de twee bewust werden. Omdat onze denkgeesten in conflict blijven, door ons geloof in afscheiding, is deze tegenstelling een van de meest essentiële leermiddelen van de Heilige Geest. Maar de nadruk op tegenstelling werd in ECIW als een tijdelijke beschreven.
ECIW zegt: Je zult in de Hemel geen herinnering hebben aan verandering en omslag. Alleen hier heb je contrast nodig. Contrasten en verschillen zijn noodzakelijke leermiddelen, want daarmee leer jij wat je vermijden en wat je nastreven moet. Wanneer je dit geleerd hebt, zul je het antwoord vinden dat de behoefte aan enig onderscheid doet verdwijnen. (T-13.XI.6)
Hier zien we dat het idee van tegenstelling alleen een tijdelijk hulpmiddel is. Wanneer we eenmaal de Waarheid ontdekken, lost zulk onderscheid op in onze herkenning van Een-zijn. Een deel van de nieuwe manier van leren in ECVL is door het weten te bevrijden dat altijd in ons, in ons hart was. De volgende alinea’s van ECVL beschrijven dit en geven bovendien aan dat deze manier van leren niet langer over tegenstellingen gaat.
Deze woorden van liefde komen niet via de ogen jouw lichaam binnen om zich vervolgens in je verstand te vestigen en zich daar te transformeren tot een taal die je kunt begrijpen. Wees je bewust van jouw hart terwijl je dit leest, want daar komt dit leren binnen en daar zal het blijven. Vanaf nu vertegenwoordigt jouw hart zowel je ogen als je oren. Jouw denken kan binnen het concept van je verstand blijven, omdat wij het vanaf nu omzeilen door het geen informatie meer te sturen om te verwerken en geen data om te berekenen. De enige verandering van denken die van jou wordt gevraagd is je te realiseren dat je het denken niet nodig hebt.
Wat dit voor jou betekent, reikt veel verder dan wat deze Cursus je kan leren. Door één zo’n concept op te geven en niet te vervangen, zul je bevrijd worden op een manier die je voorstellingsvermogen te boven gaat, en zullen ook je broeders en zusters bevrijd worden. Zodra je het ene concept hebt laten vallen, zullen de andere snel volgen. Maar geen enkel concept zit zo stevig verankerd als dit, het concept dat wij vandaag beginnen los te laten.
Jij die niet in staat bent geweest om geest van lichaam te onderscheiden, hersenen van hoofd en intelligentie van kennis, vat moed. We geven het proberen op. We leren nu eenvoudigweg op een nieuwe manier en al lerende beseffen we dat ons licht vanuit ons hart schijnt, ons altaar voor God. Hier verblijft de Christus in ons en hier concentreren we onze kracht en ons leren, om er spoedig achter te komen dat wat we te weten willen komen niet opgeslagen kan worden in de databank van een overwerkt brein waarop we te veel hebben vertrouwd, een verstand dat we niet kunnen scheiden van de plaats waar wij geloven dat het zich bevindt (C:3.14-16)
We zien hier een van de redenen waarom we ECVL hebben gekregen; om ons een alternatief leermiddel te bieden dat de denkende geest kan omzeilen. Toen we nog aan het denksysteem van het ego vastzaten, was het voor ons nodig om nieuwe concepten te leren. Zodra we deze concepten hebben aangenomen, bieden zulke concepten ons een glimp van het contrast tussen waarheid en illusie. De denkende geest was voor ons het enige beginpunt, omdat dit het primaire middel was dat we gebruikten om de wereld te begrijpen.
Er zit echter een grens aan deze manier van leren, namelijk deze: de denkende geest maakt maar al te gemakkelijk rigide formules van de concepten die ons gegeven waren om slechts de tegenstelling tussen waarheid en illusie te illustreren. Kortom, het is voor de denkende geest veel te gemakkelijk zijn autoriteit uit te oefenen, zonder het hart zijn verdiende plaats te geven in ons wezen. De denkende geest, gescheiden van het hart, kan nooit heel zijn en zolang we ons alleen met de denkende geest identificeren, ontbreekt er een heel belangrijk deel van ons. Het hart is tenslotte waar onze schat ligt: Onthoud dat waar je hart is, ook je schat is. T2.II.1.5)
22. ECVL biedt ons de mogelijkheid om “direct te leren”. Hoe werkt dit?
LAUREL:
Begin met het tegenovergestelde, ‘indirect leren,’ te onderzoeken. Per definitie moet indirect leren, leren zijn dat via een bron van buitenaf komt. We lezen over, horen over, of we leren over iets door iemand anders. Het is niet iets dat we zelf ontdekt hebben, maar informatie die we via een vertrouwde bron ontvangen. Het betekent niet, dat hetgeen we geleerd hebben niet waardevol voor ons is. We kunnen waardering hebben voor hetgeen we geleerd hebben en ons begrip kan zich enorm verruimd hebben.
Beschouw de metafoor van leren over een eiland, dat we nog nooit bezocht hebben. Vanuit andere betrouwbare bronnen verschaft indirect leren kennis over het eiland. We kunnen boeken over het eiland lezen, foto’s van het eiland bekijken, lezingen en diapresentaties bijwonen van anderen die het eiland bezocht hebben of video’s of filmopnames van het eiland bekijken. Dit is indirect leren.
Direct leren gebeurt wanneer we daadwerkelijk zelf naar het eiland gaan. We verkennen de watervallen en dorpen zelf. We voelen de nevel van de waterval tegen onze huid. We zien het zand van het strand onder onze tenen en ruiken het aangespoelde zeewier. We proeven het lokale voedsel en ontmoeten de bewoners van het eiland. We leren het eiland op een diepere manier kennen omdat we het aan den lijve ondervinden via onze eigen zintuigen. Onze verkregen indirecte kennis kan ons intellectuele begrip van het eiland en zijn geschiedenis vergroten, maar het is slechts een aanvulling op onze directe ervaring. Uit de eerste hand ontdekken wat vereniging is, is het nieuwe leren wat ECVL aanbiedt. ECVL is de reisgids die je helpt het eiland zelf te verkennen. Deze kan je helpen je ervaringen te kiezen en je naar plaatsen te leiden die je begrip verrijken. Jij hebt de actuele ervaring. Jij doet de ontdekking. Jij bent degene die verandert door wat je ziet.
Direct leren is niet alleen mogelijk, maar het heeft de potentie om steeds door te gaan. In een interactieve en responsieve schepping, maakt directe betrokkenheid via jouw unieke ervaringen het mogelijk dat er een liefdevolle relatie met het hele leven ontstaat en dit biedt jou voortdurend de mogelijkheid de eindeloze expressies van het leven te ontdekken.
23. ECVL vertelt ons dat de “tijd van de Heilige Geest” voorbij is; kunt U dit uitleggen?
LAUREL:
De term Heilige Geest wordt gebruikt om de intermediaire Stem te beschrijven die als vertaler dient tussen mensen en God. Het is de Heilige Geest die ons aan de waarheid herinnert wanneer we in afscheiding verloren zijn. Het traditionele Christendom identificeert drie componenten van God als ‘Vader, Zoon en Heilige Geest.’ Wanneer we geloven dat we afgescheiden wezens zijn, worden de Heilige Geest en de Vader als ‘iets anders dan ik’ gezien. Communicatie komt van de Vader, via de Heilige Geest tot de Zoon. De Zoon heeft geen directe toegang tot de Vader. De Heilige Geest is nodig als intermediair. De communicatie komt niet van wat ik als ‘mij’ identificeer, maar ergens anders vandaan.
ECVL nodigt ons uit onze eenheid met de gehele schepping rechtstreeks te ervaren. We ontdekken dat we niet afgescheiden zijn van de Bron of van elkaar. Er is Eén energie, Eén liefde, Eén Zijn. Als een-zijn is ontdekt is het niet langer nodig onze verbinding met de Bron te laten verzorgen door een mysterieuze Heilige Geest buiten onszelf. We hebben doorlopend rechtstreeks toegang tot het Ene Wezen, omdat we dat zijn. De prachtige, liefdevolle energie van de Heilige Geest is niet verdwenen. Niets is veranderd, behalve de grenzen die we zelf hebben geconstrueerd. Zonder de perceptie dat we afgescheiden zijn van de Vader, breiden we ons vermogen uit om rechtstreekse toegang tot de Bron te omarmen.
Dit is geen opgeblazen ego dat beweert God te zijn. Dit is een daad; een daad van verbinding in plaats van afscheiding. Een-zijn in plaats van anders zijn en op eigen benen staan als God/Mens, een Christus, Eén Zijn in te onderscheiden relaties met al zijn uitdrukkingsvormen.
MICHAEL:
Een deel van onze behoefte aan de Heilige Geest was onze verankering in de manier waarop het ego waarneemt; de zichzelf vervullende voorspelling van projectie en ervaring, waardoor we ideeën over onszelf en onze toestand gingen geloven die gewoon niet juist waren. We waren zo verstrikt in de bevelen van het ego, dat rechtstreeks contact met de werkelijkheid gewoon niet mogelijk was. Eén van de redenen dat de tijd van de Heilige Geest voorbij is, zoals beschreven in ECVL, is dat we in belangrijke mate van het denksysteem van het ego bevrijd zijn en direct contact nu mogelijk is. Het was nooit de bedoeling dat we eeuwig in de staat van leren zouden blijven, en het einde van de tijd van de Heilige Geest valt samen met de voltooiing van ons genezingsproces.
24. Veel mensen beschouwen zichzelf als ECIW leraren. Bij ECVL schijnt lesgeven geen rol meer te spelen. Is dat zo?
LAUREL:
Het leven van Jezus is het voorbeeldleven en één van zijn rollen was die van leraar. Hij diende zich aan als een publieke figuur zodat de mensen uit de eerste hand de aanwezigheid konden ervaren van iemand die ontwaakt was. Hij onderwees ook nieuwe ideeën die de wereld veranderden, ideeën zoals liefde, vergeving en een God van mededogen.
ECVL leert dat de Weg van Jezus ten einde loopt. Dit is heel logisch, omdat kennis van beperkt nut is voor de spirituele zoeker. Welke indirecte manier van leren via een leraar, kan net zo krachtig zijn als jouw eigen rechtstreekse ervaring? De dagen waarin je verantwoordelijkheid voor je spirituele vervulling projecteerde op een ander zijn voorbij. Er is geen behoefte aan een goeroe om informatie aan je door te geven, omdat jij zelf rechtstreeks toegang hebt.
Dit betekent niet dat we ophouden met praten met elkaar, of dat gidsen raadplegen geen zin zou hebben. Wat het betekent is dat de enige ‘leraren’ waar je nu wat aan hebt, degenen zijn die je terugverwijzen naar jezelf. Er bestaat geen hiërarchie tussen leraren en leerlingen. Ieder onderwijst door zijn of haar voorbeeldleven en we leren allen door Zelf-ontdekking. De gidsen of leraren die je aanmoedigen je eigen ervaring te ontdekken zijn de broeders en zusters die geleid worden om hun eigen spirituele reis te delen. Zij willen niet van je afgescheiden zijn en boven je staan. Uit liefde en uit herkenning van jouw heiligheid, wijzen ze de weg naar jouw eigen toegang.
Het ego zoekt meer kennis, hopend dat meer kennis zijn identiteit zal vaststellen en uiteindelijk de betekenis van de wereld. Dit is een spel dat je zult verliezen. Het ego kan nooit gefikst worden, omdat het gebaseerd is op het onjuiste idee van afscheiding. Meer kennis vergaren zal je nooit verlossen van een afgescheiden wereld. Alleen de directe herkenning van je Zelf maakt gelukkig en kan jouw ware plaats in de schepping onthullen. Herkenning kan door niemand onderwezen worden, maar het kan door jou ervaren worden. Andere mensen kunnen jouw Zelf naar je terug spiegelen, maar dienen slechts als spiegels en herinnering van je eigen Zelf. Aangezien er Eén Zijn is, zijn alle expressies uitingen van liefde, met dezelfde toegang tot de Ene Liefde die ons allen draagt en zich door ons allen uitdrukt.
MICHAEL:
Er zijn verstandelijke begrippen en kernideeën in beide Cursussen die geleerd en onderwezen zouden kunnen worden. Het is belangrijk om in te zien dat iets intellectueel begrijpen dat verstandelijk begrepen kan worden, niet hetzelfde is als bevrijding uit de droom van de afscheiding. In ECVL wordt bewust afstand genomen van de training van het denken die in ECIW wordt gegeven en legt de nadruk op ontvangen en ontdekken, in plaats van leren.
We worstelen enorm met een dergelijke instructie, want we zijn geconditioneerd met het idee dat alles wat we tot stand hebben gebracht of verworven hebben, het product is van onze eigen inspanningen, zonder welke wij niets bereikt zouden hebben. Wanneer we ervaren dat het ons aan iets ontbreekt, of dat we ons verder moeten ontwikkelen, groeien, of dat we meer inzicht moeten verwerven, zullen we ons dus inspannen dit voor elkaar te krijgen. Maar deze inspanning zal uiteindelijk geen resultaat hebben, omdat we niet de macht, of het gezag hebben onszelf datgene te geven wat we werkelijk verlangen. God heeft het ons al gegeven; in de vorm van onszelf. Verdere inspanning verdringt slechts onze aanvaarding van wat reeds gegeven is, omdat het juist die inspanning is die aangeeft dat we een tekort ervaren.
Er zijn begrippen die we kunnen leren door het bestuderen van ECVL, maar nog meer verstandelijk begrijpen is niet het doel van de Cursus. Jezus zegt dat we verstandelijk kunnen leren en bescheiden vooruitgang kunnen boeken in onze levensomstandigheden, maar dat dit niet de transformatie teweeg zal brengen die we werkelijk in ons hart verlangen. Het zal niet de Hemel brengen die we zoeken. Het is niet ECVL die buiten de scope van onderwijzen ligt, het zijn Liefde en heelheid-van-hart die buiten de scope van conceptueel begrip liggen.
De leraar-leerling relatie zoals die zich historisch voordeed, is een relatie die een tussenpersoon plaatst tussen de leerling en God. Een rechtstreekse ervaring van de werkelijkheid is nodig om uit de tijd van leren te komen en volledig te gaan beseffen wie we zijn. Zolang we blijven doorgaan een tussenpersoon te plaatsten, in welke vorm dan ook, tussen onszelf en het weten van ons hart, zo lang stellen we de voltooiing uit van onze terugkeer tot het werkelijke weten.
Om deze reden ligt de nadruk bij ECVL voor degenen die fysiek willen samenkomen in groepen om het Cursusmateriaal met elkaar te delen, op gezamenlijke ontdekking, door middel van dialoog, waarbij alle deelnemers gelijke ontdekkingsreizigers zijn in het gebied van ons Ene Hart. De nadruk ligt bij ECVL niet zozeer op het lesgeven op zich of het debatteren over verstandelijke begrippen, maar over het delen van ervaringen, waardoor we elkaar inspireren tot herinnering van wat waar is in ons allemaal.
Veelzeggende en Kenmerkende Termen die in ECVL gebruikt worden
25. ECVL spreekt veel over “Het Nieuwe.” Wat wordt er met het Nieuwe bedoeld?
Gast bijdrager Lynn Kidd:
Wat nieuw is in ECVL is de wonderbaarlijke uitnodiging van een bestendigd Christusbewustzijn, wat we zouden kunnen zien als een aanhoudend ‘Heilig Moment.’ In ECIW is ons verteld dat dit nog nooit gebeurd is. De wereld heeft nog geen allesomvattende herontwaking of wedergeboorte beleefd. Zo’ n wedergeboorte is onmogelijk zolang je doorgaat met projecteren oftewel miscreëren. Maar het ligt nog altijd in je vermogen om uit te breiden, zoals God Zijn Geest tot jou heeft uitgebreid. (T-2.I.3:7-9)
In ECVL klinkt het echter: Waartoe jullie zijn geroepen is om door jullie talrijkheid het Christus-bewustzijn te bestendigen en daardoor de vereniging te scheppen van het menselijke met het goddelijke als een nieuwe staat van zijn. Deze vereniging zal je voorbij het doel brengen om jouw Zelf in vorm uit te drukken, omdat dit doel slechts het verlangen weerspiegelde naar een tijdelijke ervaring. (T4:4.18)
Zo wordt de geïndividualiseerde Christusnatuur zichtbaar in de vorm als het verheven Zelf van vorm, waarvan ECVL spreekt en dit Zelf wordt op deze wijze een ruime, liefdevolle en ontvankelijke aanwezigheid die onze gedeelde identiteit in Christus gekend maakt.
MICHAEL:
Het Nieuwe is een idee dat geïntroduceerd wordt in ECVL, dat niet even snel zonder context uitgelegd kan worden, maar het heeft zijn wortels in ECIW. We kunnen de tijd die we in de droom van de afscheiding hebben doorgebracht beschouwen als helemaal niets; een seconde in de eeuwige stroom van de Schepping, en het Nieuwe als alles dat we zullen scheppen bij onze terugkeer tot weten, in verbinding en relatie met God; met al wat is en met elkaar.
Het Nieuwe is zowel een terugkeer naar het begin; naar het moment van onze schepping door God, naar volmaakte vereniging met God en naar het kennen van die perfecte vereniging, evenals de geboorte van wat nog nooit heeft bestaan, omdat Schepping niet statisch is. De Schepping beweegt eeuwig voort in nieuwe vormen van expressie, zelfs als het Weten en de Waarheid in haar centrum onveranderlijk zijn. Het Nieuwe, met andere woorden, is Schepping.
Het is wellicht het beste om de visie van ECVL over het Nieuwe, hier in de woorden van de Cursus weer te geven.
De schepping van het nieuwe is begonnen. Wij zijn een interactief deel van deze creatieve daad van een liefdevolle Schepper. De Schepping is een dialoog. De Schepping – die God en ons in eenheid is – zal respons geven op onze respons. Zal respons geven op wat wij visualiseren, ons verbeelden en verlangen. De schepping van het nieuwe zou niet kunnen beginnen zonder jou. Je bereidwilligheid voor het nieuwe, een bereidwilligheid die het achterlaten van het oude omvatte, een bereidwilligheid die het achterlaten van angst en oordeel en een separate wil
omvatte, was nodig om de schepping van het nieuwe te beginnen. Je eerdere bereidheid om het oude te aanvaarden hield de scheppingskracht beteugeld door het oude. Is dit niet volkomen logisch als je beseft dat schepping, gelijk God, niet ‘anders’ is dan wie jij bent? Hoe zou de schepping verder kunnen gaan naar het nieuwe zonder jou?
Wat zal de toekomst brengen? Dat is aan ons, geliefde broeders en zusters. Het is aan ons terwijl we als één lichaam, één geest en één hart handelen. Het is aan ons terwijl we scheppen als één lichaam, één geest, één hart. Omdat het de nieuwe toekomst is van een nieuwe vorm verbonden in eenheid en relatie, is de enige garantie die we hebben dat het een toekomst zal zijn van liefde, een toekomst zonder angst, een toekomst met onbegrensde vrijheid. Want wat zouden we nog meer kunnen verlangen? En wat kan er van ons nog meer verlangd worden? (V4:12: 34,35)
Er is geen eenduidig antwoord op wat het Nieuwe is. Het Nieuwe is alles dat oprijst uit pure schepping, vanuit de verbinding van onze wil met die van God, vanuit de verkenning en ontdekking van wie we werkelijk zijn in de dans van eenheid en relatie. Het einde van de afscheiding is niet het einde van de Schepping; niet het einde van beweging of expressie, niet het einde van in relatie zijn tot alles wat verbazingwekkend en vreugdevol is en zeker niet het einde van het herscheppen van de macht en glorie van Gods liefde in ontelbare interacties van allen tot alles en van ieder tot de ander.
Het Nieuwe is alles wat we aan elkaar willen geven door de uitdrukking van ons gezamenlijk verlangen ons te verheugen in het kennen van wat is.
26. ECVL lijkt ons als de “voltooiden” te huldigen, bevrijd van het ego. Dit lijkt te mooi om waar te zijn!
MICHAEL:
Voor het ego is dat ook zo!
Zelfs de formulering van deze vraag suggereert dat het ego er eens ‘was’ en ‘nu’ pas verdwenen is, maar dit komt niet overeen met wat ECIW ons heeft geleerd. Het ego was er nooit werkelijk; het leek er alleen maar te zijn en wel in die mate waarin we geloofden in wat we onszelf hebben aangeleerd na de keuze voor afscheiding.
We zijn altijd de voltooiden geweest, in de zin dat we voltooid waren op het moment dat God ons schiep. We waren nooit onvoltooid, en er ontbrak ons in werkelijkheid nooit iets; er ontbrak ons slechts toegang tot alles wat gegeven was omdat we verkozen het bestaan te ervaren zonder dat alles. Wat wel bestond was ons individuele en collectieve geloof dat we werkelijk afgescheiden van God konden zijn en we hebben de consequenties van die keuze al vrij lang ervaren.
De reden dat Jezus zich in ECVL richt op de beoefening van aanvaarding is dat als we eenmaal geleerd hebben wat er te leren valt, onze voortdurende inspanning om te komen tot zelfverbetering neerkomt op vechten tegen windmolens. Er was een tijd dat het nodig was om rechtstreeks tot de gespleten denkgeest te spreken en tegenstellingen en andere leermiddelen te gebruiken om de denkgeest te leren dat zijn opvattingen gewoon onjuist waren. Maar als dit proces eenmaal is afgerond en er niets meer te leren valt, zijn onze voortgaande inspanningen om meer en meer te leren met het doel ons van het ego te ontdoen, slechts uitstel. In dit scenario lijken we op gekooide dieren voor wie de deur is opengegooid, maar die nog niet bereid zijn om de beperkingen van onze kooien te verlaten..
Noch ECIW, noch ECVL zijn Cursussen in bescheiden vooruitgang. Het zijn Cursussen in volledige genezing, wat het volledige herstel betekent van alles wat God ons heeft gegeven en veilig heeft bewaard voor al onze misvattingen en valse denkbeelden. Zonder aanvaarding blijft deze nalatenschap on-opgeëist.
In ECVL worden we geroepen het feit te omarmen dat we de Voltooiden zijn en altijd zijn geweest. Wat anders zou er te vieren zijn dan onze terugkeer naar de veiligheid en eeuwige vreugde van wie we werkelijk zijn?
Suzan:
Het klinkt te mooi om waar te zijn dat het ego verdwenen is. ECVL maakt een einde aan het ego en herstelt onze ware identiteit. ECVL doet dit door ‘heelheid-van-hart.’ (zie nummer 17.) Door de geest en het hart te verbinden en het hart te laten leiden, wordt onze ware identiteit hersteld en wordt het ego ontmaskerd.
Een hart en hoofd, in eenheid verbonden, heffen het ego op. Eens had jouw ego-geest de leiding over al je gedachten. Omdat het ego niet in staat is tot leren moest het ego-denken eerst omzeild worden voordat het ware leren kon plaatsvinden. Dit is wat Een Cursus van Liefde heeft bereikt. Dit leren is nu in jou volbracht waardoor het jou tot De Voltooide heeft gemaakt. Als De Voltooide ben je nu in staat de universele geest binnen te gaan. (V1:1.9)
We bezitten alles wat we nodig hebben om in de wereld te leven. Het was nooit de bedoeling dat het leven geworstel, inspanning en gebrek zou inhouden. Het was ons geloof in het ego en zijn denksysteem dat een moeilijke wereld en een moeizaam leven veroorzaakte.
Door te zeggen dat je niet alleen voltooid bent, maar De Voltooide bent, wordt gezegd dat je al bent wie je wilde zijn. Dus moet je om naar de waarheid te leven, in de wereld leven als de Voltooide en ophouden met worstelen om anders te zijn dan wie je werkelijk bent. (V3:16.8)
Met het afschaffen van het ego zorgt mindfulness ervoor dat het denksysteem van de waarheid altijd voorop staat in ons hoofd en ons hart, zodat we kunnen leven als De Voltooide.
We verzetten ons niet tegen ego-denkpatronen die als echo’s in onze ervaring kunnen achterblijven. We streven er gewoon naar ons bewust te blijven van de vereniging van ons hoofd en hart in heelheid-van-hart. Het leven als de Voltooide zit niet langer vast aan de regels van de tijd waarvan we dachten dat die onze dagen en jaren op aarde regeerden. Tijd is een maat van leren en ECVL beëindigt het patroon van leren.
Alleen jij kunt voltooid worden en jouw voltooiing is al compleet.… Voltooiing is geen eindpunt, maar een gegeven. Het is geen uitkomst, maar een zekerheid. Het zegt eerder: ‘Ik ben’ dan ‘Ik zal zijn.’. Ik zal zijn is een verklaring die een toekomst veronderstelt, waarin je iemand anders zult zijn dan wie je in het heden bent. Eenheid bestaat alleen in het hier-en-nu van het heden. Er bestaat geen zal zijn in eenheid. Er bestaat alleen wat is. (V2:6.4,6)
Wij bestaan volledig voltooid in de Christus, zelfs wanneer we groeien en veranderen. Een beukenboom bestaat volledig voltooid in de kleine beukennoot die zijn potentie vertegenwoordigt in de staat van eenheid. Wij bestaan buiten het patroon van de tijd, net als de beukenboom. Onze herkenning hiervan maakt ons De Voltooiden.
27. ECVL zegt herhaaldelijk dat ‘geven en ontvangen één zijn.’ Kunt U dat verklaren?
MICHAEL:
Dit idee is gerelateerd aan de ideeën over opoffering die in ECIW werden geïntroduceerd. Denk hier eens over na: Wanneer jij geven met offeren associeert, geef je alleen omdat je gelooft dat jij ergens iets beters krijgt, en daarom kunt missen wat je geeft. (T-4.II.6:4) Begrijpen dat geven en ontvangen één zijn betekent niet alleen de visie over afscheiding van het ego transcenderen, en de daarbij behorende niveauverwarring, maar dit begrip van geven en ontvangen uitdrukken door de creatieve uitbreiding van zijn.
ECIW zegt: De geest weet dat het bewustzijn van al zijn broeders in het zijne besloten ligt, zoals dat besloten ligt in God. De macht van het gehele Zoonschap en van zijn Schepper is dus de volheid van de geest zelf, die zijn scheppingen even heel maakt en even volmaakt. Het ego kan niet zegevieren over een totaliteit waarin God besloten ligt, en elke totaliteit moet God wel insluiten. Aan al wat Hij geschapen heeft is al Zijn macht gegeven, omdat het deel van Hem is en Zijn Wezen met Hem deelt. Scheppen is het tegendeel van verliezen, zoals zegenen het tegendeel van offeren is. Zijn moet worden uitgebreid. Op die manier behoudt het de kennis van zichzelf. De geest hunkert ernaar zijn wezen te delen zoals zijn Schepper dat deed. Door dit delen geschapen, is het zijn wil te scheppen. Hij wenst God niet te bevatten, maar wil Zijn Wezen uitbreiden. (T-7.IX.2, onderstreping toegevoegd)
In deze boven aangehaalde onderstreept alinea wordt de nadruk gelegd op bepaalde ideeën uit ECIW die in ECVL verder worden toegelicht in het concept dat geven en ontvangen één zijn. Dat geven en ontvangen één zijn betekent in de eerste plaats dat er geen werkelijke ‘ander’ is. Om geven en ontvangen één te laten zijn moet afgescheidenheid als fundamenteel idee van ‘wat realiteit is’ eindigen. Inderdaad vinden we in de eerste uitspraak hierboven dat het idee van onze fundamentele eenheid in ECIW wordt benadrukt. Aan wie geven we anders dan aan ons Zelf? ECVL merkt op dat de identiteit van Christus een identiteit is die wij delen en dus is het werkelijk zo dat wanneer we geven, we tevens ontvangen.
Op een bepaald niveau klinkt dit als een cliché, totdat we ons realiseren wat er later in de boven aangehaalde uitspraak wordt benadrukt: het is alleen in de uitbreiding van ons zijn/wezen dat we ons Zelf kennen. Dus, geven brengt nooit verlies met zich mee, want werkelijk geven leidt tot de meest glorieuze winst mogelijk, de erkenning van wie we werkelijk zijn. Geven en ontvangen zijn een verenigde actie, het unieke middel van de Schepping waardoor we worden wie we zijn en onszelf kennen als Eén.
ECVL bevestigt dit: Het ego is dat deel van jezelf dat zich vastklampt aan het idee van afscheiding, en dat daarom dus niet de basale waarheid van je bestaan kan bevatten: dat geven en ontvangen werkelijk één zijn. Met andere woorden zegt dit zoveel als: om jouw Zelf te kunnen zijn, moet je jouw Zelf delen. Wat je behoudt, verlies je. Dit is het principe van geven en ontvangen dat jou volledig zal bevrijden om heel-van-hart te kunnen zijn, wanneer het uiteindelijk volledig wordt begrepen. (C:31.14 onderstreping toegevoegd)
Een laatste idee dat belangrijk is om te vermelden is dat het evident is dat de nadruk instinctief op geven wordt gelegd, maar ook ontvangen is een gave voor de gehele Schepping. Wanneer we de gaven ontvangen die God voor ons heeft bereid, ontvangen we deze in naam van de gehele Schepping. Zoals ECVL zegt, we creëren eenheid en relatie door eenheid en relatie!
28. Onze ‘afscheiding’ van God is de oorsprong van ons probleem. Toch zegt ECVL dat we ‘gedifferentieerd’ zijn en dat dit nodig is. Wat is het verschil tussen afgescheiden zijn en gedifferentieerd zijn?
LAUREL:
Dit is een fundamentele vraag die verwarrend kan zijn. We denken, “Hoe kan er alleen maar één zijn, als ik mijn eigen unieke ervaring heb? Betekent dat niet dat ik afgescheiden ben van anderen, zelfs als we van dezelfde bron komen?”
In de ‘Veertig Dagen en Veertig Nachten’ van ECVL wordt de relatie met onze verschillende ervaring verklaard door een uiteenzetting over eigenschappen. God is zonder eigenschappen. De bron kan geen eigenschappen hebben, omdat het de bron is van alles; daarom is alles erin besloten, zonder uitsluitingen. Op deze manier is God Alles (alles inbegrepen) en Niets (zonder eigen eigenschappen.)
Omdat deze Ene bron zonder eigenschappen doorgaand creëert, uitdrukt en uitbreidt, heeft hij de mogelijkheid eigenschappen aan te nemen en weer los te laten, om op die manier zichzelf op verscheidene manieren te ervaren. Dit is differentiatie. Door het proces van differentiatie worden keuzen gemaakt. Wanneer er een keuze voor rood wordt gemaakt worden per definitie alle andere kleuren niet gekozen. Op deze manier wordt de eigenschap-loze energie van liefde/God als een eigenschap-volle, gedifferentieerde expressie van zichzelf ervaren, uniek ten opzichte van alle andere expressies. Het gedifferentieerde aantal eigenschappen wordt een uniek filter waardoor liefde zichzelf ziet. Zij is niet afgescheiden van andere versies van zichzelf, maar iedere filter schept een unieke en gedifferentieerde ervaring.
Het verheven Zelf van vorm, waarvan ECVL regelmatig spreekt, doet zich voor wanneer de gedifferentieerde ervaring en herkenning van eenheid verenigd zijn. Dit is de tweede komst van Christus, waarnaar in beide Cursussen wordt gerefereerd. Differentiatie is verre van een fout, hoewel het verkeerd kan worden waargenomen. Differentiatie is liefde/God expressie en uitbreiding. Het is schepping zelf.
MICHAEL:
Afscheiding heeft niets te maken met de hoeveelheid en verscheidenheid van vormen die zich voortdurend en eindeloos verstrengelen en transformeren binnen het scheppingsveld. Afscheiding is een houding van de denkgeest; een fundamentele keuze om onafhankelijk van God te zijn. Een ‘god’ van jezelf, zo je wilt.
Differentiatie zoals boven beschreven, is geen mentale keuze voor afscheiding, maar de uitdrukking van Eenheid in een veelheid van uitgesproken vormen. Mijn broek aandoen in de ochtend maakt me niet afgescheiden van God, noch het aantrekken van een andere broek in de avond voor het etentje met vrienden.
Ik kan zoveel verschillende kleren aantrekken als ik wil, maar dit verandert niets aan mijn identiteit. Wanneer we ontdekken, zoals hierboven beschreven, dat we in staat zijn het bewustzijn van eenheid in stand te houden terwijl we verschillende kleren dragen, dan hebben we onszelf bevrijd van identificatie met het lichaam en zijn we in staat om wie we werkelijk zijn uit te drukken in ieder kostuum.
De suggestie dat het kostuum zelf de vergissing is, betekent opnieuw de fundamentele fout maken van het verwarren van de denkgeest met het lichaam. Het is een zeer subtiele vorm van identificatie met het lichaam die steunt op de onjuiste overtuiging dat een kostuum de kracht zou hebben om te veranderen wie we werkelijk zijn.
29. ECVL spreekt van de vervulling van de weg van Jezus en introduceert dan de weg van Maria. Wat betekent dit?
MICHAEL:
Dit is voor mij een prachtig gedeelte van ECVL dat aansluit bij het essentiële thema van het overstijgen van de tijd van leren en het overgaan naar de tijd van schepping. ECVL vermeldt dat niet alleen Jezus, maar ook zijn moeder Maria volledig het Christus-bewustzijn en volledige expressie van het Christus-bewustzijn in vorm. (D:Day17.9) verwerkelijkte.
Het leven van Jezus wordt beschreven als “het voorbeeldleven”, waarvan de focus lag op het onderwijzen door middel van voorbeeld en het bereiden van de weg voor anderen die ook hun ware identiteit zouden aanvaarden en voorbeeldlevens van onderwijs en leren zouden leiden. Maria echter, toonde de weg van schepping en baande de weg voor degenen die Christus-bewustzijn zouden realiseren door relatie. In deze tijd werken beide wegen samen om de vervulling van de tijd van Christus te realiseren, die gerelateerd is aan het einde van leren en het begin van het Nieuwe.
Wat Jezus representeerde of demonstreerde, is nu gerealiseerd en daarom wordt dit de tijd van Christus genoemd. De ‘tijd’ van Christus, die zo velen associëren met Jezus Christus, representeert de ‘tijd’ van de vervulling van de weg van Jezus. Wat onderwezen en geleerd kon worden is onderwezen en geleerd. Nu is het tijd om verder te gaan dan wat alleen onderwezen en geleerd kon worden naar wat alleen door middel van relatie gerealiseerd kan worden. Nu is de tijd gekomen voor de laatste openbaring van wat verwerkelijkt kan worden, of reëel gemaakt, door het voorbeeldleven van Jezus te volgen. (D:Day17.12)
In ECVL worden de Weg van Jezus en de Weg van Maria beide beschreven als noodzakelijk in deze tijd, want ze werken hand in hand, maar de wegen zijn niet identiek. Volgens ECVL, Eén weg is actief. Eén weg is receptief. Toch zijn de wegen net zomin van elkaar gescheiden als Jezus van Maria gescheiden was, of een moeder gescheiden van haar kind. De wegen zijn eerder aanvullend en symbiotisch. Samen brengen ze heelheid terug en zullen ze de voltooiing van de tijd van Christus teweegbrengen. (D:Day18.2) ECVL zegt ook, Maria vertegenwoordigt de relatie die zich vanbinnen voordoet, Jezus vertegenwoordigt de relatie die met de wereld plaatsvindt. (D:Day18.2) De Weg van Maria gaat over ontvangen, terwijl de Weg van Jezus over actie gaat.
Ongeacht de ‘weg’ waartoe we ons geroepen voelen, tot de één of tot beide, ECVL raadt ons aan onze gevoelens te tonen of zichtbaar te maken omdat dit zo belangrijk is voor deze tijd, want ze zijn creaties die uniek zijn voor wie jij bent door je interactie met het Christus-bewustzijn dat in je verblijft. (D:Day18.11) De vervulling van de tijd van Christus en onze schepping van het Nieuwe door eenheid en relatie zal komen door de verschillende manieren waarop ieder van ons de werkelijkheid van de Christus in ons ‘bekend’ zal maken.
Zoals ECVL zegt: Allen zijn geroepen tot wording, maar sommigen moeten ‘doen’ om te ‘worden’. Van degenen die geroepen zijn tot de weg van Maria, wordt ‘doen’ niet verlangd in de zin van het vervullen van een specifieke functie die zich in de wereld zal manifesteren, maar van hen wordt ‘doen’ verlangd in de zin van ontvangen, van delen en te zijn wat hen gevraagd wordt te worden. Dit is een daad van incarnatie en is een nieuw patroon, een patroon waarvan men zich kan indenken dat het verwezenlijkt wordt, niet door ‘doen’, maar door de scheppende daad van incarnatie, in vereniging met de geest. Het komt overeen met het einde van de weg van Jezus, in de zin dat de weg van incarnatie de weg van wonderen is. Het komt overeen met het einde van de weg van Jezus, in die zin dat er een voorbeeld wordt gegeven. Het verschil is alleen dat het voorbeeld niet een voorbeeld is van een geïndividueerd leven, maar een voorbeeld van vereniging en relatie, dat het hele leven is. (D:Day19.10)
De Weg van Maria is een nieuwe weg, niet gerelateerd aan leren en onderwijzen, maar gekenmerkt door de Christus in ons geboren te laten worden en uit te dragen door de waarheid van wie we zijn. De weg van Maria gaat over directe incarnatie en ontvankelijkheid en vraagt niet om actie in de wereld als een middel voor transformatie. Onze imaginaties kunnen door ons verwerkelijkt worden. ECVL suggereert dat iedereen uiteindelijk de weg van Maria zal volgen, maar voor een bepaalde tijd zullen de weg van Jezus en de weg van Maria samengaan opdat de tijd van Christus in vervulling kan gaan.
30. IK heb gehoord dat ECVL eindigt met een hoofdstuk “Veertig Dagen en Veertig Nachten” in het laatste boek. Kunt U de inhoud van dat deel samenvatten?
LAUREL:
De Veertig Dagen en Veertig Nachten van ECVL zijn een virtuele reis naar de bergtop met Jezus als gids. Deze reis naar de bergtop haalt je niet weg van het normale leven; het gebruikt eigenlijk je eigen levenservaringen als curriculum.
De voorafgaande leringen van ECVL bereiken hier hun hoogtepunt en bieden een unieke persoonlijke reis van ontdekken en openbaring waarin je geleid wordt om de principes van ECVL toe te passen op je eigen ervaringen. Lezers die zich openstellen voor praktische ontdekkingen terwijl ze werken met de Veertig, vertellen dat ze genieten van een gelukkiger en vrijer leven met een dieper besef van de eenheid van alle dingen. De Veertig bieden een prachtige en intieme schat die tot blijvende transformatie leidt.