Wat overkomt me nu weer?

image

Doe eens een stapje terug en kijk eens naar je leven in de droom die we onze wereld noemen. Zet aangeleerde Cursus-wijsheden even opzij en wees eerlijk. Kijk eens wat je allemaal overkomen is, nog steeds overkomt en waarmee je zogenaamd opgezadeld bent. Kijk zo naar je lichaam met eigenschappen die je niet zo fijn vindt. Kijk naar je verleden, je opvoeding, je ouders. Naar je werksituatie en naar je partner. Als ik zelf zo kijk dan meen ik een soort combi te zien van zaken die me overkomen zijn, die me nog steeds overkomen en andere zaken die ik een beetje naar mijn hand heb kunnen zetten. En lees dan werkboekles 253. Op verschillende manieren zegt de les: ‘Wat gebeurt, is wat ik verlang’. En leg deze uitspraak dan naast de toestanden waar je naar jouw mening absoluut niet op zat of zit te wachten.

En, jawel, daar is ie weer. Onze goede vriend, het ego: ‘eigen schuld, dikke bult’. En in plaats van ons te verbinden met broeders die, op welke manier dan ook, ziek zijn, sabelen we ze neer met deze ‘wijsheid’. Idem dito met ons zelf. Zelfverwijt en schaamte zijn het gevolg. En het rare is, zelfs daar vragen we dus om.

Waarom zouden we willen geloven dat narigheid ons ongevraagd overkomt? Omdat we slachtoffer willen zijn. Ik vraag je niet om dit met je verstand aan te nemen. Neem gewoon iets in je gedachten waarvan je denkt dat het je overkomt. Hierbij een voorbeeldje van mij. Een paar dagen terug zat er een briefje achter de voorruit van mijn auto. ‘Hartelijk dank dat u uw auto zo asociaal hebt neergezet’, stond erop. Ik begreep het niet. Ik parkeer altijd keurig met gepaste afstand tot reeds geparkeerde auto’s, zelfs als dat niet helemaal klopt met de vaag aangegeven parkeervakken. Boos verfrommel ik het papiertje en rijd naar mijn werk. Ik ben wat later dan gewoonlijk, iets na negenen, en de receptioniste begroet me met ‘ook goedemiddag’. Ik merk dat ik me aangevallen en gecorrigeerd voel. Twee ogenschijnlijk willekeurige gebeurtenissen die me overkomen. Toch?

Deze gebeurtenissen zullen me zogenaamd blijven overkomen zolang er een diep schuldgevoel in mijn denkgeest verborgen blijft. Dat schuldgevoel gaat helemaal terug op de denkbeeldige afscheiding van de liefde, van God. Onbewust denk ik dat ik schuldig ben en dat Hij boos is. Te pijnlijk voor m’n zogenaamde binnenwereld dus projecteer ik er lustig op los. Een boze buurman en een boze receptioniste. Mijn neiging is om te verdedigen en vervolgens de tegenaanval te openen. Een sneer terug geven, of zo.

Ik kijk nog eens naar deze mogelijke reactie maar heb eindelijk enigszins geleerd om de verantwoordelijkheid niet direct bij die ander te leggen. Het overkomt me niet. Ik ben geen slachtoffer van de wereld die ik zie. Ik hoef me ook niet schuldig te voelen over mijn neiging. En dan komt het. Ik overweeg om toe te geven dat het bij mij ligt. Dat slechts mijn allergie voor vermeende schuld wordt getriggerd. Durf ik deze gevoelens over te geven? Hoe voelt het om die anderen én mezelf ‘off the hook’ te halen? Om te weigeren om het spel ‘zwarte-pieten-met-schuld’ te spelen? Dat voelt raar, haast ongepast. Toch rust ik in die ruimte, die openheid. Ik merk de weerstand op om het beschuldigen van anderen en van mezelf los te laten. Als ik die weerstand toch overgeef, loslaat, dan stroomt er iets teders door mijn hart. Hier ligt de sleutel. Dit is genade.

Mijn Zelf is heer en meester van het universum.

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s