Bad guys

millennium-3-gerechtigheid.20170228030352

Gisteravond bekeek ik een stukje van de film Millennium 3. Een scala aan bad guys passeerde de revue; een gewetenloze beul, een pedofiele psychiater en een egoïstische vrouwenhandelaar. M’n ego smult van zoveel slechteriken want het is fijn om zogenaamd overduidelijke foute mensen te veroordelen. Op deze manier koestert m’n ego zijn stralende en smetteloze speciaalheid. Die anderen zijn zondig en verdienen de straf die ze natuurlijk in de loop van de film ook ondergaan. Het is aantrekkelijk om zo’n film te bekijken omdat ik langs deze weg mijn eigen denkbeeldige foute neigingen probeer kwijt te raken door ze op anderen te projecteren. Ik geloof nu werkelijk dat het me gelukt is deze slechtheid kwijt te raken en superieur en zondeloos te genieten van mezelf.

Een eerste stapje naar vergeving is het erkennen van de ego-gerichte impulsen die ik bij de boeven veroordeel in mezelf. Het ego verschuilt zich hierbij achter een illusoire rangorde in zonden. “Ik sla toch niemand de hersenen in, vergrijp me toch niet aan kinderen en buit toch geen vrouwen uit?’. Dit is een handige manoeuvre waarmee ik probeer de projectie te rechtvaardigen. Ik weiger te zien hoe ik dezelfde neigingen (bijvoorbeeld aanvallen van onschuld, waarde toekennen aan geld) in andere vormen koester.

Vervolgens kan ik zien wat het me lijkt op te leveren om mijn “boeven-broeders” te veroordelen. Ik kan de zelfgenoegzame afgescheidenheid bij mezelf opmerken waarmee ik de illusie van een ikje in een boze buitenwereld overeind houd. Wat zou er gebeuren als ik zou weigeren mezelf als superieur te beschouwen aan m’n broeders? Ik heb het nu niet over een gedeeltelijk vergoelijken van hun misstappen. Niet een “ach, ze kunnen er misschien niets aan doen dat ze zo geworden zijn” en een “ik herken het eigenlijk ook wel een beetje bij mezelf”. Nee, in plaats hiervan een totaal liefhebben van de agressieve, op geldbeluste kinderverkrachter. Kan ik de totale eenheid zien van mezelf en die ander? Kan ik dat wonder toelaten?

Hier komt die prachtige werkboekles 91 om de hoek kijken:

“Wonderen worden gezien in het licht”.

Hierin staat: “Je twijfelt er niet aan dat de ogen van het lichaam kunnen zien. Je twijfelt er niet aan dat de beelden die ze jou vertonen werkelijkheid zijn”. Vervolgens worden we opgeroepen om ons geloof in wat we zien, met als krachtige symbool ons eigen lichaam, wat los te laten. Het is immers onze fixatie op afgescheiden vormen die ons blind maakt voor de waarheid. Wij veroordelen anderen om de eenheid juist niet te ervaren. Gelukkig is er hoop voor ons. We hoeven niet zelf te zoeken naar liefdevolle gedachten. Die zijn ons in onze denkbeeldige afgescheidenheid per definitie vreemd. We hoeven slechts de teugels van ons geloof in de slechtheid van anderen wat te laten vieren en ons in vertrouwen te richten op God en al Zijn Gedachten. Het licht en de ervaring van Zijn vrede zijn er altijd al, maar we houden deze buiten de deur omdat we bang zijn voor de liefde en eenheid die we ervaren als we ons oordelen wat loslaten. WB91 is een uitnodiging voor een (hernieuwde) kennismaking met het wonder van vergeving dat plaatsvindt als we het duister niet geloven. Er is al licht en we zien de wonderlijke werking als we Zijn visie vertrouwen en niet de veroordelende ogen van ons lichaam. Wat een genade.

 

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s