Zo speciaal.
We willen graag speciaal zijn, bijzonder.
Iets belangrijks presteren en herinnerd worden.
Zoals Bowie, met een eigen museum.
Vooral geen grijze muis.
Niet hetzelfde als de grauwe massa.
Niet anoniem.
We willen een buitengewoon knap uiterlijk.
Uitblinken in sport, muzikaliteit, originaliteit of creativiteit.
Maar vooral niet hetzelfde als de rest.
Dat klinkt zo saai.
En verschillen in deze uiterlijke vormen zijn op zich niet erg.
Laat het maar schitteren, schreeuwen en sprankelen.
En geniet er maar even van.
Om vervolgens te zien dat het niet waar is en het dan te vergeven.
We klampen ons vast aan niets.
Wat heerlijk om anoniem te zijn, grenzeloos hetZelfde aan iedereen en niemand.
Wat is het heerlijk om speciaalheid los te laten.
Je laat slechts de pijn los en Liefde neemt haar plaats geruisloos in.
Zo maar, voor niets.
Zonder prestatie, niets bijzonders.
Gratis, genade.
Zo mooi, zo gewoon.