Een lange inleiding over zaken die ons geen geluk brengen zal niet nodig zijn. De meeste ECIW studenten snappen wel dat een andere baan, meer geld of mooie spullen en een verre vakantie ons niet blijvend gelukkig maken. Hetzelfde geldt voor de afwezigheid van lichamelijke klachten. Deze paar zinnen laten zich samenvatten in: “we hebben niets meer te wensen en zijn toch niet gelukkig”. Dit besef heeft ons doen besluiten om aan de gang te gaan met ECIW. Dat gevoel van leegte, van frustratie. Maar hoe lang hebben we nog te gaan als student van ECIW voordat we “er zijn”? Tien jaar? Twintig? De rest van ons leven? Waarom ervaren we nog diezelfde onvervulbare leegte?
Omdat er in feite niks veranderd is. We hebben de fysieke doelen (veel van het goede en weinig van het kwade) vervangen door de “spirituele” tegenhanger ervan: ultiem en duurzaam geluk voor mij. En in die laatste twee woordjes zit hem nu net de angel: “voor mij”. “Wij” zijn nog altijd het centrum waar alles om zou draaien. “Wij” zijn de aarde als uniek centrum van het heelal. “Wij” moeten “het” vinden, liefst zo snel mogelijk en bij voorkeur voordat “wij” sterven.
Met onze spirituele zoektocht hebben we het droomniveau (niveau II) niet overstegen en dat zal ons ook nooit lukken. Ik zal er nooit komen en ik zal nooit verlicht raken. De wens om wél dit ultieme spirituele orgasme te bereiken is van exact dezelfde orde als alle materiele zaken die we ooit najoegen: veel plezier en geen ellende…voor mij.
Maar hoe valt er te ontsnappen aan deze patstelling? Aanvankelijk lijkt het mogelijk dat we tenminste verstandelijk doorkrijgen dat er geen afgescheiden “mij” is dat oneindig kan zwelgen in pijnloos genot. Maar uiteindelijk kunnen “wij” dit ten diepste niet “begrijpen” omdat er geen echt “wij” bestaat en niks reëels om te grijpen. In de niveau II droomstaat is er een hardnekkig geloof in een “zelf” dat echt iets kan bereiken. We hebben de doelen van dit zelf slechts wat aangepast; van materieel naar spiritueel maar het is dweilen met de kraan open, het is niks anders dan verder dromen. “Ik” kan als afgescheiden dromer niet wakker worden maar de illusoire aard van zowel dromer als droom kunnen doorzien worden. Door wie? Door niemand, door niet iemand. De Zoon van God, waar ECIW over spreekt, is geen super zelf met nog steeds een kleine z. Dat Zelf met hoofdletter Z is een mysterie, een niet-iemand, waar “wij” geen voorstelling van kunnen maken.
Is ontwaken mogelijk en, zo ja, hoe dan? Ik houd zo van de Cursus want ze is zo eerlijk en vertelt ons dat “we” iets kunnen “doen”, niet om te ontwaken, maar iets dat de boel in elk geval niet verergert. Dat “iets” is vergeven, dat is onze enige functie die de illusie niet versterkt. Over “vergeven” zijn terecht talloze boeken geschreven. We voelen dat hierin een sleutel ligt. Het sublieme van deze sleutel is dat hij niet te misbruiken valt. Is de sleutel in een paar woorden samen te vatten? Is de peilloze wijsheid ervan te doorgronden? Dat heeft Jezus al voor ons gedaan, 2000 jaar geleden.
Uit het evangelie volgens Lukas:
Om hem op de proef te stellen vroeg een van hen, een wetgeleerde: ‘Meester, wat is het grootste gebod in de wet?’ Hij antwoordde: ‘Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf. Deze twee geboden zijn de grondslag van alles wat er in de Wet en de Profeten staat.’
Ons ego gilt het nu uit. Nee, nu geen softe gemeenplaatsen over liefde alsjeblieft. Maar jawel. De enige manier om onze ik-gerichtheid niet erger te maken is liefde. Geen speciale liefde die denkt als een zakenman met “what’s in it for me (wat brengt het me)?” Maar zelfs die ik-gerichte verontreiniging is niet zondig. ECIW verdiept het mysterie prachtig met haar aandacht voor de eenheid, het non-duale karakter van Gods schepping. Via vergeving mogen we leren dat er niet zoiets bestaat als geluk voor een afgescheiden zelf door het nastreven van eigenbelang. De weg van de Cursus is geen solistische weg. Het maakt van ons geen onaantastbare ego’s die soeverein overal boven staan. Het is van zo’n wonderbaarlijke en liefdevolle wijsheid en schoonheid. Ons ontwaken uit de droom wordt pas mogelijk als we werkelijk erkennen dat we niet alleen de ark des verbonds in kunnen gaan. We moeten ons verbinden en samen, hand in hand, met onze naasten de loopbrug bewandelen. De enige weg naar duurzaam geluk, onze enige echte functie bestaat uit ware vergeving, waarlijke verbinding met onze broeders. Heb uw naaste lief als uzelf want er is geen broeder los van ons. Liefde, die mysterieuze verbondenheid, is doel en…. Middel. Ha, ha: mijn computer maakt van middel nu automatisch Middel, en zo is het! Liefde is niet liefde met een kleine l. Het is Goddelijk, de Stem van de Heilige Geest, het is ons ware Zelf.
Uit Txt 18 III (7):
Jij die nu de brenger van verlossing bent, hebt de functie licht naar de duisternis te brengen. 2De duisternis in jou is naar het licht gebracht. 3Breng het terug naar de duisternis, vanuit het heilig ogenblik waar jij het naartoe hebt gebracht. 4Wij worden heel gemaakt in ons verlangen heel te maken. 5Laat de tijd jou geen zorgen baren, want alle angst die jij en je broeder ervaren, is in werkelijkheid verleden tijd. 6De tijd werd herordend om ons te helpen datgene samen te doen wat jullie afzonderlijke verledens zouden verhinderen. 7Jullie zijn aan de angst voorbijgegaan, want het is onmogelijk dat twee denkgeesten zich in het verlangen naar liefde verbinden zonder dat de liefde zich met hen verbindt
Dank voor deze woorden. Het doet me goed om ze te lezen en binnen te laten komen. Lees erg graag uw artikelen. Hartegroet Berthe.
LikeLike