De Avondvierdaagse is voorbij. Gelukkig, geen aanslag geweest. Nu de Gay Pride nog. Duimen dat het allemaal goed gaat.. Erg toch, dat deze gedachten door m’n hoofd gaan. De onschuld lijkt verloren. Het lijkt allemaal grimmiger te worden. Gisteren hoorde ik echter op tv iemand zeggen dat we getalsmatig qua terroristische aanslagen de goede kant op gaan. Vorige decennia was het nog veel erger. Het stelt me niet echt gerust.
Beveiliging helpt niet. Ook al waren we als een super Erdogan in staat om alle zogenaamde boeven op te sluiten dan nog zou er niet veel veranderen. Waarom niet? Omdat het zogenaamde kwaad ons niet van buitenaf overkomt. De illusie zit in onszelf. Het geloof in afscheiding met alle gruwelijke gevolgen van dien dragen we allemaal met ons mee. De kleinste irritatie die ik ervaar jegens een denkbeeldige ander heeft hetzelfde worteltje als de boosheid waarmee onze broeders in Nice en München tekeer gaan. Binnen onze droom maken we onderscheid tussen onze onschuldige irritatie en de gruwelijke aanslagen die we dagelijks gepresenteerd krijgen. We zien echter slechts onze denkbeeldige zonde geprojecteerd op het wereldscherm.
Binnen de droom mogen we proberen ons te beschermen tegen dreigend gevaar. De Cursus geeft geen gedragsregels. Het is echter wel cruciaal welke keuzes we in de denkgeest maken als we de daders beschuldigen en lossnijden van onze liefde. Hoe barbaars hun daden ook zijn. Ik hoor het sommigen van u denken. Makkelijk praten Simon, daar veilig in je achtertuin. Helemaal waar. Het is niet mijn kind dat stierf door de handen van een ander. En geloof me, binnen onze droom huil ik van machteloos verdriet en woede. Maar toch.
De Jezus in de Bijbel wilde niet door Petrus met het zwaard verdedig worden. Hij zweeg toe hij beschuldigd werd. Hij vergaf de hand die hem met nagels aan het kruis sloeg. Nogmaals, het gaat niet om gedrag maar om de liefde die Jezus ons demonstreerde. Door niet met boosheid te reageren liet hij zien dat de agressie geen effect had. De liefde kon niet aangevallen worden binnen de droom. De Cursus leert ons dat wanneer iets geen werkelijk effect heeft het ook geen oorzaak kan zijn. De aanval is niet bestaand. De zogenaamde aanvaller merkte aan de vergeving van Jezus dat er in werkelijkheid niets gebeurd was. Jezus liet door zijn liefdevolle reactie zien aan zijn broeder dat deze niet gezondigd had. Niet kón zondigen. Lees in deze tijd hoofdstuk 28 van de Cursus door. We hebben het zo nodig. Voorbeeld:
T28(IV):De Verzoening voor jezelf aanvaarden betekent geen steun verlenen aan iemands droom van ziekte en dood. 2Het betekent dat je niet deelt in zijn wens om zich af te scheiden en hem niet illusies op zichzelf laat richten. 3Evenmin wens je dat ze in plaats daarvan op jou worden gericht. 4Zo hebben ze geen gevolgen. 5En jij bent vrij van dromen van pijn, omdat je hem dit eveneens laat zijn. 6Als jij hem niet helpt, zul je samen met hem pijn lijden, omdat dit jouw wens is. 7En jij wordt dan een figuur in zijn droom van pijn, zoals hij in die van jou. 8Zo worden jij en je broeder beiden illusies, zonder identiteit. 9Je zou alles en iedereen kunnen zijn, afhankelijk van wiens kwade droom je deelt. ‘0Je kunt maar van één ding zeker zijn: dat jij slecht bent, omdat jij in angstdromen deelt.
Waar laat dit ons? We hoeven onze gevoelens die we ervaren als we het journaal zien niet te ontkennen. Als we hier te snel als spiritueel ego boven willen zweven dan leren we niet zoveel. Kijk naar je boosheid, kijk naar je verdriet. Erken dat je zeker meent te weten dat die ander zondig is. Maar zie ook je eigen neiging om te beschuldigen zodat je jezelf beter voelt. Zie je eigen neiging tot oordeel en aanval en erken dat jouw ikje hier weinig aan kan veranderen. Dat hoeft gelukkig ook niet. Want, God zij dank, er is Hulp. Er is een Verlosser. Geheel tegen mijn gewoonte in houd ik nu verder mijn mond en geef jullie over aan de Cursus. Lees en genees, samen met mij.
T28 (IV vervolg) De Heilige Geest is in jullie beider denkgeest aanwezig, en Hij is Eén omdat er geen kloof is die Zijn Eenheid scheidt van Zichzelf. 2De kloof tussen jullie lichamen doet niet ter zake, want wat in Hem verbonden is, is altijd één. 3Niemand is ziek als iemand anders zijn verbondenheid met hem aan- vaardt. 4Zijn verlangen om een zieke en afgescheiden denkgeest te zijn kan zonder getuige of oorzaak niet blijven bestaan. 5En beide zijn verdwenen als iemand met hem verenigd wil zijn. 6Hij droomt dat hij van zijn broeder gescheiden was die, door zijn droom niet te delen, de ruimte tussen hen heeft leeg gelaten. 7En de Vader komt Zich met Zijn Zoon verbinden, met wie de Heilige Geest Zich verbonden heeft.
8. De functie van de Heilige Geest bestaat erin het gebroken beeld van Gods Zoon te nemen en de stukken weer op hun plaats te zetten. 2Dit heilige beeld, volkomen geheeld, houdt Hij ieder afgescheiden stuk voor dat denkt dat het een op zichzelf staand beeld is. 3Aan elk schenkt Hij zijn Identiteit, die het hele beeld vertegenwoordigt in plaats van slechts een gebroken stukje waarvan hij volhield dat hij dat zelf was. 4En wanneer hij dit beeld ziet, zal hij zichzelf herkennen. 5Als jij de kwade droom van jouw broeder niet deelt, is dit het beeld dat het wonder in de smalle kloof zal plaatsen, die van alle zaden van ziekte en zonde gezuiverd is. 6En hier zal de Vader Zijn Zoon ontvangen, omdat Zijn Zoon zichzelf genadig was.
9. Ik dank U, Vader, omdat ik weet dat U elke smalle kloof zult komen dichten die ligt tussen de gebroken stukken van Uw heilige Zoon. 2Uw Heiligheid, compleet en volmaakt, ligt in elk daarvan. 3En ze zijn met elkaar verbonden, want wat in een van deze is, is in allemaal aanwezig. 4Hoe heilig is het kleinste korreltje zand, wanneer het wordt herkend als deel van het voltooide beeld van Gods Zoon! 5De vormen die de gebroken stukken lijken aan te nemen betekenen niets. 6Want het geheel is in elk ervan. 7En ieder aspect van Gods Zoon is precies hetzelfde als elk ander deel.
10. Verbind je niet met je broeders dromen, maar verbind je met hem, en waar jij je met de Zoon verbindt, daar is de Vader aanwezig. 2Wie zoekt surrogaten wanneer hij ziet dat hij niets verloren heeft? 3Wie zou de ‘weldaden’ van ziekte willen ervaren, wanneer hij het simpele geluk van ge- zondheid heeft ontvangen? 4Wat God gegeven heeft kan geen verlies zijn, en wat niet van Hem komt heeft geen gevolgen. 5Wat zou jij dan nog in de kloof kunnen waarnemen? 6De zaden van ziekte komen voort uit de overtuiging dat er vreugde is in afscheiding, en dat het opgeven daarvan een offer zou zijn. 7Maar wonderen zijn het resultaat wanneer je niet hardnekkig in de kloof blijft zien wat er niet is. 8Jouw bereidwilligheid om illusies los te laten is al wat de Genezer van Gods Zoon verlangt. 9Hij zal het wonder van genezing daar plaatsen waar de zaden van ziekte waren. 10En er zal geen verlies zijn, maar alleen winst.