Een collega gedraagt zich uiterst irritant. Ze wordt door anderen omschreven als een egoïstische narcist en doet nu ook volgens mij deze omschrijving eer aan. En ik ben hier het slachtoffer van. Toch?
Nee, de situatie bestaat slechts in mijn denkgeest en fungeert als een spiegel. Ik meen dat ik zelf een eigenwijs egootje ben, afgescheiden van God, ik voel me schuldig en ontloop dit schuldgevoel door het op deze collega te projecteren. Ai, hoe vervelend om deze karaktertrek nu binnen in mijn eigen denkgeest te ontmoeten.
Een vriendin reageert nogal lauwtjes op mijn uitnodiging om samen iets leuks te gaan doen. Nou ja zeg, wat ondankbaar! Ik voel me een miskend slachtoffertje. Toch?
Nee, ik projecteer mijn eigen angst op afwijzing in deze situatie. Na de illusoire afscheiding probeer ik verloren gewaande liefde van God terug te winnen door te pleasen. Als mijn geprojecteerde vriendin niet alles opzij schuift voor mij, herbeleef ik die denkbeeldige afwijzing door God.
Een paar van die vage pijntjes. Zeurend gevoel in de maag en zo’n ongezellig achtergrondhoofdpijntje. Jasses, heb ik dat, op m’n vrije dag. Slachtoffer.
Nee, weer niet. Ik hecht geloof aan deze pijntjes omdat ze zo prachtig mijn illusie bevestigen dat ik een lichaam ben. Afgescheiden in tijd en ruimte, kwetsbaar.
Dit alles gebeurt in de denkgeest. Terugkerend thema is een gevoel van slachtofferschap. Anderen doen niet wat ik wil, mijn lichaam doet niet wat ik wil. Moet ik me hier schuldig over voelen? Stom? Nee, ik projecteer deze hele santenkraam uit angst voor de liefde. Het terugnemen van projecties zoals hierboven beschreven is een eerste stap in de richting terug, naar Huis. Als ik zie dat ze allemaal een doel hebben, het doel om de illusie van afgescheidenheid te bevestigen, dan kan ik overwegen om ze voorzichtig los te laten in het aangezicht van de Liefde. Vader hier ben ik. Mijn veroordeling van anderen is zelfveroordeling. Mijn geloof in lichamelijke pijntjes is mijn zogenaamd welverdiende straf. Ik leg dit allemaal voor u neer. Heer, het voelt spannend om mijn slachtofferschap op te geven door mijn projecties op te geven. Wat blijft er over Vader, als ik de schepping van mijn projecties bevrijd?
WB 279: De vrijheid van de schepping belooft die van mij.
Ik zal Uw beloften vandaag aanvaarden en daar mijn vertrouwen in stellen. Mijn vader heeft de Zoon lief die Hij als de Zijne geschapen heeft. Zou U mij de gaven onthouden die U mij geschonken hebt?
Zo herkenbaar❤️ Mooi om weer herinnerd te worden. ❤️
LikeLike