Duaal gehandicapt

Heeft God de wereld wel of niet geschapen? Het lijkt duidelijk dat de Bijbel en de Cursus hier verschillende uitspraken over doen. De Bijbel zegt toch duidelijk dat God zowel de aarde als de hemel heeft gemaakt en de Cursus stelt dat de wereld niet meer is dan een projectie van de verdwaasde Zoon van God. Uitgemaakte zaak, toch?

Zoals zo vaak lijken we een volkomen legitieme vraag te stellen en lijken de antwoorden ondubbelzinnig: volgens de Bijbel wél en volgens de Cursus niet. We dienen echter vooral de denkgeest van de vraagsteller te onderzoeken. Wij kunnen niet veel anders dan conceptueel, dus duaal, te denken. Via dit denken zetten we twee concepten naast elkaar. God aan de ene kant en de fysieke schepping (alias de droomwereld) aan de andere kant. Zonder het te merken maken we hiermee van God een conceptuele entiteit die zich verhoudt tot dat andere. Hij kan dat andere dan al dan niet gemaakt hebben of er al dan niet iets van weten. Als je jezelf onderzoek kun je merken dat je hierbij God voorstelt als een actief baasje of als een dove en blinde ietwat in zichzelf gekeerd type. Daal eens wat af van je hoofd naar je gevoel en merk dat in beide gevallen je iets van een scheiding kunt voelen bij deze manier van denken. Je voelt gewoon dat zowel bij praten over God als schepper als bij praten over een God die niets afweet van onze droom er iets van onrust en twijfel naar binnen sluipt. Weet God nu wel of niet iets van onze droom en is hij daardoor nu wel of niet betrokken bij ons (droom)leven?

Dan het lastige voor ons als duaal gehandicapte droomwezens. Noch God noch de (droom)wereld zijn twee van elkaar gescheiden concepten. Er is geen aparte scheppende God, er is geen aparte onwetende God, er is geen aparte fysieke wereld en er is geen aparte droomwereld. Al deze concepten bestaan uit vormen die onderscheiden zouden kunnen worden van eenheid. De hele Cursus is juist bedoeld om ons middels vergeving te verlossen van het geloof in afscheiding en daarmee van het geloof in van elkaar losstaande vormen en concepten.

Wat ons op het verkeerde been dreigt te zetten is dat de Cursus ook niet anders kan dan zich bedienen van woorden. Maar met deze woorden wil ze ons uitnodigen om te vergeven en dit kan ons leiden tot een directe ervaring van verbondenheid. Wij snijden uit de eenheid die we zijn denkbeeldige vormen (concepten als God, wereld, droom enzovoorts) en nemen deze dan serieus. Hiermee maken we de vergissing echt. Om genezing te ervaren moeten we contact maken met het omschreven “gevoel van afscheiding’, of “gevoel van dualiteit” dat je daadwerkelijk kunt voelen als je nadenkt over God en (droom)wereld en over de kwestie of God daar nu wel of geen weet van heeft. Voel heel letterlijk die twijfel, die splijtzwam in je denkgeest als je meent ergens tussen te moeten kiezen. Alleen een verdwaasde denkgeest meent dat hij moet kiezen. Open je vervolgens voor “een gevoel van eenheid”, liefde, vrede, warmte, licht of hoe je het ook maar wilt noemen. Stilte en zachtheid zijn hier de kwaliteiten. Nodig deze verbindende liefde uit om de onrust in je denkgeest te genezen.

Wat er dan gebeurt is wonderlijk. Je komt niet tot een conclusie maar het voelt veel eerder of de bodem wegvalt onder het belang van de vraag zelf. Je doorziet het belang wat wij hechten aan dergelijke vragen als een manier om het geloof in afscheiding overeind te houden. Het is oké om als correctie voor geloof in een kleiende Godheid te zeggen dat God niks afweet van de fysieke wereld mits je dit beeld ook weer vergeeft. Iemand vergeleek het eens met het verwijderen van een splinter uit je huid met behulp van twee andere splinters die je gebruikt als pincet. Zodra je de boosdoener te pakken hebt gooi je alle splinters weg en laat je de huid genezen.

Onze duale handicap speelt op bij veel discussies. Kan de Heilige Geest wel of niet handelen in onze droomwereld? Moeten wij wel of niet iets doen voor onze dierbaren in nood? Als je heel erg gelooft in dit duale beeld en meent dat het antwoord hierop “ja” luidt dan is het goed om middels een ferm tegengeluid stil te worden en te vergeven en te genezen. Als je maar niet eindigt met het geloof dat er een HG is die niets doet in de (droom)wereld of dat wij niets te doen hebben hierin. Dit is geen genezing van geloof in dualiteit maar het vervangen van het ene beeld door het andere. Ook hier leidt ware vergeving tot een oplossen van dit soort schijndiscussies. De vragen en onrust verdwijnen simpelweg als het licht aangaat. Onze zogenaamd belangrijke vragen en discussiepunten blijken sneller te verdwijnen dan sneeuw voor de zon. Vrede en dankbaarheid vervullen ons hart.

Uit WB 197: De wereld moet jou dankbaar zijn wanneer je haar bevrijding schenkt van jouw illusies. Maar jouw dank komt ook jou toe, want haar bevrijding kan alleen de jouwe weerspiegelen. Jouw dankbaarheid is alles wat jouw geschenken nodig hebben om de blijvende gift te zijn van een dankbaar hart dat voor altijd bevrijd is uit de hel.

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s