De Cursus is in elke werkboekles radicaal non-duaal. Vandaag komt in les 336 de onuitsprekelijke waarheid wel heel dichtbij. Met de titel van de les kunnen we nog wel uit de voeten: “Vergeving laat me weten dat denkgeesten verbonden zijn”. Ach ja, ik voel me inderdaad wel verbonden met een boel mensen. In feite hebben we het allemaal moeilijk en doen we op onze eigen wijze ons best om er iets van te maken. Maar de les gaat verder: “Vergeving is het aangewezen middel om waarneming te beëindigen”. We lopen dan tegen termen aan als “waarneming” en “kennis” en zeker als we relatief kort met de Cursus bezig zijn raken we hier de draad en de betekenis een beetje kwijt.
Het is nog relatief veilig voor ons geloof in ons ikje om te blijven hangen in pogingen om onszelf een beetje verbonden te voelen met anderen. Hier is niks mis mee en het vergeven van vervelende broeders en zusters kan de eerste en laatste “oefening” zijn voor ontwaken. Jezus leidt ons in de Cursus niet voor niks terug naar de betekenis van het vergeven van denkbeeldige anderen in onze speciale relaties. Langzaam maar zeker beginnen we te snappen dat het woord “speciaal” in de Cursus ons niet zo enthousiast maakt als hetzelfde woord in de betekenis die wij er gewoonlijk aan geven. Want kort door de bocht is het speciaal in de Cursus een synoniem voor een ordinaire koehandel waarbij we proberen te voorkomen dat we klappen krijgen en er naar streven om van zoveel mogelijk mensen een aai over de bol te mogen ontvangen. Nee, het doel van de Cursus is de heilige relatie en ook hierbij blijven we makkelijk denken aan de relatie tussen twee mensen. Maar het gaat verder.
De Cursus brengt ons vandaag naar de relatie die we menen te hebben met alles wat we menen waar te nemen. Niet alleen de relatie die we menen te hebben met andere mensen maar de relatie die we menen te hebben met een tafel, een geluid dat we horen, een gevoel dat we voelen, een gedachte die we opmerken en met onze koude handen die we in de winter voelen. Kortom: de les van vandaag gaat over waarneming. Praten hierover trekt ons gemakkelijk naar ons hoofd en we kunnen ons werkelijk suf gaan piekeren. Dat effect had het lang op mij en ik ben wel eens na een uurtje geluisterd te hebben naar Tony Parsons de zaal uitgelopen om gewoon te gaan wandelen in Amsterdam. Dit zegt niks over de Cursus of over Tony maar over genoemde neiging om met ons hoofd aan de slag te gaan.
Dus nu terug naar waarneming. Voel nu eens voor de verandering dat bij elke waarneming die plaats vindt direct een bijverschijnsel optreedt. Zodra je iets ziet, hoort, ruikt, voelt of wat dan ook dan is daar de stilzwijgende conclusie: IK neem iets waar. Neem even de tijd om dit heel direct, zonder piekeren gewoon op te merken. Meer niet. Hé ja; ik merk dat ik inderdaad nu geloof dat IK woorden lees. Zie je het? Het is als het ware een package-deal: elke waarneming komt met als bijwerking met dat geloof in afgescheidenheid; een ik die iets waarneem. Toch even een metafysische opmerking: de Cursus leert ons dat juist hiertoe de denkgeest heeft besloten om de illusie van een wereld van tijd en ruimte te maken. Allemaal met als doel om precies deze illusie te maken: ik neem iets waar.
En nu? Krampachtig proberen hiermee te stoppen? Ha, ha; gefopt. Hiermee draai je jezelf verder het drijfzand van de illusie in. Nu is er zogenaamd niet alleen een ikje ontstaan maar kan dat ikje ook nog eens stevig aan de slag. Rustig blijven nu. We lezen verder:
“Vergeving vaagt alle vervormingen weg en opent het verborgen altaar voor de waarheid. Haar lelies zenden hun licht de denkgeest in en roepen die op terug te keren en naar binnen te kijken, om te vinden wat hij tevergeefs buiten zich heeft gezocht. Want hier, en hier alleen, wordt innerlijke vrede hervonden, want dit is de woonplaats van God Zelf”
Zie je dat, de Cursus spreekt nu over het vergeven van onze waarnemingen. Het vergeven is dus niet beperkt tot die vervelende broeder maar breidt zich uit tot onze waarneming. Hier smelten metafysica en werkboeklessen samen tot één universele ervaring: zodra we opmerken dat een waarneming bedoeld is om de ik-illusie te bestendigen dan mogen we hier gewoon bij stil staan. Vergeving is geen “doen” maar opmerken en dan.. Dan ons God, Liefde, Eenheid herinneren en het hier van verwachten. Wat moeten we dan verwachten? Niets, laat het open. Rust in die constatering dat je denkt een ikje te zijn dat iets waarneemt en stel je dan gewoon in vertrouwen open.
We kunnen hierbij op een angst stuiten. Ons ego zal ons influisteren dat bij het opgeven van het geloof in een ikje dat iets waarneemt we zullen verdwijnen, lees: sterven. Het is niet voor niks dat we liever jarenlang veilig blijven spelen met het vergeven van andere mensen om ons een beetje verbonden te kunnen voelen met hem. Nogmaals, niks mis mee maar het gaat verder. Veel verder. Want bij het vergeven van onze waarneming samen met Hem, met het loslaten van geloof in een ikje zullen we niet sterven. Er zal dan pas sprake zijn van Kennis. Van het inzicht dat we Gods schepping zijn. We zijn er wel degelijk, één met Hem, niet als ikje maar als de Heilige Zoon. Ons rationele ikje grijpt, grabbelt, probeert de boel op een rijtje te krijgen. Maar dit is geen raadsel dat opgelost moet worden door een denkend ikje maar een mysterie dat geleefd mag worden. De les sluit af met een gebed:
Moge vergeving in stilte mijn dromen van afscheiding en zonde wegwissen. Vader, laat me dan naar binnen kijken en ontdekken dat U Uw belofte omtrent mijn zondeloosheid gehouden hebt; dat Uw Woord onveranderd blijft in mijn denkgeest, en Uw Liefde nog altijd woont in mijn hart.
Mooi Simon! Af en toe dreig ik ook vast te lopen in een poging het allemaal met mijn hoofd te snappen. En dan heb ik weer even een reminder nodig… Dankjewel!
Hartelijke groet, Ineke
LikeLike