The light inside

image

Als ik naar buiten kijk, meen ik de wereld te zien.
Maar kan ik iets zien buiten mij, of verschijnt alles in mij?
Als ik m’n lichaam voel dan lijkt het deel van mij.
Maar kan ik mijn lichaam voelen op een andere plaats dan in mijn denkgeest?
Evenzo met gevoelens en gedachtes,
Ze verschijnen nergens anders dan in mij.

Kan ik ook maar iets waarnemen buiten mij, als alles slechts kan verschijnen in mijn denkgeest?
En als ik dat zie, doorzie zelfs, wat gebeurt er dan?
Als ik het vergeef en er geen bijzondere waarde meer aan toeken?
Als ik zie dat mijn waardering niet meer of minder betekent dan mijn afkeur?
Als ik onderken dat ik slechts meen te bestaan in de waarneming van dat wat in mijn denkgeest verschijnt?

Wat dan?

WB 309: De stap die ik vandaag zet, Vader, is mijn onbetwistbare bevrijding van ijdele dromen over zonde. Uw altaar blijft sereen en onbezoedeld. Het is het heilige altaar voor mijn Zelf, en daar vind ik mijn ware Identiteit.

Ik zal vandaag niet bang zijn om naarbinnen te kijken.

In den beginne..

in-den-beginne_htm

In den beginne, dat geen beginne was
Was er alleen Denkgeest, God
Die wilde spelen en de gedachte van de schepping schiep
Hij wilde ervaren wat niet bestond
Hij wilde twee ervaren in plaats van één
En verbande zichzelf uit het Paradijs, in vergetelheid
Hij koos ervoor even niet te lachen
Niet uit vergissing, maar uit Wil
God Wilde iets te wensen te hebben
Om te voelen, te vechten, binnen Zichzelf.

Maar God wist al die tijd
Dat het Zijn keuze was om even niet te lachen
Dat Hij zelf de projector was en de schepping slechts Zijn film
Hij spreekt tot Zichzelf in ECIW
Hallo, je doet dit Jezelf aan
Vergeef Je Eigen projecties en wees God

Hij spreekt tot Zichzelf in The Way of Mastery
Hallo, alles wat Je ziet verlang Jezelf
Het is Je Eigen intentie
Je bent God en je schept
Geniet van je schepping, zie dat het goed is
Laat maar gebeuren, sta toe
Vecht niet, en maak de projectie niet echt
Beleef Je kruis als Je verlangen
Beveel je Geest in Mijn handen, in je Eigen handen

En zie de Zon door de wolken.

Lege handen

lege-handen

Het is voor mij niet makkelijk om afhankelijk te zijn. Liefst houd ik zelf de regie en de touwtjes in handen. Paar voorbeelden:

  • Wachten op een taxi als ik op tijd op het vliegveld moet zijn. Vreselijk.
  • Op mijn werk dingen uit handen geven en hopen dat die ander zijn of werk deel op tijd doet. Ik ben dus slecht in delegeren.
  • Het idee dat ik werkeloos zou worden en afhankelijk zou zijn van het inkomen van mijn partner. Een gruwel.

Ik kan nog wel een tijdje doorgaan zo. Dezelfde houding neem ik natuurlijk mee op m’n spirituele pad. Wat is het probleem, wat ga ik doen en wanneer zie ik het resultaat? Geen gezanik; actie!

En dan leert de Cursus me dat dit actieve ikje zichzelf in de weg staat waar het gaat om herinnering aan m’n ware Zelf. ‘Zoek en vind niet’ is het devies van het ego. Het ego smult van mijn dadendrang. Het begrijpt niet dat het geen benul heeft waar het naar zou moeten zoeken en wat het dan is dat het zou moeten vinden. Mijn ego kan alleen denken in termen van het bekende, tijdelijke en begrensde. Het wil een taxi en wel binnen 10 minuten. Het wil  dat de collega binnen 1 dag antwoord geeft. Het wil een gegarandeerd inkomen en houdt niet van verrassingen.

Als ik eerlijk ben, heb ik geen idee wat ik precies zou moeten en kunnen zoeken als het een spiritueel pad betreft. Ik meen te weten wat ik niet wil; pijn, ruzie en andere ellende. Om dat voor elkaar te krijgen wil ik keihard aan de slag.

De Cursus leert dat ik met dit streven en met deze dadendrang een verborgen agenda heb. Het “ik” dat zo graag de regie houdt is een illusie, een droom die zichzelf in stand wil houden. Het beweert dat het af wil komen van ellende maar ziet niet in dat het geloven in problemen en in een “ik” die aan de slag moet om hiervan af te komen, juist de garantie vormt dat de illusie van de doener-ik overeind blijft.

Daarom ben ik wars van afhankelijkheid. Daarom vind ik het lastig om elke ochtend gewoon 20 minuten stille tijd te houden, op een stoel te zitten en niks te doen. Daarom vindt m’n ego dat laatste stuk van Werkboekles 306 ook helemaal niet grappig:

Dankbaar en erkentelijk komen we, met lege handen, met open hart en open denkgeest, en vragen slechts om wat U geeft. Wij kunnen niets aanbieden wat toereikend is voor Uw Zoon. Maar in Uw Liefde is de gave van Christus de zijne.

Grrr. Met lege handen, vragen slechts om wat U geeft, ik kan niets aanbieden. Maar wat een kans biedt deze weerstand me. Het brengt me exact bij het pijnpunt van het ego. Dat pijnpunt heet “angst”. Angst voor overgave, angst voor eenwording en uiteindelijk angst voor Liefde. Het fijne is dat ik niet hoef te doen tegen deze angst. Ik mag deze opmerken en in stilte besluiten met:

Vandaag kan ik aan alle angst voorbijgaan en liefde, heiligheid en vrede hervinden. Vandaag word ik verlost en opnieuw geboren in een wereld van genade en zorgzaamheid, van liefdevolle goedheid en de vrede van God.

Heerlijk eigenlijk, die lege handen.