Hoe heb ik me te verhouden te opzichte van mijn ervaringen in het algemeen en mijn sensaties en gevoelens in het bijzonder? Deze vraag houdt me al maanden bezig en klinkt door in m’n blogs. Bij studenten van de Cursus, inclusief mijzelf, zie ik de neiging om zo snel mogelijk af te willen van wat we bestempelen als “negatieve gevoelens” met als uiterste variante de nare lichamelijke sensatie “pijn”. Terecht merken we op dat negatieve sensaties en gevoelens projecties zijn van onszelf die we maken om de illusie van afgescheidenheid geloofwaardig te maken. Dit inzicht is metafysisch gezien juist maar onze reacties op dit inzicht slaan soms wat door.
We tonen namelijk vervolgens de neiging om afstand te willen nemen van deze “leugens”. Dit is een listige ego-truc. Afstand nemen ergens van, het klinkt logisch als ik het zo opschrijf, suggereert een tweeheid. Een ikje en de nare sensatie of ervaring waarvan afstand wordt genomen. Van Tony Parsons leen ik graag het beeld van een glazen huisje waar we in willen gaan zitten met kogelvrij glas tussen ons en de enge ervaringen. Deze neiging om afstand te nemen laat zien dat we de ervaring nog als écht zien, anders zouden we niet achteruit hoeven te deinzen.
Een fundamenteel inzicht van de Cursus is dat we de zaken die we ervaren zelf de betekenis geven die ze voor ons hebben. Alles wat wij in de droom buiten ons zien is ten diepste neutraal. Als Heilige Zoon van God kunnen we echter het spel van ervaren te serieus gaan nemen en geloven dat de beelden in onze denkgeest gelijkstaan aan projecties buiten ons. Dit is een vorm van interpreteren die wij zijn gaan omschrijven als “de stem van het ego”. Dit is prima zolang we beseffen dat het ego geen duiveltje buiten onszelf is maar onze eigen neiging te willen geloven in afscheiding. Het is precies vanuit deze neiging dat we bij nare ervaringen kiezen voor afstand nemen. We nemen dan de neutrale ervaring te serieus. De andere kant van dezelfde medaille is overigens als we leuke ervaringen gaan nastreven vanuit een vermeende toestand van tekort. Dit is het streven naar genot. In iets breder perspectief zijn dit de speciale haat- en speciale liefdesrelaties waar de Cursus over spreekt.
De oplossing, de weg terug naar het besef van onze ware Identiteit, bestaat uit het niet geloven van onze innerlijke ego stem. Ten diepste weten we nog steeds dat alles voortkomt uit onze denkgeest en dat we zelf de maker zijn van projecties. Deze juiste herinnering noemen we de Stem van de Heilige Geest. De leerweg van de Cursus bestaat uit het weer leren luisteren naar onze ware herinnering.
Terug naar waar we in de droom mee te maken lijken te hebben; die nare sensatie of ervaring. Hoe kunnen we in deze momenten ons de waarheid herinneren? Het helpt om te weten dat onze ego-stem snel reageert en veel kabaal maakt. Proberen stil te worden is voor mij behulpzaam en hierbij heb ik veel aan mindfulnessoefeningen. Kenmerk hierbij is niet het wegvluchten van sensaties en ervaringen maar juist een ernaar toegaan op een betrokken maar toch niet-geïdentificeerde wijze. Dit moeten we leren want voordat we het beseffen zitten we weer in het glazen huis. In andere non-duale tradities wordt nu vaak het woord “acceptatie” gebruikt. Ook dit vervormt het ego graag tot accepteren-om-ergens-vanaf-te-komen. Dat is een valstrik. Nee, vanuit stilte kijk je met de liefdevolle ogen van je ware natuur naar wat er zich voordoet. Dit is luisteren naar de Stem van de Heilige Geest. Als je goed oplet ontdek je weerstand hiertegen. Dit is een ego-kracht die je oproept vooral hiermee te stoppen. Gewoon blijven glimlachen en als het ware rusten in het gevoel in een open en liefdevol vertrouwen. Zonder verwachtingen, zonder de neiging zaken anders te willen. Als die neiging toch optreedt dan zie je dat en ga je terug naar die houding van eenvoudige ontvankelijkheid.
Blijf hierbij en vertrouw op de kracht van eenheid, liefde, God. Dit is de moment om de Wil van de Eenheid te ontdekken die ten diepste je eigen Heilige Wil is. Nu kunnen de sensaties en ervaringen veranderen tot instrumenten. Een soort nieuwe zintuigen van een nieuwe wereld. Er vindt woordeloze herkenning plaats dat jijzelf de maker bent van wat je waarneemt en kan kiezen om dit niet te geloven; het wonder. Er is kijken uit bewustzijn naar ervaringen die uit hetzelfde “materiaal” bestaan. Bewustzijn kijkt naar bewustzijn. De speciale haat- of liefdesrelatie wordt overstegen, de dualiteit wordt overstegen en bewustzijn van de Heilige Relatie in het Heilig ogenblik vindt plaats. Dit is de werkelijke wereld waarbij we de intieme, wonderlijke en niet duale verbondenheid van onszelf met onze scheppingen kennen. In dit ogenblik vieren we ons Zoonschap in stille verwondering.
Les 237
Nu wil ik zijn zoals God mij geschapen heeft.
- Vandaag wil ik de waarheid over mezelf aanvaarden. 2Ik zal in heerlijkheid opstaan en het licht in me toestaan heel de dag door over de wereld te schijnen. 3Ik breng de wereld de tijding van verlossing die ik hoor wanneer God mijn Vader tot mij spreekt. 4En ik aanschouw de wereld die Christus mij wil laten zien, ervan bewust dat de bittere droom van de dood beëindigt, ervan bewust dat het mijn Vaders Roep is tot mij.
- Christus is vandaag mijn ogen, en Hij is de oren die vandaag luisteren naar de Stem namens God. 2Vader, ik kom tot U door Hem die Uw Zoon en tevens mijn ware Zelf is. 3Amen.