Na drie of vier uurtjes slapen word ik wakker en ga ik even naar het toilet. Terug in bed kan ik de slaap niet direct vatten. Hoewel er momenteel weinig gebeurt in m’n leven waar ik me druk over hoef te maken is het toch onrustig in m’n gedachten. De onrust irriteert me. Ik voel me nog lang niet uitgerust en vind het raar en stom dat ik wakker lig om niks. Het vergt dan even het besef om de link te leggen naar de Cursus. Ik voel me slachtoffer, zoveel is duidelijk, maar eigenlijk weet ik nauwelijks wie of wat de dader dan zou moeten zijn. Gisteravond had ik de les voor vandaag ook vast gelezen (32): Ik heb de wereld die ik zie bedacht. In de vrijwel volledig duistere slaapkamer zie ik vaag de contouren van de kast. Mmm, zelf bedacht. Het dekbed, zelf bedacht. Het hoofdkussen, zelf bedacht. De krullenkop van m’n vrouw naast me, zelf bedacht. Ik verbaas me weer over het bevreemdend aspect dat deze oefening met zich meebrengt. Bij mij bestaat de neiging om bij lessen die ik al een aantal keer heb gedaan me te beperken tot het vluchtig aandacht geven aan de achterliggende metafysica. Zo van: “Oh ja, dat is ook zo. Alles is slechts projectie”. Het valt me nu weer op dat het daadwerkelijk doen van de les van een andere orde is. Het doet me denken aan het eten van voedsel. Je kunt naar je bord kijken en er een beetje in roeren met je bestek, zeg maar je verstand, maar als je het niet in je mond steek, erop kauwt en het doorslikt biedt het voedsel je in feite helemaal niks.
Vervolgens richt ik de oefening op de zogenaamde binnenwereld. Een zompig geheel van warrige gedachten en gevoelens, zonder duidelijk begin en eind. Weer is daar een slachtoffergevoel. Waar slaat dit nou op al die vage onrust? Dan denk ik aan wat ik laatst schreef; ik neem wat ik in deze binnenwereld nog steeds erg serieus ook al leert de werkboekles me dat ik het zelf allemaal bedenk. Leuk om te weten, maar probeer maar eens te stoppen met het krijgen van onrustige gedachten en nare gevoelens! Toch geldt dat het 100% geloof in slachtofferschap een tikkie heeft gekregen. Er is een kruimeltje af gevallen. Er is 1% twijfel ontstaan aan de beelden die ik in mijn hoofd meen te zien. Deze 1% raap ik op van de grond en ik kijk zoekend om me heen. De achtergebleven 99% geloof in ellende laat ik even voor wat het is. Waar is Hij? Waar is Jezus.
Het beeld komt naar boven van Jezus uit de Bijbel die een mensenmassa van een paar duizend personen heeft toegesproken. Ze hebben honger maar er zijn slechts vijf broden en twee vissen. Ik kijk naar het lullige kruimeltje bereidwilligheid in mijn hand maar dan kies ik. Ik kies om ermee naar Hem te lopen als een klein jongetje. Kijk Jezus, ik heb bijna niks maar wat ik heb geef ik U. Hoop bloeit op, vertrouwen en verwachting. Liefdevol kijkt Hij me aan. Geef maar hier Simon, zegt Hij, het komt goed.
Wat dan gebeurt blijft met recht wonderlijk. Het geluid van die schreeuwende 99% wordt minder belangrijk. De hele kwestie verliets aan gewicht. De diepere betekenis van de werkboekles wordt woordloos helderder. Mijn gedachten verliezen aan belang en Zijn vrede daalt neer. Zo zacht.
Beste Simon
Ik volg je nu pas sinds gisteren
Maar wat schrijf en verwoord je mooi onze gedachten
Dankjewel! Els
LikeLike
Cursus mooi vertaald naar de praktijk van het leven.
LikeLike