Maar ik vraag toch niet om pijn en angst? (57).

Hoe toepasselijk is de titel van de werkboekles van vandaag, één dag voor sinterklaasavond: “Ik zal ontvangen wat ik maar vraag”. Maar middenin deze les staat een zin die ons verbaast: “Hij heeft gevraagd om wat hem bang zal maken en pijn zal doen”. Hierin herkennen we onszelf allerminst, zacht gezegd. Want nee, ik wil niet bang zijn en nee, ik wil geen pijn. Natuurlijk niet; welk zinnig mens zou bang willen zijn en pijn ervaren? Zolang het goed met ons gaat en we een comfortabel leven leiden met niet al te veel ongemak dan bevat ons verlanglijstje leuke cadeautjes en waarschijnlijk vinden we, zeker als we wat ouder zijn, het gezellig samenzijn belangrijker dan de leuk ingepakte chocoladeletter en douchegel. Maar angst en pijn? Nee, dat is het laatste wat we willen.

Talloze cursus-studenten breken zich het hoofd over werkboeklessen zoals deze. Gevoelens van onbegrip, boosheid en schuld strijden met elkaar om voorrang. Wat een onzin! En hoe zit het dan met zieke kinderen? Of: “ Ik ben zo bang en ik heb zo’n pijn; wat ben ik toch een sukkel dat ik hierom vraag, wat doe ik toch in godsnaam verkeerd?” We zien onszelf als slachtoffer van de narigheid die ons overkomt en niet als de veroorzaker van onze eigen ellende.

Jezus vindt echter deze kwestie zo belangrijk dat hij er telkens weer op terugkomt, in de ene werkboekles na de andere. Hij doet dit niet om ons een schuldgevoel aan te praten of om ons weg te zetten als stommelingen, maar om ons de weg naar verlossing te wijzen. Gisteren wees ik erop dat we de grote metafysische kwesties, waar het in deze werkboekles over gaat, weerspiegeld kunnen zien op het ons bekende, aardse niveau. Want op dit psychologische niveau beseffen we wel degelijk dat we veel van de ellende onszelf aandoen. Als het over angst en pijn gaat, kennen we bijvoorbeeld de uitdrukking: “Een mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest”. Ik herken mezelf pijnlijk in deze uitspraak want vanuit mijn “default value”, mijn standaardprogrammering, ben ik niet de meest optimistische persoon. Ik zie snel beren op de weg en dat veroorzaakt veel onnodig piekeren waarbij rampscenario’s aan mijn geestesoog voorbij trekken. Ik kan met bewondering en enige afgunst kijken naar de slecht voorbereide stellen die meedoen aan het programma “Ik vertrek”, hun hele hebben en houden achter zich laten en zich in allerlei ellende storten in een lekkend huis in een moeilijk land waar alles niet zo goed geregeld is als hier in Nederland. Maar goed; ik dwaal af en mijn punt zal duidelijk zijn: veel van onze alledaagse ellende hangt af van onze instelling en onze manier van kijken naar de dingen die ons lijken te overkomen. Zie ook de blog van gisteren (56).

Jezus legt ons uit dat de manier van kijken niet alleen het leven van ons persoontje, van ons kleine zelf, bepaalt, maar dat er meer aan de hand is. Hij wijst er ons telkens op dat wij geestelijke wezens zijn, tijdloos en onkwetsbaar: Zonen van God of een Zelf, met hoofdletters Z. Maar vanuit deze probleemloze, tijdloze toestand van mysterieuze individuatie binnen eenheid, wilde wij als Zonen van God ons uitdrukken in tijd en ruimte, in een wereld van vormen. Dit is op zich niet verkeerd en de verwijzingen in de cursus naar “de gelukkige droom” of “de nieuwe wereld” laten zien dat onze wens niet per se tot angst, pijn en lijden hoeft te leiden.

We zijn echter wat onhandig doorgeschoten in onze wens tot expressie en manifestatie. We wilden zo ver afdalen in het beleven van dualiteit dat we vergaten dat we in waarheid geestelijke wezens zijn. We menen dat lichamen en wereld los van ons bestaan en ons bepalen. We hebben de rollen omgekeerd. In werkelijkheid projecteren wij als Zonen van God, als Zelf, gedachten die we als lichamen en wereld kunnen waarnemen. We wilden spelen met duale relaties, met ik hier en jij of de wereld daar, maar het spel werd te serieus. ECIW zegt dat we vergaten te lachen om ons spel.

Ons kleine zelf is niet de veroorzaker van pijn en angst maar de onbewust geprojecteerde figuur die optreedt in het door onszelf gewenste drama van afscheiding. Daarom is het zo onzinnig om ons als klein zelf schuldig te voelen voor angst en pijn. Een kindje dat zichzelf overschat en bezeert nemen we toch ook niks kwalijk? Nu kunnen we, hopelijk, ook zien waarom het zo weinig zin heeft om te proberen om op “eigen kracht” hiermee op te houden. De vermeende “eigen kracht”, de kracht van een klein zelf dat in een duale droom de dingen naar zijn hand probeert te zetten, is onderdeel van het probleem. Juist door angst en pijn te ervaren voelt het zich extra afgescheiden en dit is de doorgeschoten wens van ons Zelf.

Daarom ageer ik soms tegen cursus-interpretaties waarin God, Heilige Geest en Jezus afgedaan worden als symbolisch en waarin gesteld wordt dat ze niks met onze aardse werkelijkheid te maken kunnen hebben. Hiermee worden velen van ons namelijk op “zich-zelf” teruggeworpen, op dat kleine zelf waar de oplossing nooit gevonden kan worden.

Jezus biedt in ECIW ons juist de weg van de Heilige Relatie waarbij hij ons aanmoedigt om ervoor te kiezen om te stoppen met ploeteren vanuit ons kleine zelf en ons te wenden tot onze Bron. Noem deze Bron maar even slordig Vader, Moeder, Heilige Geest of hoe dan ook maar zie het niet als een symbool dat jezelf gemaakt hebt. Deze Bron heeft Jou geschapen, Jij als Zelf en door je hieraan over te geven en door deze Bron te vertrouwen, kun jij je jouw ware Identiteit gaan herinneren. Dan blijkt die ogenschijnlijk nare uitspraak “je ontvangt wat je vraagt”, de ons gegeven Goddelijke ontsnappingsweg uit de droom van afgescheidenheid. Lees de schuingedrukte zin hieronder, het gebed, hardop voor jezelf en sluit je bij me aan in dankbare verwondering!

Les 339

Ik zal ontvangen wat ik maar vraag.

Niemand verlangt pijn. Maar hij kan denken dat pijn een genoegen is. Niemand zou zijn geluk willen ontlopen. Maar hij kan denken dat vreugde pijnlijk, bedreigend en gevaarlijk is. Ieder ontvangt waar hij om vraagt. Maar hij kan alleszins in verwarring zijn over de dingen die hij wenst, de toestand die hij wil bereiken. Wat kan hij dan vragen dat hij zou willen wanneer hij het ontvangt? Hij heeft gevraagd om wat hem bang zal maken en pijn zal doen. Laten we vandaag het besluit nemen te vragen wat we werkelijk willen, en enkel dat, zodat we deze dag angstloos kunnen doorbrengen, zonder pijn met vreugde, of angst met liefde te verwarren.

Vader, dit is Uw dag. Het is een dag waarop ik niets op mezelf wil doen, maar Uw Stem wil horen bij al wat ik doe; en waarop ik alleen vraag om wat U me biedt, en alleen de Gedachten accepteer die U met mij deelt.

Plaats een reactie