Als reacties op stukjes die ik schrijf over het omgaan met lichamelijk ongemak binnen onze droom krijg ik soms de opmerking dat Jezus (in de Bijbel) zieken genas, doden opwekte en andere wonderen deed die onze droom-orde op z’n kop zette. Wij zouden dit voorbeeld moeten nastreven omdat we anders nooit ten volle zouden geloven dat deze wereld een illusie is en dat de lichamen slechts poppetjes zijn. Zonder deze “fysieke wonderen” zou alles slechts een mentale theorie zijn die we ten diepste niet echt geloven.
Het blijft altijd een beetje tricky om te refereren aan de Bijbel als we onze standpunten kracht willen bijzetten. In de Cursus corrigeert Jezus de Bijbelteksten herhaaldelijk en soms zelfs zeer rigoureus. Dat is niet zo gek. Op veel plaatsen gaan de schrijvers van de Bijbel uit van een duale Godsvisie waarbij de fysieke wereld Gods echte schepping zou zijn. Deze wereld wordt gekenmerkt door zaken die positief zijn (geld, gezondheid, macht en dergelijke) en zaken die negatief zijn (armoede, ziekte). Men kan in deze klassieke Bijbelse wereld zondig zijn en daarom moest iemand die zonde dragen als een zondebok. Jezus zou dat voor ons gedaan hebben.
Ik ben geen theoloog en wil al helemaal niet de pretentie hebben dat ik het kaf van het koren in de Bijbelteksten zou kunnen scheiden. Voor wat betreft de wonderen die Jezus op droom-niveau lijkt te verrichten in de Bijbel, met natuurlijk daarbij het genezen van zieken als ons speciale interesse gebied, heb ik wel wat overdenkingen. Bijvoorbeeld:
-
- Tijdens zijn 40 dagen alleen in de woestijn (Mattheus 4) wordt Jezus verleid om een einde aan zijn honger te maken door stenen in brood te veranderen, om natuurwetten (de zwaartekracht) te tarten en om aardse macht na te streven. Dit alles wordt duidelijk gezien als verleiding, en niet als uiteindelijk doel- of bewijs van zijn kunnen. Hierbij de antwoorden van Jezus: De mens zal bij brood alleen niet leven, maar bij alle woord, dat door den mond Gods uitgaat. Gij zult den Heere, uw God, niet verzoeken. Ga weg, satan, want er staat geschreven: Den Heere, uw God, zult gij aanbidden, en Hem alleen dienen.
- Het is opvallend dat Jezus in de Bijbel soms vraagt of de gelukkigen willen zwijgen over hun lichamelijke genezing. Zo lezen we in Mattheus 9 na de genezing van twee blinden: En hun ogen zijn geopend geworden. En Jezus heeft hun zeer gestrengelijk verboden, zeggende: Ziet, dat niemand het wete. Maar zij, uitgegaan zijnde, hebben Hem ruchtbaar gemaakt door dat gehele land.
-
- Eveneens in Mattheus 9 geeft Jezus aan waartoe hij wonderen binnen de droom verricht: En Jezus, ziende hun gedachten, zeide: Waarom overdenkt gij kwaad in uw harten? 5 Want wat is lichter te zeggen: De zonden zijn u vergeven? of te zeggen: Sta op en wandel? 6 Doch opdat gij moogt weten, dat de Zoon des mensen macht heeft op de aarde, de zonden te vergeven (toen zeide Hij tot den geraakte): Sta op, neem uw bed op, en ga heen naar uw huis.
- In Mattheus 27 wordt Jezus uitgedaagd om van het kruis te komen als hij echt de zoon van God is: En desgelijks ook de overpriesters met de Schriftgeleerden, en ouderlingen, en Farizeën, Hem bespottende, zeiden: 42 Anderen heeft Hij verlost, Hij kan Zichzelven niet verlossen. Indien Hij de Koning Israëls is, dat Hij nu afkome van het kruis, en wij zullen Hem geloven. Jezus heeft geen gehoor gegeven aan deze demo van Goddelijke kracht omdat hij wat anders wilde laten zien.
Met deze voorbeelden wil ik slechts illustreren dat we voorzichtig moeten zijn met het te gulzig trekken van de conclusie dat het aanbevelenswaardig is voor ons in onze droomstaat om te streven naar bijvoorbeeld lichamelijke genezing. Zelfs voor de Bijbelse Jezus lijkt het erop dat zaken die voor ons in onze droom spectaculair zijn, primair bedoeld zijn ter illustratie. Dat lijkt juist een oproep tot het nastreven van bijvoorbeeld lichamelijke genezing maar dat is het volgens mij niet.
Kan lichamelijke genezing (lees: een opvallende gebeurtenis in een droom) dan niet plaatsvinden? Jawel hoor, dat kan zeker plaats vinden als er in de denkgeest echte genezing plaatsvindt. En jawel, dat kan zeer bemoedigend zijn.
Is het dan zondig of fout om van onze kwalen en ellende af te willen? Nee hoor, zelfs dat niet maar het is onhandig als we het optreden van opvallende verschijnselen binnen de droom tot doel te willen maken om hiermee de onechtheid van deze droom (en daarmee de echtheid van de denkgeest) te willen aantonen. Dat komt omdat ons ego ermee aan de haal wil gaan. Jezus wilde, zelfs in de Bijbel, aan ons leren dat we niet zondig zijn, dat de afscheiding nooit heeft plaatsgevonden. Hij hoopt dat daar ons hart zich naar uitstrekt. Hij hoopt dat we juist niet langer geloven in de echtheid van het lichaam. Hij maakt van ogenschijnlijke lichamelijke ziekte een krachtig teken van de macht van de denkgeest maar zonder het te verheffen tot doel op zich.
Daar ligt dan ook mijn grootste reserve. Zodra wij als dromers horen dat “echte” lichamelijke genezing mogelijk is gaan we volop aan de slag om dit na te streven. Prima, als beginpunt, maar hopelijk verplaatst de focus zich naar het punt waar we echt genezing nodig hebben: in onze denkgeest waar we geloven dat de afscheiding echt heeft plaats gevonden zoals we illustreren door het geloof in ons (zieke) lichaam.
Als we geconfronteerd worden met ogenschijnlijk lichamelijk lijden dan mag dit een startpunt zijn om naar binnen te keren, te erkennen dat we een valse getuige geloven (het zieke lichaam) en een afgod aanbidden (het gezonde lichaam). We hoeven ons hierover niet schuldig te voelen en we hoeven ook niet door te slaan door van het nastreven van genezing in de droom naar angst voor genezing in de droom. We weten niet hoe het wonder van genezing in de denkgeest zich zal presenteren voor onszelf en voor denkbeeldige anderen binnen de droomwereld. Laten we echter de boel niet op z’n kop willen zetten door lichamelijke genezing aan te prijzen als heilige graal die we moeten bemachtigen; dit is gewoonweg te verleidelijk voor ons en slechts voer voor het ego. Heerlijke bemoediging? Jawel! Het ultieme doel? Oppassen alsjeblieft!
Uit werkboekles 71:
Het verlossingsplan van het ego draait om het vasthouden aan grieven. 2Het stelt dat jij verlost bent, als iemand anders maar anders zou spreken of handelen, of als een externe omstandigheid of gebeurtenis veranderen zou. 3Zodoende zie je de bron van verlossing voortdurend buiten jezelf. 4Elke grief die je koestert is een verklaring, en een bewering waarin jij gelooft, die zegt: ‘Als dit anders was, zou ik verlost zijn.’ 5Zo wordt de voor verlossing noodzakelijke verandering van denken van alles en iedereen verlangd behalve van jouzelf.
De rol die in dit plan aan jouw eigen denkgeest wordt toebedeeld is dus eenvoudig te bepalen wat er, anders dan hijzelf, moet veranderen wil jij worden verlost. 2Volgens dit waanzinnige plan is elke vermeende bron van verlossing aanvaardbaar, mits die maar niet werkt. 3Dit garandeert dat de vruchteloze zoektocht voortduurt, want de illusie blijft gehandhaafd dat, hoewel deze hoop altijd onvervuld is gebleven, er nog steeds reden tot hoop is op andere plaatsen en in andere dingen. 4Iemand anders zal uiteindelijk beter voldoen, een andere situatie zal toch nog succes opleveren.
Echter:
Alleen Gods verlossingsplan zal werken.
Dank je wel Simon.
LikeLike